Op naar een griepvaccin dat langer dan één winter werkt
Je zou het haast vergeten bij alle coronapaniek. Er dóét al een virus de ronde waarvan we zeker weten dat het ook deze winter weer honderdduizenden mensen wereldwijd zal doden: de griep. Dit jaar, zo blijkt uit de officiële statistieken voor ons land, lijkt er zelfs meer risico op verwikkelingen met ziekenhuisopnames dan de voorbije jaren. Meer dan tien procent van de grieppatiënten valt tot dusver in de categorie ‘ernstig verloop’. Achter de schermen werken onderzoekers intussen naarstig aan griepvaccins die ingeënte personen beter beschermen dan de huidige. De onderzoekers boeken daarbij successen bij proefdieren, blijkt uit een nieuwe paper in het vakblad Science.
Vorsers testen al een tijdje of een hogere dosis van het griepvaccin of toegevoegde ‘hulpstoffen’ een betere bescherming bieden. Nu beschrijven ze in Science een vernuftige manier om het immuunsysteem klaar te maken voor de influenzavirussen. Dat is de familie virussen die de griep veroorzaken, een andere familie dan de coronavirussen. Na de inenting, zo is het plan, bevinden zich cellen in het bloed die het lichaam weerbaar maken tegen een brede waaier aan influenzavirussen. Experimenten met muizen en fretten hebben aangetoond dat de onderzoekers op het juiste spoor zitten. De nieuwe strategie omzeilt een groot hiaat van de bestaande griepvaccins. Wie daarmee ingeënt wordt, maakt antilichamen aan tegen slechts drie of vier virusstammen. De antilichamen herkennen eiwitten op het oppervlak van het virus, ze binden zich eraan en voorkomen dat het virus zich vermenigvuldigt. Maar het virus verandert nogal snel, waardoor het onherkenbaar kan worden voor die specifieke antilichamen. Het virus gaat dan ondanks de vaccinatie zijn gang.
”De huidige griepvaccins wapenen ons tegen de virusstammen waarvan in het voorjaar wordt voorspeld dat ze later dat jaar de griepepidemie zullen veroorzaken in het Westen”, zegt Pierre Van Damme, professor vaccinologie aan de UAntwerpen. ”Die inschatting is gebaseerd op metingen via peillaboratoria van wat er circuleert in het zuidelijk halfrond, want daar gaan nieuwe varianten vaak als eerste rond. Het komt erop neer dat elk jaar de carrosserie van het vaccin wordt aangepast, maar de motor blijft behouden.”
Killercellen
De voorspellingen in het voorjaar worden de laatste jaren beter, maar de huidige griepvaccins botsen op hun limieten. “Gemiddeld zitten we tussen 60 en 70 procent bescherming”, aldus Van Damme. “Maar de werkzaamheid vermindert met de leeftijd. Dus bij 65-plussers, een heel kwetsbare groep voor de griep, is dat dan gemiddeld nog maar 50 procent.”
In hun nieuwste strategie zetten onderzoekers niet langer in op antilichamen, maar op cellen die het lichaam veel breder kunnen beschermen. “Het vaccin bevat een inwendig eiwit van het griepvirus dat veel minder onderhevig is aan verandering”, zegt Isabel Leroux-Roels, professor aan het Centrum voor Vaccinologie (UGent). Onder haar leiding loopt er op dit moment een studie met een experimenteel griepvaccin dat zo werkt. Eerder werd het al aan de UAntwerpen bij Van Damme getest bij een kleine groep vrijwilligers. Leroux-Roels: “Na vaccinatie worden T-cellen in het bloed opgewekt. T-cellen zijn de zogenaamde killercellen van ons immuunsysteem. Ze kunnen met griep besmette lichaamscellen doden, waardoor verdere verspreiding van het virus naar andere cellen voorkomen wordt. Anders dan de antilichamen herkennen de aangemaakte T-cellen veel virusstammen die tot de griep kunnen leiden. Van dat type vaccins verwachten we dat de infectie milder verloopt met minder kans op complicaties, omdat het griepvirus sneller uit het lichaam geëlimineerd wordt.”
Professor Van Damme is optimistisch dat we over vijf tot tien jaar een ‘universeel’ griepvaccin hebben. ”De studies bij mensen zijn belangrijk. Want wat bij muizen werkt, draait lang niet altijd positief uit bij de mens.”