Begroting eindigt met tekort van 7 miljard euro
BRUSSEL - De begroting eindigt dit jaar met een tekort van 1,5 procent of 7,2 miljard euro. Dat gat is dubbel zo groot als gedacht.
De regering mikte bij de opmaak van de begroting van 2019 op een tekort van 0,7 procent. Dat was geen begroting in evenwicht, maar toch ook niet slecht. Maar nu het Monitoringcomité – een team van hoge ambtenaren – alles nog eens heeft nagerekend, blijkt dat we afstevenen op een structureel tekort van 1,5 procent van ons bbp. Dat betekent dat we 3,8 miljard euro méér in het rood gaan dan gedacht.
De ontsporing is voor 1,9 miljard het gevolg van lagere fiscale inkomsten, wat dan weer het gevolg is van de afgenomen economische groei. De rest van de ontsporing zit in de toegenomen sociale uitgaven. “Door de val van de regering hebben we bepaalde maatregelen niet meer kunnen nemen”, zegt minister Maggie De Block (Open Vld).
“Wat we zien is een gevolg van het gebrek aan een echte begroting in 2019 door de val van de regering”, zegt federaal minister van Financiën Alexander De Croo (Open Vld). “Ik heb toen gezegd dat de val ons 2 miljard zou kosten. Dat is dus nog een onderschatting gebleken. Hadden we een gestemde begroting gehad en een controle kunnen uitvoeren, dan hadden we hier vroegtijdig op kunnen ingrijpen. Maar dat heeft de N-VA dus onmogelijk gemaakt door de begroting niet mee te stemmen. Elk uur, elke dag, elke maand die we verliezen, heeft een kostprijs. Ons land kan zich niet veroorloven van nog meer te treuzelen. We moeten zo snel mogelijk aan de slag.” Zijn voorganger Johan Van Overtveldt (N-VA) pikt die vergelijking niet. “Als men de maatregelen uit het zomerakkoord naar het parlement had gebracht, dan hadden we die goedgekeurd. En dan stond de begroting er een pak beter voor”, tweette hij gisteren.