Akkoord over verkoop abdij, maar nog geen akte
ABDIJ COLEN BORGLOON
Abdij van Colen. Ook op een grijze zaterdagmiddag blijft dit beschermde monument en het evenzeer beschermde cultuurhistorische landschap errond wondermooi, zo aan de rand van de vallei van Colen. Er zijn echter steeds hardnekkigere geruchten dat de Abdij van Colen, ook bekend als Mariënlof, te koop staat. Of zelfs verkocht zou zijn.
Na drie keer aanbellen, zoals op de kerkdeur staat, en een beetje geduld, opent zuster Myriam tien meter verderop de deur van het witte Pandhof. Wat volgt, is een gesprek tussen een journalist en een vriendelijke, maar voorzichtige abdis. Zij bovenaan de trap, de journalist onderaan. “In feite heb ik nu geen tijd en bent u ook te vroeg hiervoor”, antwoordt zuster Myriam (79) als ik haar de kwestie voorleg. Samen met zuster Gratia (84) is zij nog de enige overblijvende zuster van dit cisterciënzerinnenklooster dat teruggaat tot de vijftiende eeuw. “Wel waar is dat het klooster te koop staat. Die beslissing hebben we niet licht genomen. We hebben toestemming van onze orde. Zelfs het Vaticaan heeft toestemming gegeven. Er zijn meerdere kopers. Wie dat zijn, kan ik niet zeggen. De verkoop staat nog niet definitief op papier. Er is nog geen akte. De notarissen zijn er nog mee bezig. Kom binnen twee weken of zo nog eens terug.”
“Wat zal er met u en zuster Gratia gebeuren?”, dring ik nog even aan. “Van de kandidaat-kopers moeten we niet weg”, antwoordt zuster Myriam. “Maar zuster Gratia, die hier al zestig jaar woont, wil toch liever weg als het hier anders wordt. Wij krijgen een andere bestemming. Dat komt wel in orde. In dat geval zou de kerk dan museaal worden en dus ontnomen worden aan de eredienst.” Veel meer wil zuster Myriam niet kwijt. “U bent gewoon te vroeg”, glimlacht ze nog eens.
Opgave
Wel staat vast dat men met de verkoop van de aloude abdij niet over één nacht ijs is gegaan. Al in 2015 bestelde het klooster, dat onder supervisie staat van het cisterciënzerinnenklooster Helfta in Duitsland, een haalbaarheidsstudie voor een herbestemming. Die studie werd mee betaald door LSM (Limburg Sterk Merk). Een goed ingelichte bron: “De bedoeling van de studie was te onderzoeken of de kloosterfunctie kon gecombineerd worden met andere activiteiten. Allerlei pistes zijn onderzocht, ook samenwerkingsverbanden met andere kloosters. Op een bepaald moment was er een ernstige piste dat de KULeuven, toen nog onder rector Torfs, er een congrescentrum zou uitbouwen. Maar nadat rector Torfs niet herverkozen raakte, is dat proces stilgevallen. Dat men uiteindelijk beslist heeft om te verkopen, is mijns inziens de laatste optie geweest. In zekere zin is dat een spijtige opgave. Er zijn gewoon te weinig roepingen.