“Wij konden betalen, wij vonden hulp voor ons kind”
Dit leven wil ik niet meer, mama, huilde Romy, toen amper tien jaar, terwijl ze haar die avond gingen onderstoppen. “Ik kan je niet zeggen hoe dat voelt als moeder”, beschrijft Catherine, echtgenote van Mathi Gijbels van de gelijknamige Limburgse bouwgiga
“Ik wil niet spreken over een leerstoornis”, benadrukt Catherine Mathys. “Want daardoor geef je die kinderen het gevoel dat er iets mis is met hen. Dat ze gestoord zijn. Niets is minder waar”, vertelt de mama van twee, terwijl ze schilderijen uitpakt voor de kijkdagen van dit weekend. “Drie jaar geleden ben ik voor hen begonnen, met mijn stichting ‘The art of giving foundation’. Je koopt eigenlijk een kunstwerk aan de prijs die je er sowieso voor zou geven. Maar tegelijk geef je iets aan een ander: kansen aan kinderen die het moeilijk hebben.”
Het is begonnen met uw eigen dochter Romy, het meisje dat het leven zo niet meer zag zitten?
“In het eerste leerjaar werd duidelijk dat ze het moeilijk had, ze kon niet mee met haar leeftijdsgenootjes op het gebied van lezen en schrijven. Vanaf de start liep het fout. Maar vanuit de school kwam alleen onbegrip: Romy moest maar beter haar best doen. En natuurlijk was dat ook de eerste reactie van Mathi en mij, als ouder ga je dan achter hun veren zitten. Tot ik besefte dat we echt ontzettend veel aan het oefenen waren, maar dat het niets opleverde. De school dreigde ermee om haar het jaar te laten overdoen, maar dat vond ik belachelijk voor een kind dat 10 op 10 op wiskunde haalde. Ze is uiteindelijk mogen overgaan, maar in het tweede studiejaar klonk hetzelfde verhaal. Zelf begon ik het steeds meer te herkennen: ik heb ook dyslexie. Voor mijn man was dat moeilijker. Hij wist niet wat het was, maar ik zag dezelfde fouten. Maar ze laten je niet onmiddellijk testen, eerst moest Romy een heel jaar logo volgen op school. Alleen ben je dan weer een jaar kwijt, een jaar waarin het zelfbeeld van het kind nog meer afbrokkelt. Het werd op de duur heel erg: Romy geloofde niet meer in zichzelf. Ze was alleen maar dom, de slechtste van de klas. Mama, waarom kunnen zij allemaal lezen en ik niet? Ze begreep het niet, kon het geen plaats geven. Heel frustrerend, als je kind met die gevoelens rondloopt en je niets kan doen.”
Maar niets doen, is duidelijk niets voor u.
“Ik kon het echt niet meer aanzien en dus hebben we zelf, privé, de testen laten uitvoeren. Dat betekent dus dat je 1.000 euro betaalt om het alleen al maar te laten vaststellen en de eerste stappen te zetten. Maar voor ons was dat een makkelijke keuze, als je zag hoe Romy leed. Financieel konden wij het natuurlijk ook. Maar het was zeker een moeilijke, lange zoektocht naar de oorzaak en de mogelijke steun die we haar konden geven. Tegelijk werd het voor ons pijnlijk duidelijk dat niet ieder kind die kansen krijgt. Wij konden het, door de omgeving en het milieu waarin we leven. Ik ben ook mondig genoeg om het op te nemen voor mijn kind. Ik durfde in discussie gaan met de school. En zelfs dan nog word je amper gehoord. Maar wat als je de taal niet goed spreekt? Als je kampt met zoveel meer problemen? Als je in kansarmoede leeft, verbaal niet sterk bent... Ik voelde aan hoe die kinderen op twaalf jaar mentaal al helemaal op kunnen zijn als er niets gedaan Catherine
Mathys wordt. En wat krijg je dan: kinderen die zich dom voelen en dat steeds weer bevestigd zien, die depressief worden, diep ongelukkig, onterecht naar de laagste studierichtingen worden gestuurd of gewoon helemaal afhaken. Waardoor je vaak nog meer in die cirkel van kansarmoede terechtkomt.”
En dus heeft u weer de koe bij de horens gevat, om ook die kinderen te helpen?
“Ik heb er alles aan gedaan om Romy opnieuw gelukkig te maken. En dat wilde ik ook voor anderen. Ik heb het er thuis over gehad en iedereen stond meteen achter de stichting. Ik steun projecten telkens voor drie jaar. Een bewuste keuze: zo’n initiatieven hebben een groeitijd nodig, na één jaar staan ze er nog niet. Met het geld van de stichting kunnen ze alles in gang zetten. Maar bij meer dan drie jaar bestaat het risico dat jouw ondersteuning het enige is waarop ze terugvallen. Met Kras steunen we huiswerkklasjes. Hogeschoolstudenten komen, als stage, die kinderen een uurtje begeleiden bij het huiswerk. Het tweede uur is in handen van maatschappelijk werkers en spelenderwijs leren: door spelletjes en puzzels steken ze van alles op zonder het gevoel te hebben dat ze in de les zitten. Bijvoorbeeld: tijdens het bakken van pannenkoeken leren ze over maten en gewichten. Een tweede project is Teach for Belgium, dat werkt specifiek rond leerkrachten. Uit onderzoek blijkt dat leraren in scholen met een grotere concentratie van kansarme kinderen of kinderen met
Romy geloofde gewoon niet meer in zichzelf. Ze was dom, kon niets, iedereen was beter. Terwijl ze gewoon dyslexie en dysorthografie heeft