EÉN OP DE VIJF getroffen door rugpijn
Nieuwe behandeling voorgesteld op congres in ZOL Genk
Eén op de vijf Vlamingen krijgt vroeg of laat af te rekenen met rugpijn. En dat verhelp je niet met alleen een pilletje, een operatie of een kinesist. Op een congres in Genk wordt vandaag de nieuwe aanpak van lage rugpijn officieel voorgesteld: voortaan moet in heel het land een compleet team betrokken worden bij elke patiënt die het nodig heeft. Van een anesthesist, een rugchirurg en revalidatiearts tot een kinesist en een psycholoog. “Niet omdat we denken dat rugpatiënten zich iets inbeelden, wel omdat het allemaal samenhangt”, benadrukt dokter Jan Van Zundert van het ZOL.
LANAKEN -
Dagelijks van ’s morgens tot ’s avonds zijn ze in het ZOL, op de campus in Lanaken, bezig met rugpatiënten. “We hadden natuurlijk al een traditie in pijnbestrijding, meer dan twintig jaar geleden zijn we daarmee gestart in Waterschei. Maar destijds ging de aandacht vooral naar kanker- en zenuwpijnen. Niemand zag toen die evolutie aankomen dat het grootste deel van chronische pijnpatiënten mensen met rug- en nekklachten zou worden”, beschrijven dokters Jan Van Zundert en Martine Puylaert. “Maar gezien de explosie van patiënten zijn wij, exact tien jaar geleden, begonnen met de eerste Vlaamse Spine Unit (rugafdeling, nvdr.).” In Genk gingen ze al snel de toer op van wat vandaag door Vlaams minister Jo Vandeurzen (CD&V) wordt voorgesteld als de nieuwe Vlaamse norm: een rugpatiënt wordt niet meer behandeld door één arts, één kinesist of één verpleegkundige, maar door een team. Compleet mét psycholoog. “Waarmee we absoluut niet willen aangeven dat rugpijn tussen de oren zit. Integendeel: rugpijn is vaak een combinatie van factoren, waardoor de beste behandeling ook een combinatie van expertises is.”
We denken echt niet dat rugpijn tussen de oren zit omdat er psycholoog aan te pas komt
‘Demedicalisering’
Twee jaar lang hebben experts uit alle hoeken van het veld gewerkt aan de nieuwe nationale richtlijn. Van Zundert: “De patiënt staat centraal. We gaan ook uit van een ‘demedicalisering’: het is niet de bedoeling om meer mensen naar het ziekenhuis te sturen, integendeel. De grootste groep is perfect thuis te behandelen. We willen overbodige behandelingen en ingrepen voorkomen. Ook de arbeidsongeschiktheid komt aan bod in de richtlijn, want nu heb je heel wat jonge mensen die thuis zitten met rugproblemen die wel geholpen kunnen worden met een totaalaanpak. We hopen dat op deze manier de epidemie van rugproblemen een halt kan worden toegeroepen. Rugpijn en psychiatrische aandoeningen maken trouwens vandaag de top uit van de oorzaken van langdurige arbeidsongeschiktheid.”
Meerdere disciplines
Een ‘integrale’ aanpak is geen overbodige luxe als je de cijfers bekijkt: dertig jaar geleden had 90 procent geen last meer van rugproblemen na zes weken, vandaag klaagt 50 procent na een paar maanden nog steeds van pijn. “Dat ga je dus niet meer altijd oplossen op de klassieke manier, met alleen medicijnen, een prik of een operatie. Dikwijls zijn er meerdere disciplines nodig.”
Uitstraling
Jan VAN ZUNDERT arts pijnkliniek ZOL De meestvoorkomende rugklachten zijn rugpijn met uitstraling naar de benen en lage rugpijn waarbij de kleine gewrichtjes, de facetten, zijn aangetast. De grootste groep van rugpatiënten is tussen de 40 en 60 jaar. “En dat grote misverstand blijft bestaan: bij rugpijn moet je net bewegen, platte rust – waar ze tijdens mijn studies nog bij zworen – is een van de slechtste adviezen.”