FIFA-voorzitter in opspraak door deals met PSG en Man City
Gianni Infantino moest voor een nieuwe wind zorgen bij de FIFA na de schandaalsfeer tijdens het voorzitterschap van Sepp Blatter, maar ook de Zwitser komt in opspraak.
Toen hij nog bij de Europese voetbalbond UEFA werkte, hielp de huidige FIFA-voorzitter Paris Saint-Germain en Manchester City wegkomen met inbreuken tegen de Financial Fair Play-regels. PSG kon zo spelers als Neymar (222 miljoen euro) en Mbappé (175 miljoen) aantrekken,
terwijl City 885 miljoen euro kon uitgeven aan zijn huidige spelerskern. Het was Gianni Infantino zelf die als secretaris-generaal de regels voor Financial Fair Play introduceerde. Rijke clubs kunnen niet langer monsterverliezen maken om ze te laten bijpassen door suikerooms. Uitgaven, zoals transfers, moeten gedekt worden door voetbalgerelateerde inkomsten. Tot de straffen behoort uitsluiting van Europese competities. Dat overkwam Malaga, maar niet PSG en Man City, ondanks veel ergere inbreuken. Daarvoor zorgde Infantino, zo blijkt uit nieuwe documenten van het klokkenluidersplatform Football Leaks, die het Duitse weekblad Der Spiegel en De Standaard in handen kregen. Het financieel controleorgaan van de UEFA deed de alarmbellen afgaan over een vijfjarig sponsorcontract van PSG met de Qatarese Dienst voor Toerisme, goed voor jaarlijks 215 miljoen euro, maar na dubieuze tussenkomsten van Infantino kwam PSG (net als Man City eerder) weg met een minnelijke schikking van 20 miljoen, een bedrag dat beide clubs met de glimlach betaalden.