Lotto Soudal snelt naar derde plaats dankzij ‘waspoederbolletjes’
Lotto Soudal wordt derde dankzij ‘waspoederbolletjes’
Lotto Soudal reed een dijk van een ploegentijdrit en finishte derde na het onbereikbare Team Sky en BMC. “Dankzij de soortelijke inhoud van onze renners, hun motivatie en hun Speed Gel toch bij een aantal renners”, verklaart ploegmanager Marc Sergeant.
De Dauphiné was de jongste kwarteeuw altijd al een testterrein voor nieuwigheden die later eventueel in de Tour worden toegepast. Dit keer waren het de renners van Lotto Soudal die met opvallend vuilwitte benen vertrokken en finishten. Alsof ze in het waspoeder waren gevallen. “Ik weet niet of het Dash of Vanish is. Misschien zijn ze in de kat- getuimeld”, gekscheerde ploegleider Herman Frison. Het mysterie van de witte bolletjes heeft een naam: het is Speed Gel, ontwikkeld door de firma NAQI uit Halen om de luchtweerstand te verminderen. Dat vortex-principe is hetzelfde als wat Team Sky vorig jaar deed met de tijdritpakken van Castelli, waarbij op de schouders en voorarmen stroken met bolletjes werden aangebracht. “Campenaerts testte ermee in de Giro-proloog en -tijdrit en enkelen deden het hier opnieuw in de proloog”, aldus Lotto-ploegdokter Servais Bingé.
Tiesj Benoot, een van de straalmotoren gisteren, sleurde echter aan de leiding zónder Speed Gel. “Stel je voor dat ik daar allergisch op reageerde en hier met gloeientenbak de benen stond. Ik test dat liever op training”, argumenteerde hij.
Kas leegrijden
Benoot fêteerde met zijn ploeg de derde plaats alsof ze gewonnen hadden. De Gentenaar had daar ook redenen toe, want aan de poorten van de Alpen staat hij dertiende, op 1’16’’ van leider Michal Kwiatkowski. “En zeggen
dat we in de Tirreno pas zestiende eindigden. Samen met Victor (Campenaerts, nvdr.) heb ik er de sfeer in gehouden.”
Al vond Thomas De Gendt het allemaal vrij logisch. “Als je iemand in het klassement hebt, ga je automatisch diep en ben je gemotiveerd. Waarom zou je anders je kas leegrijden?”
Het begint en eindigt natuurlijk allemaal met de ploegselectie voor zo’n Critérium du Dauphiné. “We kozen bewust voor Victor en voor Marczynski, die de tijdritmachine op de rails trok”, aldus ploegmanager Sergeant. “Pas op één kilometer van de finish raakten we Jelle Wallays kwijt. Maar met Campenaerts, Benoot, De Gendt en Keukeleire hadden we nog vier sterke beren over. In 2013
waren we eens vijfde in een ploegentijdrit van de Tour, maar dit is ook erg mooi. Het was de bedoeling dat Benoot het niet op de ploegenchrono kon steken. In de bergen heeft hij met Vanendert en Marczynski nog enkele jongens rondom zich. En ja, boven de vijftig kilometer per uur is elk detail heel belangrijk. Op voorwaarde dat je coureurs met inhoud hebt.”