Tijdritkampioen op een gewone fiets
Bob Poelmans, het jongere broertje van junior Sam, heeft zijn overgang naar de nieuwelingen vlot gemaakt. Dat toonde hij vorige zaterdag nog in Leopoldsburg waar hij Limburgs kampioen tijdrijden werd bij de eerstejaars.
“Natuurlijk start je altijd met de bedoeling van te winnen”, zo geeft hij toe. “Ik had er op gehoopt maar zeker niet echt verwacht. Vorig jaar bij de aspiranten moest ik het in die discipline nog afleggen tegen Jonathan Vervenne. Ik wist dat ik ook dit keer een sterke concurrent aan hem zou hebben. Uiteindelijk deed ik zestien seconden beter dan hij. Dat was ook voor mij een kleine verrassing. Zeker omdat ik mijn tijdrit zonder een specifieke tijdritfiets maar op een gewone fiets afwerkte.” “Ik had me nochtans goed voorbereid op het PK”, gaat hij verder. “Van mijn trainer en dorpsgenoot Rutger Wouters kreeg ik aangepaste trainingsschema’s. Die waren, eerlijk gezegd, niet van de poes. Vorige week kreeg ik van hem nog de opdracht om tijdens de wedstrijd in Borlo elke ronde op het ‘hellinkje’ heel diep te gaan. Puur in functie van het PK. Het resultaat in Borlo was van ondergeschikt belang. Dat ik daar toch nog zevende werd, was het bewijs dat ik conditioneel in orde was. Hierdoor verscheen ik op het militair domein dan ook gemotiveerd aan de start van het PK. Ik voelde ook meteen dat ik in het goede ritme zat. Dat heb ik kunnen aanhouden tot aan de meet.”
Voor wie de nieuwelingenwedstrijden van nabij volgt, was dit allerminst een verrassing. Al van bij de seizoenstart rijdt Bob Poelmans constant vooraan in het peloton en helpt hij mee koers maken. Ook zijn resultaten zijn goed. Als eerstejaars finishte hij al twee keer in de top tien: vierde in Rotem en zevende in Borlo. “Zelf had ik de overstap naar de nieuwelingen iets moeilijker verwacht”, geeft hij toe. “Bij de aspiranten was ik weliswaar bij de beteren. Ik werd onder meer in het eindklassement van de Limburgse Jeugdtour tweede wat toch duidt op een regelmaat. Doch bij de nieuwelingen rijd je voor het eerst tegen jongens die een jaar ouder zijn. Op onze leeftijd toch een behoorlijk verschil. Ik had een inrijperiode ingecalculeerd. Het blijkt nu beter mee te vallen. Toch wil ik niet naast mijn schoenen gaan lopen. Er is nog een hele weg af te leggen.”