“Hier ben ik echt klimm
Bereidt zich na succesvolle Dauphiné in de Sierra Nevada voor op Tourdebuut
Tot de Dauphiné zag iedereen Tiesj Benoot als een man voor het voorjaar. Maar vorige week toonde de 23-jarige Gentenaar zijn klimcapaciteiten door dagenlang in het spoor van wereldtoppers als Froome en Contador te blijven. Wij trokken naar de Sierra Nevada, waar de jonge renner zich moederziel alleen klaarstoomt voor zijn allereerste Tour, op zoek naar het geheim achter de spectaculaire opmars van de ‘berggeit’ Tiesj Benoot. “Valverde heeft me al een contract aangeboden.” Donderdagmiddag 11.45 uur. Bar Autentico in Güejar Sierra, een schijnbaar uitgestorven bergdorpje aan de voet van de Sierra Nevada. Aan het plafond hangen sjaals van FC Barcelona en Real Madrid, tegen de muur leunen drie mannen van middelbare leeftijd die met een lokale cerveza in de hand al iets te vroeg aan hun siësta zijn begonnen. Ze kijken nauwelijks geïnteresseerd op wanneer een rijzige wielrenner in knalrode Lotto-outfit in vlot Spaans twee flesjes water en een Aquarius voor zichzelf bestelt. Tiesj Benoot is halfweg zijn trainingstocht van 110 kilometer en we mogen hem een hele dag volgen met de wagen. Wanneer we onze portefeuille bovenhalen om zijn en onze drankjes te betalen, gebaart de 23-jarige renner meteen om hem weg te steken. “Laat zitten”, zegt hij vooraleer hij zich naast ons op een ijzeren stoeltje op het terras ploft. De gratis tapa’s, Spaanse broodjes met kaas, raakt hij niet aan. Hoewel Benoot voor mei van dit jaar nooit eerder in Sierra Nevada vertoefde, lijkt hij zich even goed in zijn sas te voelen op de steile paadjes van het Zuid-Spaanse hooggebergte als op de baantjes rond zijn thuisstad Gent. Straf toch, voor een renner die tot vorige week enkel geassocieerd werd met Vlaamse kasseien en hellingen. Maar toen kwam de Dauphiné. En daarin verbaasde kasseiklimmer Benoot de wielerwereld door op de Franse alpencols dagenlang in het spoor te blijven van Froome en Contador. “Ik heb mezelf ook verrast”, bekent Benoot. “Ik wist wel dat ik op een lastig parcours met slecht weer in een eendagswedstrijd goed was. Maar in de Dauphiné heb ik drie opeenvolgende dagen in meer dan 30 graden op zware cols sterk gepresteerd. Ik heb vorige week een grote stap vooruit gezet.”
Met dank aan het Centro de Alto Rendimiento in Sierra Nevada. Het trainingscentrum op 2.320 meter hoogte, waar topsporters van over de hele wereld op een natuurlijke manier het aantal rode bloedlichaampjes opkrikken. Door op grote hoogte te trainen en te slapen. Volgens Benoot was zijn eerste trainingsstage van begin mei hier het geheim achter zijn succesvolle Dauphiné. “In die 20 dagen hier ben ik echt een klimmer geworden”, meent Benoot. “Ik ben niet alleen fysiek sterker geworden, voor het eerst heb ik ook leren presteren in de hitte.”
35 graden
De broeierige Andalusische zon
Tiesj BENOOT zorgt ervoor dat de thermometer van onze huurwagen vlotjes boven de 35 graden gaat wanneer we ons na de korte pitstop in Bar Autentico opnieuw in het zog van Benoot laveren. De motor sputtert flink tegen in de eerste steile kilometers (tot 20 procent) van de Puerto del Duque. Benoot danst op de pedalen en haalt ons een paar keer in wanneer we nog maar eens moeten terugschakelen naar eerste versnelling om omhoog te geraken. Onderweg komen we klimmers als Dario Cataldo (Astana) en het LottoNL-duo Robert Gesink en George Bennett tegen. “Valverde is hier ook, Majka is net vertrokken. Het wemelt hier van de profrenners.” En die renners hebben ook allemaal Benoots prestatie in de Dauphiné gezien. “Valverde heeft me deze week al een contract aangeboden. (lacht) En de renners tegen wie ik in het Vlaamse voorjaar koers, vragen me allemaal sinds wanneer ik een klimmer ben geworden: Luke Rowe, Oliver Naesen, Iljo Keisse... Er is veel reactie op gekomen.” Benoot mag dan wel iedereen hebben verbaasd, een rasklimmer is hij nog niet. “Het verschil tussen mij en de echte toppers bergop? Twee kilo. Eigenlijk komt het daarop neer. Als je de wattages per kilo bekijkt, moet ik ofwel meer wattages gaan duwen, ofwel minder gaan wegen. In de Dauphiné was ik de beste in de categorie boven de 70 kilo. En pas op, ik weeg nu een stuk minder dan in het voorjaar. Ik zit nu bijna onder de 70 kilogram. 69 kilogram is haalbaar, 68 kilogram wordt moeilijker. De vraag is ook wat ik nog waard ben als ik maar 68 kilo weeg. Mijn lengte (Benoot is 1,90 meter, nvdr.) is een nadeel. Kijk naar Valverde of Contador... Dat zijn renners van 60 kilo. Froome weegt er zogezegd 67. Maar no way dat dat klopt. Ik ga hier in ieder geval niet met honger slapen om af te vallen. Op hoogtestage is dat niet nodig. En de warmte doet de rest.”
Als ik de derde rit van de Tour in Luxemburg echt goed ben, kan ik misschien de witte trui pakken. Of op de Planches des Belles Filles
In de sauna
Die warmte zoekt Benoot ook op
in het Centro de Alto