Consument krijgt minder gewicht dan verpakking belooft
Extra controles op voorverpakt voedsel
HASSELT - Minister van Consumentenzaken Wouter Beke (CD&V) laat de gewichtsaanduidingen op voorverpakte voedingswaren extra controleren. Nu wordt bij één op de zeven controles vastgesteld dat de klant in werkelijkheid minder krijgt dan wat op de verpakking staat. Er komt ook een campagne om supermarkten en winkeliers op de bestaande regelgeving te wijzen.
De FOD Economie controleert jaarlijks een duizendtal bedrijven, supermarkten en winkeliers op het correct weergeven van gewichtsaanduidingen op voedselverpakkingen. Als er een inbreuk wordt vastgesteld, is dat vrijwel altijd omdat er minder in de verpakking zit dan aangegeven. De wetgeving daarover is al jaren duidelijk. Net daarom wil minister van Consumentenzaken Wouter Beke nog even de puntjes op de i zetten. “Eerst komt er een campagne, in samenwerking met federaties van supermarkten en handelaars”, zegt de minister. “Nadien volgen er specifieke controles.” Supermarktketens en handelaars riskeren bij een inbreuk een proces-verbaal.
Minister van Consumentenzaken Wouter Beke (CD&V) kondigt extra controles aan op de hoeveelheidsaanduidingen van voedingsproducten. Nu wordt bij één op de zeven controles vastgesteld dat producten in werkelijkheid minder inhoud bevatten dan aangegeven is op de verpakking.
Een Waalse man bond enkele weken geleden op sociale media de kat de bel aan. Hij kocht in een supermarkt 305 gram gehakt, maar bij het nawegen thuis bleek hij maar 260 gram vlees in handen te hebben. De overige 45 gram bleek het gewicht te zijn van het bakje waar het gehakt in lag. Nochtans mag het gewicht van de verpakking nooit meegerekend worden. De wetgeving is daar duidelijk over: wanneer goederen verpakt worden in afwezigheid van de consument, dan moet de netto hoeveelheid van dat product vermeld worden op de verpakking. Enkel als er geen onduidelijkheid kan bestaan, mag die vermelding in de onmiddellijke omgeving, bijvoorbeeld op het winkelrek, worden weergegeven. Maar wanneer hetzelfde product in variabele hoeveelheden verpakt en uitgestald wordt, moet het netto gewicht dus logischerwijze op elke verpakking afzonderlijk worden vermeld.
Inbreuken
Toch gaat het nog regelmatig mis. De dienst Metrologie van FOD Financiën voerde vorig jaar 956 controles uit. Bij 143 daarvan, oftewel één op de zeven, werden inbreuken vastgesteld. “De meeste inbreuken, zo’n 95 procent, hebben te maken met een vastgesteld tekort in de hoeveelheid”, zegt Bart Tierens, woordvoerder van Wouter Beke. Die volgde recent Kris Peeters op als federaal minister van Consumentenzaken. “Bij de overige 5 procent gaat het om de aanduiding van de hoeveelheid zelf. Die is bijvoorbeeld niet aanwezig of onleesbaar.” Hoeveel de werkelijke hoeveelheid mag afwijken van de aangegeven hoeveelheid, is echter niet eenduidig te bepalen. “Dat is nogal technisch”, zegt Tierens. “Er zijn vastgelegde toleranties voor zowel weegschalen als voor producten, en die toleranties verschillen bovendien nog naargelang het product.”
Campagne
In vergelijking met 2017 is het aantal vastgestelde inbreuken weliswaar licht gedaald, maar Beke vindt één op de zeven nog steeds te veel. Hij focust nu op supermarkten en winkeliers die producten voorverpakken en geeft FOD Economie de opdracht om een campagne te organiseren. “De wetgeving is weliswaar niet veranderd, maar we willen toch nog even de puntjes op de i zetten”, zegt Tierens. “Die campagne zal gebeuren in samenwerking met federaties van supermarkten en handelaars.
Nadien volgen er ook extra controles.” Winkeliers of supermarktketens riskeren bij een inbreuk een waarschuwing of een proces-verbaal. “In 2017 werden naar aanleiding van de controles 79 waarschuwingen uitgeschreven en werden 58 gevallen doorverwezen naar het parket”, aldus Tierens.
Beke gaat ervan uit dat de handelaar u niet doelbewust wil misleiden. “We stellen vast dat fouten vooral ontstaan door verstrooidheden”, zegt Tierens. “Er wordt bijvoorbeeld een ander verpakkingsschaaltje gebruikt, maar men vergeet het juiste gewicht af te trekken van het totaal. Als het toch gaat om kwaad opzet, is dat weliswaar moeilijk te bewijzen.”
Weegschalen
Ook een slecht afgestelde weegschaal kan aan de basis liggen van een foute gewichtsaanduiding. De wettelijke marges zijn nochtans klein. Tot 500 gram mag een weegtoestel er maar 1 gram naast zitten. Tot 2 kilogram is dat 2 gram, tot 10 kilogram 3 gram. Vroeger, tot 1 januari 2010 zorgde FOD Economie om de vier jaar voor de herijking van weegschalen. Sindsdien is dat echter opengesteld voor externe firma’s. “Wij hebben nu een nieuwe weegschaal, dus die is nog drie jaar in orde”, zegt Anthony Mestré van de Hasseltse slagerij Quetin. “Maar wat mij betreft mogen ze die wat vaker controleren, want een slecht geijkte weegschaal kan ook in mijn nadeel zijn.” Ook Colruyt schakelt op regelmatige basis een externe firma in voor de herijking van alle weegschalen in de beenhouwerijen.
In ons land zijn er 26 firma’s die de weegschalen mogen (her)ijken, waarvan geen enkele in Limburg. “De klant is zelf verantwoordelijk voor de herijking, die zo’n 50 à 100 euro kost”, zegt Bert Eykens van Precia Molen Belgium in Sint-Amands. “Als wij gevraagd worden voor een herijking, brengen we de overheid daarvan op de hoogte via een online databank. Op basis daarvan kunnen de controleurs van FOD Economie zien welke weegschalen al lang niet meer geijkt zijn en op basis daarvan gerichte controles uitvoeren.”