“Er moet brood op de plank”
Wouter Vandyck geeft voorrang aan zijn job
Als u dit weekend in de buurt van de sporthal van Meeuwen Duitsers, Nederlanders, Oostenrijkers, Fransen of Ieren spot, wees niet bevreesd voor een plotse nieuwe immigratiestroom. Een lichte vorm van vrees is misschien wel op zijn plaats, want bovengenoemde buitenlanders maken zich op voor het internationale judotornooi ‘Trofee van de Donderslag’, waarvoor 1124 deelnemers zich inschreven. beproefde concept is ongewijzigd gebleven. Zaterdag zijn de judoka’s van U15 tot en met U21 en ouder aan de beurt. Het grootste Belgische Ne Waza-tornooi (grondjudo) sluit de eerste dag af. Zondag maken de U11 en U13-judoka’s hun opwachting op de tagen tami. Voor het derde jaar op rij eindigt het tweedaagse judofestijn met het G-tornooi.
“Wat goed is, hoeft toch niet veranderd te worden. Niet?” klinkt het bij organisator Guido Steensels. “Zaterdag verwelkomen we bijna 700 sportievelingen. ZonHet dag 450, waaronder 136 G-sporters. 144 clubs schreven één of meerdere judoka’s in. Waar ik dit jaar trots over ben, is dat onze club JC Gruitrode met 61 deelnemers het hoogste aantal ooit heeft bereikt.”
Brood op de plank
Een van die 61 is Wouter Vandyck (21), met talloze Vlaamse en Belgische jeugdtitels één van de vaandeldragers van de club. Kampen voor eigen volk geeft toch een adrenalinestoot? Vandyck: “Normaal wel, maar ik twijfel over mijn deelname. De European Cup in Dubrovnik in april van vorig jaar is mijn laatste grote tornooi geweest. Iets later heb ik mijn meniscus ingescheurd, waardoor ik helemaal op non-actief heb gestaan. Ik heb de trainin- ondertussen hervat en train tweemaal per week, maar judo staat momenteel op een laag pitje. Net als bij iedereen moet er ook brood op de plank komen en van judo kun je niet leven. Sinds oktober ben ik zelfstandige als buitenschrijnwerker en veel tijd voor mijn hobby is er niet meer. Ik zou dolgraag willen kampen, maar ik werk aan een project dat dringend afgewerkt moet worden. Ja, ik mis het judoleventje wel. Veel trainen en toewerken naar buitenlandse tornooien en kampioenschappen, dat lag me. Als mijn broer Pieter, die over dat tikkeltje extra talent beschikt, genezen is van zijn stressfractuur aan de buikspieren ben ik van plan mijn regime op te schroeven, zodat ik hem met raad en daad kan bijstaan in de toekomst.”