“Pensioen is het mooiste woord dat er bestaat”
Een decennium geleden woonde Miet Hendrikx (62), samen met haar lieve hond Aika, in de conciërgewoning van het Biotechnicum aan de Kaulillerweg in Bocholt-centrum. Ze was toen 17 jaar directeur van de school. Vandaag is Miet met pensioen, sinds twee jaar woont ze aan de Bocholterkiezel in Bree, samen met haar nieuwe hond Lena. Ze keert voor dit interview terug naar haar Biotechnicum waar haar oude thuishaven momenteel wordt omgebouwd tot secretariaat voor de school. Tien jaar geleden was het broeierig heet toen ik bij Miet ging aanbellen voor een bed. Vandaag is het nog heter. De bel is er wel niet meer en haar conciërgewoning is een bouwwerf.
Miet zelf straalt. Ze is vier jaar weg als directeur van de school. Door de ziekte van Ménière en haar stressvolle job kreeg ze steeds meer last van evenwichtsstoornissen. De dokter adviseerde haar het rustiger aan te doen. Ze luisterde, maar een half jaar later lag ze helemaal in de lappenmand toen er borstkanker werd vastgesteld. “Ik ben gered door mijn hond Lena”, begint ze haar bizar verhaal. “We waren aan het wandelen en plots kwam ik ten val toen Lena achter een fietser aanging. Dat deed behoorlijk pijn. En het bleef maar pijn doen, onder mijn arm. Tot ik daar plots een knobbel voelde. Van de val, zei de dokter eerst. Maar enkele onderzoeken later kwam aan het licht dat er een gezwel zat. Borstkanker. Dat was toch effe slikken. Hoe Lena me dan redde? Wel, als ik niet door haar gevallen was - ik weet het, dit is bijgeloof - dan hadden we de kanker pas veel later, misschien wel te laat, ontdekt.”
Borstreconstructie
Het gezwel moest er voor Miet zo snel mogelijk uit. “Ik moest en zou genezen, aan een fatale afloop heb ik nooit gedacht. Ik liet geen traan, behalve toen mijn haren uitvielen in de douche. Toen heb ik heel hard gehuild. Ik vond dat zo erg.”
“De chemo werd op het einde zwaar. ‘Het gaat voelen alsof er een vrachtwagen over u gereden heeft’, zei de dokter nog. En dat was effectief zo. Mijn benen deden vreselijk pijn.” Maar met hulp van collega’s en haar hechte familie sloeg Miet er zich door. Twee jaar geleden liet ze een borstreconstructie uitvoeren. “Dat was ook pittig, maar nu heb ik wel weer een strakke buik en borsten van iemand van 25 jaar”, moet ze er zelf om lachen. Vandaag zorgt enkel de halfjaarlijkse controle bij de dokter nog voor ongerustheid. Verder geniet Miet voluit van haar pensioen dat sinds twee jaar officieel is. “Pensioen, dat vind ik het mooiste woord dat er bestaat. Ik sta ’s morgens op, lees jullie krant en ontbijt rustig. Daarna ga ik wandelen met Lena. En ’s namiddags doe ik waar ik zin in heb. Ik volg zelfs naailes, bij Naaischool Bysou in Pelt. Die dame leert je dingen maken zoals jij die graag wil. Toen laatst een vrouw mij vroeg waar ik mijn kleedje gekocht had, was ik apetrots. Ik had het gewoon zelf gemaakt.”
Kindjes wegen
Miet fietst ook veel en ze werkt bij Kind en Gezin als vrijwilligster. “Kindjes wegen en meten. Heel fijn, zeker als oud-leerlingen met hun baby langskomen. Inmiddels ben ik ook tot voorzitter van Kind en Gezin gebombardeerd. Omdat ik iets van boekhouden ken, zeggen de anderen.” Op school springt ze ook nog wel eens binnen. “Ik bemoei me wel nergens mee: ik geef alleen advies als ze erom vragen”, zegt ze. “De school doet het overigens zeer goed. Ze hadden nog nooit zoveel inschrijvingen als nu. Ik ben trots op wat ik hier realiseerde maar vooral ook op de sfeer in deze school. Ieder jaar ken ik een prijs toe aan de leerling met het hoogste Biotechnicumgevoel. En dat Biotechnicumgevoel, dat is rechtvaardigheidsgevoel. De leerling die de prijs krijgt, is gewoon een heel fijne mens.”
Kaarsen voor KRC
Bij haar afscheid als directeur stonden de leerlingen in een haag langs de weg met allemaal witte en blauwe ballonnen. Oudercontacten op avonden dat KRC Genk een topmatch speelde, durfde ze te verplaatsen. En bij de vorige titel van KRC Genk trakteerde Miet op school met blauw-wit ijs. “Ik ben nog even gek van Genk als toen”, wordt ze enthousiast als we het onderwerp aansnijden. “Die play-offs, dat was geweldig stressen. Ik ging voor iedere match een kaars branden in Kapel 18. Behalve voor de wedstrijd tegen… Antwerp. En toen verloren ze. Dus de kaarsen moeten geholpen hebben.” (lacht)
“Ik hoop dat we voor volgend seizoen weer een degelijk elftal samen krijgen. Dat de jongens aan wie beloofd is dat ze weg mogen, vertrekken, daar heb ik geen probleem mee. Maar dat kerels als Malinovskyi die een contractverbetering kregen gaan zeuren, daar
“Het gaat volledig de foute kant op met onze planeet. Mocht ik nog directeur zijn, dan mochten de leerlingen van mij spijbelen voor de
klimaatmarsen”
Miet HENDRIKX
krijg ik het van. Ik ben trouwens ook ontgoocheld in Clement. Goede trainer, maar zijn vertrek is nogal opportunistisch. Maar Mazzu gaat dat goed doen. Een heel mooie man trouwens. (lacht) Voor de Champions League hoop ik op ploegen waar ex-Genkies in meedoen. Manchester City of Real Madrid mogen altijd.”
Klimaatmarsen
Miet geniet met volle teugen, maar toch is ze niet enkel bezig met de leuke dingen van het leven. Zo is ze flink ongerust over ons klimaat. “De klimaatmarsen hebben me wakker geschud, net als de docureeks van Nic Balthazar op Canvas. Ik heb daar echt wakker van gelegen. Het gaat volledig de foute kant uit met onze planeet als we zo voort doen. Ik probeer dus mijn steentje bij te dragen en ga bijvoorbeeld nooit meer dan één keer per jaar met het vliegtuig op vakantie. Vroeger was dat makkelijk drie, vier keer. Ik doe zo veel mogelijk verplaatsingen met mijn elektrische fiets en voor iets verdere trips gebruik ik het openbaar vervoer. Al is dat laatste in Limburg wel geen sinecure. Maar als ik er met de bus een half uurtje langer over doe, dan is dat maar zo. Ik tank met mijn auto nog hooguit één keer om de twee maanden. Mocht ik nog directeur zijn, dan mochten de leerlingen van mij spijbelen voor de klimaatmarsen.”
Schoenen
In tegenstelling tot tien jaar geleden blijven we deze keer niet slapen bij Miet. Van mijn logeerkamer van toen is ook niets meer over. Eén vraag speelt me al die tijd wel al parten: er lag in de logeerkamer toen een hele stapel schoenen. Is die imposante collectie mee verhuisd? Miet lacht: “Niet allemaal, maar toch veel. Ik heb mezelf inmiddels een regel opgelegd. Als ik nog nieuwe schoenen koop, moet een oud paar de deur uit. Zo blijft het schommelen rond een paar of vijftig.”