Dessers topschutter in Nederland: “Mijn geheim? Ik mag weer spelen”
EREDIVISIE
HERACLES - ADO DEN HAAG
T4-0
opschutter op zaterdag, dan verwacht je een kleine viering op zondag. Mis poes. Cyriel Dessers mocht ’s ochtends alweer buiten rondjes lopen, waarna nog een fitnesssessie volgde. “Dat heb je met een Duitse trainer, hè (Frank Wormuth, nvdr.)”, kan de Tongerse spits er wel mee lachen. “Een klassieke uitloopsessie hebben we hier na een match nooit. We zijn er al aan gewend. Al vond ik het deze keer wel vrij fris buiten.” (lacht) Hier, dat is Almelo. De stad van Heracles, de club waar Dessers vorige zomer belandde. De overstap kwam er nadat de spits zich in twee jaar Utrecht nooit incontournable kon maken. Al het goede wat hij bij zijn komst naar Nederland – in 2016-2017 was hij in een seizoentje NAC in tweede klasse goed voor 29 rozen – had getoond, leek weg. Wat een verschil met de elf competitiegoals – waarvan zes in de laatste drie matchen – die van Dessers voorlopig de topschutter van de Eredivisie maken. “Het geheim van dit succes? Dat ik nu elke match mag spelen. Kijk maar eens naar m’n statistieken: er zit niet zo veel verschil in het aantal minuten die ik vroeger nodig had om te scoren bij andere clubs.” Niet bijzonder veel, inderdaad. Van veel naar weinig: 144 minuten bij Utrecht, 117 bij NAC, 111 bij Heracles. “Moeilijk dat over mezelf te zeggen, maar als ik blijf staan, kom ik wel aan mijn goals. Het is een mooi compliment dat sommigen in mij een goalgetter zien, maar ik wil en kan veel meer zijn dan dat: ik zet mee druk, verdedig ook, ben betrokken in de opbouw. Ik wil een completere spits zijn.” Iets wat zijn vijf assists in de laatste vijf competitiematchen ook getoond hebben. En iets wat ook zijn eerste trainer bij Utrecht in hem zag: Erik ten Hag, succestrainer van Ajax. “Onder hem scoorde ik in mijn eerste half seizoen negen keer”, zegt Dessers. “Maar in de winterstop vertrok hij en liep het minder. Ik raakte zwaar geblesseerd aan de knie, maar het probleem was vooral dat ik mezelf te hard wou bewijzen. En dat ik me niet top voelde in ons systeem: een 4-4-2 ruit waar ik links op de flank moest spelen. Je kunt de situatie vergelijken met mijn tijd in Lokeren: daar begon ik goed onder Peter Maes, maar lukte het minder onder Leekens.”
Nigeriaanse berichten
De complimenten voor Dessers gaan trouwens verder dan Amsterdam. De spits deelt de Belgische met de Nigeriaanse nationaliteit en droomt stiekem van een interlandcarrière bij The Super Eagles. “Ik zie het eerder als een verre droom”, zegt Dessers. “De Nigeriaanse pers is wel helemaal wakker geworden. Ze sturen geregeld ook berichten als “wij zijn fan van jou”. Allez, je hebt spelers als Osimhen (Lille, nvdr.), Musa (AlNasr, nvdr.), Iheanacho (Leicester, nvdr.) en ook een Onuachu (Genk, nvdr.) bij de nationale ploeg. Als je even rondkijkt, heeft elke Europese ploeg een Nigeriaanse spits. En dan kijken die mannen naar Cyriel Dessers uit Tongeren. Ah, we zien wel hoe het loopt.”