Blussende bewoners bevangen door rook
Koppel nacht in ziekenhuis na zware huisbrand
Theo Loos en zijn vrouw brachten de zaterdagnacht in het ziekenhuis door omdat ze een rookvergiftiging hadden opgelopen. Dat gebeurde toen ze een brand in hun huis in LindePeer zelf probeerden te blussen. “De materiële schade kunnen we herstellen en we houden er zelf niets aan over. We komen dit wel weer te boven”, reageert de man nuchter. De brandweer moest vier uur lang het smeulende vuur blussen. Het huis is tijdelijk niet meer bewoonbaar.
“Zoals elke zaterdagavond zaten we in onze achterbouw”, vertelt bewoner Theo Loos. Hij en zijn vrouw wonen op het Driekoningenplein en werden vorig weekend het slachtoffer van een zware brand op de eerste verdieping van hun woning. “We hebben een soort van ritueel waarbij we elke week opnieuw in onze sauna en bubbelbad gaan. Er hangt daar een televisie en we ontspannen dan nog even voor we onder de wol kruipen. Mijn vrouw besloot eerder uit bad te gaan om zich te gaan douchen en zij ontdekte rond 23.30 uur dat er iets aan de hand was.”
Kachelpijp
In het huis waren de rookmelders afgegaan omdat door een oververhitting van de kachelpijp op de eerste verdieping brand was uitgebroken in de hobbykamer. “We belden onmiddellijk de brandweer en hebben dan getracht de vlammen zelf te blussen met enkele brandblussers. We kregen een gedeelte uit, maar op dat moment hing er natuurlijk al veel rook in het huis. We zijn dan naar buiten gegaan en hebben gewacht op de brandweer. Een agent merkte op dat mijn gezicht zwart zag van het roet en zei dat het beter was dat we ons in het ziekenhuis zouden laten controleren. Ik vond dat niet nodig, maar hij stond daarop. Mijn vrouw en ik gingen met de ambulance mee en uiteindelijk hebben ze ons toch de hele nacht daar gehouden. Pas toen de intoxicatiewaarden in ons bloed laag genoeg waren, mochten we naar huis.” Thuisgekomen zagen ze pas de ravage die het vuur had aangericht. “We hebben vier uur lang alles moeten blussen”, vertelt Koen Maes van de Breese brandweer. “De kamer brandde helemaal uit en we moesten de houten latten tussen de betonnen gewelven afbreken omdat ze aan het smeulen waren. Dat was een zwaar karwei en noodzakelijk om te voorkomen dat de brand opnieuw kon aanwakkeren. Het huis is tijdelijk niet meer bewoonbaar.”
Herinneringen
“Dat is natuurlijk erg, maar nu kunnen we er toch niets meer aan doen. Op de kamer bewaarden we heel wat herinneringen van doorheen de jaren. Denk maar aan foto’s en gezelschapsspelletjes. Zoiets brandt natuurlijk meteen. Maar de materiële schade kunnen we herstellen en we houden er zelf niets aan over. We komen dit wel weer te boven. In de tussentijd richten we onze achterbouw zo in dat we er kunnen wonen en slapen. De keuken werd gevrijwaard. We kunnen dus voort”, besluit Theo Loos.