Hoe Wouter Vandenhaute zijn makelaarsbedrijf Let’s Play wil combineren met Anderlecht
Het spel is begonnen. Marc Coucke wil de makelaars aan banden leggen, maar haalt met
Wouter Vandenhaute nu wel een makelaar binnen om Anderlecht te (helpen) runnen. Weliswaar als extern adviseur, maar andere clubs stellen zich daar toch vragen bij. Vandenhaute ziet geen probleem. Hij cirkelt boven zijn bedrijven als een helikopter.
Stel dat Anderlecht volgende zomer Vadis Odjidja wil van AA Gent. Of Wout Faes van KV Oostende, of Benito Raman van Schalke 04. Eigenlijk kan dat niet meer, want ze staan alle drie onder contract bij Let’s Play, het makelaarsbureau van Vandenhaute. De perceptie zal steevast zijn dat hij zaakjes exclusief voor Anderlecht regelt, de club die hij adviseert. Om over het vastleggen van jeugdspelers maar te zwijgen.
Intimi vinden dat onzin. Ze verwijzen naar de tijd dat Vandenhaute baas was bij het mediabedrijf Woestijnvis. Dat werkte lang exclusief samen met de VRT en die combinatie scheerde erg hoge toppen. Herinner u programma’s als De mol, Het eiland en ga zo maar door. Maar vanaf 2011 kon Woestijnvis ook beslag leggen op tv-zender Vier. Vandenhaute had toen kunnen kiezen om exclusief voor de VRT te blijven werken, maar Woestijnvis ging topprogramma’s maken die het best pasten bij het profiel van beide zenders. Iedereen werd er beter van. Ook met zijn makelaarsbedrijf Let’s Play wil de zakenman nu niet exclusief kiezen voor Anderlecht als sommige van zijn spelers elders beter passen. Het bewijs leverde Let’s Play deze winter al. Zo loodste het makelaarsbedrijfje de 18-jarige Senegalese spits Youssouph Badji in december naar Club Brugge. Op dat moment wist Vandenhaute al heel goed dat hij weldra aan de slag zou gaan als adviseur voor Anderlecht. Zijn werknemers hadden Badji gerust naar RSCA kunnen pushen, maar vonden Club Brugge een betere keuze. Ze wilden het beste voor de speler.
We schrijven ‘zijn werknemers’, want Vandenhaute moeit zich – zo vertelt men bij Let’s Play toch – nooit met de sportieve, operationele werking van Let’s Play. Zoals bij al zijn bedrijven cirkelt hij erboven als een helikopter. Hij bepaalt structuren en budgetten, maar het zijn Peter Smeets en Bob Claes die de machine doen draaien. Smeets is het voormalige hoofd van de sociale cel van Anderlecht en Claes de voormalige CEO van Standard. Zij begeleiden de voetballers en maken de contracten op. Ook gewezen Rode Duivel Patrick Vervoort is er werkzaam. Kwatongen beweren echter dat Let’s Play nog tot vorig weekend jeugdspelertjes van Anderlecht het hof maakte om voor hun bureau te kiezen. Is dat dan deontologisch? Vorige week tekende er alleszins nog een talentje en ook het 13-jarige Brusselse wonderkind Rayane Bounida zit in hun portefeuille. Makelaars van over de hele wereld wilden die ‘kleine Messi’ nochtans vastleggen, maar Let’s Play hengelde hem in juni binnen. Sommigen beweren wel dat Bounida’s broer nu ook voor Let’s Play werkt en dat dat doorslaggevend was.
Camion tieners
Bij Let’s Play ontkennen ze niet dat ze verschillende Anderlechttalenten begeleiden. Naast de profvoetballers staan ze in voor zo’n twintig spelers van minder dan 18 jaar en daar zijn een zevental RSCA-jonkies bij. Volgens Let’s Play komen ze bij hen gewoon beter terecht dan bij de Engelse makelaarsbedrijven, die de markt afschuimen en een hele camion tieners aanwerven in de hoop één goudhaantje te vinden. Daar zijn ook kantoren bij die Vincent Kompany goed kent, maar die jonkies worden vaak aan hun lot overgelaten. Bij Smeets en co. krijgen ze dag en nacht begeleiding.
En toch. Nu heeft Let’s Play met Frank Boeckx één speler uit de A-kern van Anderlecht onder contract en de keeper denkt aan stoppen. Maar als er straks een andere RSCA-topper voor het bureau tekent, zal er sowieso commentaar komen. En wat als het transfers doet voor een andere club? En wat als een speler van Anderlecht voor een andere makelaar kiest hoewel ook Let’s Play naar hem hengelde? Het wordt koorddansen.