50.000 oversteken per jaar
Veerpontje verbindt beide Limburgen al twintig jaar
Het veerpontje tussen Ophoven en het Nederlandse Ohé en Laak vierde woensdag zijn twintigste verjaardag. Al sinds 1998 verbindt de veerdienst beide Limburgen. Met 50.000 toeristische overzetten per jaar is het bootje nog lang niet van plan met pensioen te gaan.
De twintigste verjaardag werd gevierd met een gratis dagje varen voor de toeristen die al wandelend, maar vooral met de fiets de oversteek wilden maken. Voor een dag kostte het hen geen euro om te mogen genieten van het andere Limburgse fietsparadijs. “Jaarlijks gaat het om 50.000 overzetten”, vertelt Lambert Schoenmaekers, projectleider van RivierPark Maasvallei. “Het overgrote deel van de mensen zijn toeristen, maar ook buurtbewoners en scholieren maken gebruik van deze toch wel bijzondere verbinding.”
De Grensmaas telt vandaag drie veerpontjes als onderdeel van het fietsroutenetwerk. “Ze zijn een cruciaal onderdeel in het verhaal van de Maasvallei als een toeristische trekpleister die elk jaar meer dan een miljoen fietsers verwelkomen.”
Vreemden
Het pont in Ophoven is intussen uitgegroeid tot een stukje gemeenschappelijke geschiedenis van België en Nederland. “Het heeft ook vele deuren geopend en mensen samengebracht”, zegt de Kinrooise schepen van Toerisme Sylvie Vanmontfort (CD&V). “Die Maas was in mijn jonge jaren een echte grens. De mensen aan de overzijde waren voor ons vreemden en contact was onbestaand, maar dit kleine pontje heeft daar verandering ingebracht. Het werd voor vele grensbewoners gemeengoed en dat is misschien wel de grootste verdienste van dit project geweest”, besluit de schepen. De cijfers van veerpontjes tonen het succes aan. “Toen enkele jaren geleden werd beslist om de gratis oversteek opnieuw betalend te maken, kenden we een dipje, maar dat zijn we weer helemaal te boven gekomen”, aldus nog Schoenmaekers.