“Tot aan gaatje”
Albert Stuivenberg trots op zijn team Ivan Leko
“Ik ben heel trots op de manier waarop we deze wedstrijd naar onze hand hebben gezet. En waarop we het resultaat uit het vuur hebben gesleept. De jongens zijn tot aan het gaatje gegaan”, straalde Albert Stuivenberg. Toch waarschuwde hij tegelijkertijd voor euforie. “We staan er weer bij maar hier stopt het niet. Zaterdag volgt alweer een moeilijke wedstrijd op Kortrijk.” De manier waarop was anders. Maar voor de tweede match op rij slaagde KRC Genk erin om een sterke tegenstrever vast te zetten. “Het plan klopte en de uitvoering was ook heel goed”, genoot Stuivenberg, die de flanken vastzette en zijn team regelmatig de bal zag veroveren op de bezoekende helft. “Er zat tempo in, de bal ging vlot rond. Alleen het rendement blijft een probleem. Net zoals op Anderlecht speelden we het slecht uit, maakten we onvoldoende gebruik van de ruimtes. We kregen ook voldoende kansen maar maakten ze niet af.” Tot Malinovskyi met de rust in zicht zijn gouden linker bovenhaalde.
“Ik heb hem nog niet gesproken en weet niet zeker of hij op doel trapte. Maar zijn traptechniek is zo goed, dat deze goal me niet verbaasde. Het was een prima moment, zo vlak voor de rust.”
Werkpunt
Over de tweede helft was de Genkse coach minder tevreden. “Gelukkig hield Vukovic ons meteen na rust recht met een belangrijke redding. We kwamen zwaar onder druk, omdat we er niet in slaagden om de bal in de ploeg te houden. Dat blijft een werkpunt. Gelukkig waren we na de rust wél efficiënt. Samatta maakte in de 90ste minuut onze eerste kans prompt af.”
Doorgaan
Zo heeft Racing een schitterend tweeluik achter de rug. Zes op zes tegen Anderlecht en Club, de top zes wenkt.
“De wereld zit er weer helemaal anders uit dan vier dagen geleden”, besefte Stuivenberg. “We staan er weer bij. Winnen doet deugd, niet alleen voor de staf en de spelers maar ook voor het bestuur en de supporters. Alleen mag het nu niet stoppen. Het is weer vroeg dag, zaterdag moeten we op dit elan doorgaan in Kortrijk.”