Het Belang van Limburg

“Ook meisjes kunnen zeveren”

3 Red Panthers strijden tegen 3 mannelijke clichés over topsporten­de vrouwen

- Marc VERMEIREN

Vooraleer de Red Panthers zaterdag tegen Nederland hun EK aanvatten, confronter­en wij hen met drie mannelijke clichés over topsporten­de vrouwen. Zijn ze niet te rancuneus? Luisteren ze beter dan jongens? En waarover praten ze onder mekaar? AnneSophie Weyns (24), Judith Vandermeir­en (25) en Pauline Leclef (24) verdedigen zich met verve.

CLICHE 1 VROUWEN MISSEN COMPETITIV­ITEIT

Pauline: “Wie dat denkt, mag altijd eens komen kijken naar onze trainingen of onze wedstrijde­n. Dat is hard tegen hard. Wij willen altijd winnen. Alsof het anders kan op topniveau.”

Judith: “Dat cliché hangt samen met de misvatting dat vrouwen soft zijn en ambities missen. Ook wij dromen van het allerhoogs­te. De duels in het hedendaags­e hockey zijn veel harder geworden dan vroeger. Toen overheerst­e techniek, nu is het vooral een contactspo­rt. De Latijnse landen – Argentinië of Spanje – durven met hun vurige temperamen­t wel eens de grens opzoeken.” Anne-Sophie: “In het hockey blijft fair play belangrijk. Bewust iemand blesseren of intimidere­n komt slechts héél uitzonderl­ijk voor. Eigenlijk zijn wij heel brave meisjes.”

Voetballer­s zeuren constant tegen de ref.

Judith: “Daarvoor ontbreekt het ons aan tijd. De bal kan op vijf seconden aan de andere kant van het veld zijn. Dan sta je daar te discussiër­en, terwijl je man wegloopt.”

Pauline: “Het is vaak sterker dan jezelf, maar na twee seconden roepen ploegmaats of coach je al tot de orde.”

Anne-Sophie: “Zoals voetballer­s met zes man tegelijk op de scheidsrec­hter afstormen, heb ik nog niet meegemaakt.”

Pauline: “Schwalbes zul je bij ons evenmin aantreffen. Alhoewel: als je in de cirkel bent en je krijgt een por, dan doe je er wel eens iets bovenop, hopende op een penalty corner.”

Judith: “Eigenlijk zouden we dat zelfs iets meer mogen doen. Trashtalki­ng? In de hitte van de strijd valt er wel eens een puta.” Pauline: “Meer dan: what the fuck doet gij nu heb ik toch nog niet gehoord. Zelf heb ik nog nooit een tegenstand­er verbaal aangepakt. Ik zou niet weten wat zeggen.” Anne-Sophie: “Ik wel hoor. Zeg gast. Als iemand mij vasthoudt in de cirkel.”

CLICHE 2 VROUWEN ZIJN RANCUNEUS

Anne-Sophie: “Dat vorige cliché sloeg echt nergens op, maar deze opmerking klopt wel. Bij meisjes zinderen conflicten of ruzies altijd wat langer na.” Judith: “In de hitte van de strijd vallen wel eens harde woorden. Vrouwen zijn gevoeliger, waardoor dat incident een halfuur na de match nog sluimert.” Pauline: “Als iets je dwars zit, pak dat op en praat het uit. Meteen met de betrokkene, dus. En niet met de 16 anderen van de ploeg. Van nature ligt dat wat moeilijker voor meisjes.”

Anne-Sophie: “Voor een ploegsport kan dat heel destructie­f werken, maar het lukt ons steeds beter.”

Judith: “Sowieso heb je mensen die gevoeliger zijn voor commentaar, hoe goed bedoeld die ook is. Je kan heel veel leren van mekaar, maar je moet ervoor open staan. En je ego niet al te veel laten opspelen.”

Is dat de Nederlands­e aanpak?

Jullie coach is een Nederlande­r.

Judith: “Die directheid in communicat­ie is toch een van de redenen waarom Nederland wereldtop is. Die verspillen geen tijd met te wenen en te zagen.”

Pauline: “Of een coach ons mag uitschelde­n? Als dat terecht is, wel. Een paar fucking’s om zijn betoog kracht bij te zetten, kan best. Maar ik zou niet voor het vuil van de straat uitgemaakt willen worden.”

Judith: “Als je drie goals hebt geslikt omdat je je man hebt laten lopen, is het logisch dat de coach je terecht wijst. En dan komt er inderdaad wel eens een scheldwoor­d bij kijken. Maar het is niet zo dat hij ons een domme koe zou noemen. De Oostblok-stijl van coaching – brullen en tieren – zou bij vrouwen averechts effect werken.”

CLICHE 3 VROUWEN KUNNEN NIET SAMENWERKE­N

nne-Sophie: “Als dat niet lukt, zouden we in topsport nergens geraken.”

Judith: “Ik heb nog nooit gemerkt dat iemand bewust een vrijstaand­e ploegmaat negeert. Het gevaar op kliekjesvo­rming bestaat wel, maar dit team ontsnapt daaraan. Je ziet geen splitsing tussen Vlamingen en Walen of tussen ouderen en jongeren.” Anne-Sophie: “In de jeugdreeks­en was er wel een kloof tussen Walen en Vlamingen, ook al omdat je daar nog met een taalhandic­ap zit.”

Judith: “In de loop der jaren zijn we naar mekaar toegegroei­d. Je moet wel een balans vinden tussen de groep en het individu. We trekken wekenlang met mekaar op, zwervend over de hele wereld. En dan snak je naar momenten voor jezelf, alleen op je kamertje.”

Zet een stel kerels bij mekaar en er wordt vooral gezeverd.

Judith: “Ook meisjes kunnen zeveren hoor. Wat gek doen, mekaar plagen… Maar wij zijn zo vaak samen dat je het meteen merkt als iemand met een probleem zit. Wij praten vaak en makkelijk over onze emoties. Het is aangenaam om eens over iets anders dan hockey te praten.”

Bij jongens is dat dan over films, voetbal of muziek.

Pauline: (grijnst) “Of over vrouwen. Maar het klopt dat er qua emotionele diepgang een verschil is. Wij praten graag over gevoelens, over hoe het thuis gaat of in ons privéleven. Als iemands relatie op de klippen zou lopen, zouden we dat allemaal snel weten, ja.”

Anne-Sophie: “We zouden dat ook merken aan dat meisje. Dat hangt weer samen met onze emotionele­re natuur. We gaan verdriet sneller uiten.”

Judith: “En we zijn wat attenter, denk ik. Als iemand haar zoveelste cap viert, maken de anderen een gedichtje voor haar.”

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium