Speer doorprikt recorddroom Thiam
NAFI THIAM werkte een zevenkamp met twee gezichten af
Zes zonnetjes en één keer een donderwolk: Nafi Thiam won opnieuw in Götzis, na een zevenkamp met twee gezichten. Van opperste euforie bij het wereldrecord hoogspringen in een zevenkamp over een opdoffer bij het speerwerpen die haar het Europees record kost. “Dit was een geslaagde test.” Dat vraagt om uitleg, in zeven vragen. Waarom blijft haar zevenkamp straf?
Herinnert u zich nog toen Nafi Thiam in Rio 2016 de olympische titel pakte? Wel, ze deed afgelopen weekend amper vier puntjes minder. Of herinnert u zich hoe ze een jaar later de wereldtitel in Londen pakte? Wel, ze doet beter dan toen. Tot het speerwerpen lag ze zelfs voor op het schema van het Europees record (7.032 punten). Anders gezegd: zou ze de beste meerkampster aller tijden zijn op uitzondering van wereldrecordhoudster Jacky-Joyner Kersee, nu blijft ze op twee na beste. Detail: gisterochtend stond ze nog op met last aan maag en darmen. “Ik bespaar je de details, maar de apotheek van wacht was nodig. Ondanks dat ongemak zit ik in de buurt van mijn olympische titel, met drie persoonlijke records.”
Amper één discipline kost haar een Europees record. Is er iets loos?
Neen. Er is een logische verklaring waarom Thiam een pak minder ver gooit dan vorig jaar. Ze probeerde een nieuwe, langere aanloop uit die haar coach, Roger Lespagnard, op haar vraag invoerde. Speerwerpen is bij uitstek een discipline waar veel punten te winnen, maar dus ook te verliezen zijn. Lespagnard: “Voor mij is het duidelijk: we doen die lange aanloop niet meer. Ze is niet gemaakt voor een lange aanloop, of heeft er nog te weinig ervaring mee.” Thiam: “Ik weet dat ik veel beter kan. Die aanloop is niet het probleem, ik was te enthousiast, wilde overhaasten. Ik geef het nog wat tijd.” Dat wordt nog even discussiëren tussen atleet en coach.
Thiam: “Hoe dan ook was deze zevenkamp een geslaagde test. Alleen door risico’s te nemen, te proberen, kan ik beter worden. Ik denk op lange termijn. Ik ga alleen vooruit door af en toe op mijn bek te gaan. Daar ben ik niet bang voor.”
Een test en toch winnen: dat kan toch niet als je niet superhard hebt getraind?
Toch wel. Dit jaar zit ze op een gemiddelde van 5,2 trainingen op zeven dagen. Ter vergelijking: de meeste van haar concurrentes trainen tot twee keer per dag in sommige weken. Dat komt niet alleen omdat ze haar studies minstens even belangrijk vindt als haar atletiekcarrière - ze verloor bijvoorbeeld een week training omdat ze voor haar universiteitsstage geografie in de Roemeense Karpaten op pad was. Lespagnard: “Het is moeilijker dit jaar. Niet dat ze niet goed heeft getraind, wel minder constant. Omdat ze meer sponsorverplichtingen heeft, meer mediaverplichtingen, andere aanvragen... Andere jaren konden we progressief opbouwen.” Zo was Götzis een beetje een sprong in het onbekende. Om in te schatten aan welke disciplines, waarvan ze sommige nog niet veel heeft getraind, ze moet schaven. Om uit te vissen of een gewijzigde aanloop in zowel het hoogspringen als het speerwerpen loonde. Hoogspringen? Meer dan geslaagd. Speerwerpen? Voorlopig niet geslaagd.
Ze doet niet beter dan vorig jaar: zit ze aan haar plafond?
Ho maar. Thiams prestatie blijft straf (zie punt 2), maar het is een bewuste keuze om dit jaar meer op haar studies/stages in te zetten. Zo zal ze alles op haar sport kunnen zetten in de directe aanloop richting de Olympische Spelen van Tokio 2020.
Dan heeft ze ook meer tijd om bijvoorbeeld haar gewijzigde aanloop te perfectioneren - als ze toch kiest om op dezelfde manier te speerwerpen als gisteren. “Ik weet zeker: ik kan nog deze zomer beter op de zevenkamp, net omdat ik op het speerwerpen steken heb laat vallen.”
Waarom is haar wereldrecord hoogspringen in een zevenkamp zo straf?
Ze vielen elkaar in de armen tijdens de tweede van zeven proeven, Thiam en haar coach: 2,01m, dat is een wereldrecord hoogspringen in een zevenkamp. Thiam is met haar 2,01m zelfs de beste hoogspringster van het seizoen, beter dan veelvoudig wereldkampioene hoogspringen Maria Lasitskene. Ze zit op vier centimeter van Tia Hellebauts hoogste sprong ooit, toen ze in Peking 2008 olympisch kampioene werd. Sinds dat jaar heeft geen enkele Belgische ooit nog over 2 meter gesprongen. En de Spaanse Ruth Beitia werd in Rio 2016 olympisch kampioene hoogspringen met 1,97m. Om maar te zeggen: Thiam schudde in Götzis een topprestatie uit haar benen. Twee meter is de mythische, psychologische grens tussen top en wereldtop voor de hoogspringsters pur sang. Thiam: “Dit is een mentale overwinning, een kaap die is gerond. Ik leun stilaan tegen mijn hoogspringlimieten, maar nu wordt het makkelijker om opnieuw over twee meter te gaan.” Lespagnard: “Op een dag kan ze 2,05m aan.” Terwijl ze veel minder dan hoogspringsters traint op dat onderdeel wegens nog zes andere proeven te trainen.
Doet ze dan niet beter enkel hoogspringen?
Niet voor het eerst, maar zeker na haar tweemeterkunstje lijkt het, althans voor een buitenstaander, logisch: waarom concentreert ze zich niet op hoogspringen, zoals Hellebaut zich van meerkampster naar een van de succesvolste hoogspringsters aller tijden omschoolde? Omdat ze haar eerste liefde, zevenkamp, voor geen meter wil verlaten. Wel houdt ze een slag om de arm. Als Thiam voelt dat de opeenvolging van grote kampioenschappen - de Europeanen hebben, omdat de EK’s om de twee jaar vallen, meer kampioenschappen dan de rest van de wereld - haar te veel wordt en ze zo haar carrière op lange termijn schaadt, zal ze niet aarzelen om in te grijpen. “Ik sluit niet uit dat ik in de toekomst een break neem als dat nodig is. Of dat ik gedurende een jaar een andere atletiekdiscipline doe en daarna weer zevenkamp.” Hoogspringen bijvoorbeeld. Zoals het nu naar uitziet, lijkt het logisch dat ze het WK van 2019 en de Olympische Spelen van Tokio 2020 als zevenkampster niet wil missen.
Ik ben niet bang om af en toe op mijn bek te gaan. Alleen zo ga ik vooruit
Nafi THIAM
En wat met dat wereldrecord?
Götzis 2018 bewijst nog maar eens: álles - elke discipline, het weer, de wind… moet meezitten, zodat twee dagen lang alles in de plooi valt. Lespagnard is overtuigd dat ze de komende twee jaar kan flirten met het wereldrecord, maar dan moet het gemiddelde van 5,2 trainingen per week wel omhoog.
Thiam blijft bij haar mantra: ze zit nog een flink stuk van het wereldrecord, dat spookt niet door haar hoofd. Thiam: “Ik heb mij nog nooit beziggehouden met aan de ontbijttafel uit te rekenen hoeveel punten ik per discipline moet behalen en wat ik daarvoor moet doen om uit te komen op het wereldrecord. Dat is verloren energie. Roger maakt de rekensommetjes, ik zal wel trainen. Hij doet dat graag, en is daar sterk in.” Lespagnard: “Laten we beginnen met het Europees record, dat doet ze wel op het EK in Berlijn.” (lacht)