Bijen raken de weg kwijt
Het was schrikken vorige maand. Volgens een Duitse studie daalde het totaal aantal vliegende insecten de voorbije 25 jaar met drie kwart. U kunt dit fenomeen zelf vaststellen. Pakweg dertig jaar geleden moest u na een avondlijke autorit in de zomer steevast de voorruit schoonmaken. Nu is dat veel minder nodig.
“Insecten zijn goed voor twee derde van alle leven op aarde maar er is een huiveringwekkende daling. We lijken grote delen land totaal onbewoonbaar te maken voor de meeste levensvormen en zijn op weg naar een ecologisch Armageddon”, vreest de Britse professor Dave Goulson van de Universiteit van Sussex. Het is aan de wetenschap om uit te vlooien wat de oorzaken van die insectenholocaust zijn. Vermoedelijk spelen de klimaatverandering en het verlies aan natuurgebieden een rol. Onomstreden is de invloed van een relatief nieuwe groep insecticiden, de zogenaamde neonicotinoïden. De drie belangrijkste zijn imidacloprid en clothianidin en thiamethoxan. De globale markt, die gedomineerd wordt door het Duitse Bayer en het Zwitserse bedrijf Syngenta, is goed voor een omzet van 1,5 tot 2 miljard dollar per jaar.
De neonics zijn systemische insecticiden. Ze beschermen de plant niet alleen aan de buitenkant, maar ook van binnen uit.
In 1994 kwamen de eerste zonnebloemzaden die gedrenkt waren in neonics op de markt. Meteen sloegen de imkers alarm. Hun bijen vonden de weg naar de korven niet meer terug. Ze raakten letterlijk de weg kwijt omdat het insecticide hun zenuwstelsel aantastte. In 1999 verbood Frankrijk het gebruik van neonics. Vier jaar later verbood de Europese Unie drie veelgebruikte neonics op sommige teelten. Verder onderzoek, onder meer van professor Goulson, deed de alarmklokken luiden. Goulson stelde vast dat enkele korrels met neonics gecoate zaden volstaan om patrijzen te doden. Net als glyfosaat zijn de neonics in heel het ecologische systeem terug te vinden. Zo onderzocht professor Edward Mitchell van het Laboratorium voor Bodembiologie aan de Universiteit van Neuchatel (Zwitserland) stalen honing uit heel de wereld. In drie kwart van de stalen zat zeker een neonic en in tien procent waren zelfs vier soorten aanwezig. Zelfs in de meest afgelegen regio’s in Zwitserland, waar geen neonics gebruikt werden, droegen de bloemen sporen van neonics. Bleek dat de Zwitserse tuiniers bloemen teelden die nog neonics droegen van de teelt op andere boerderijen. De Europese Commissie sleutelt aan een verbod op neonics behalve in serreteelten. Tegen 30 november moet EFSA (Europese Agentschap voor Voedselveiligheid) een advies klaar hebben over de neonics. De tegenstanders kregen vorige week steun van de Britse Milieuminister Michael Gove. Hij wil een totaalverbod want “het gewicht van het bewijsmateriaal bewijst het risico van de neonicotinoïden voor ons milieu en vooral voor de bijen en andere bestuivers...”
“Ik deel de grote bezorgdheid voor de bijen, je mag hun economische nut niet onderschatten”, zegt de Leuvense toxicoloog Jan Tytgat. “De bijen staan al onder druk van mijten en bacteriën. Over de gevolgen van neonicotinoïden bij de mens kan ik geen uitspraak doen.”