“Staatssteun? Ja, maar enkel in ruil voor aandelen”
Moet onze overheid een zak geld geven aan een bedrijf dat net heeft beslist om 1.000 jobs te schrappen? In elk geval doet zo’n doortastende herstructurering beseffen dat het menens is, en dat het geld misschien echt nodig is om 3.000 andere jobs te redden.
De voorbije weken vonden er al gesprekken plaats, maar die lopen vast op een cruciaal punt. De overheid wil garanties over toekomstige investeringen, terwijl moederbedrijf Lufthansa geen politieke inspraak wil in de bedrijfsbeslissingen.
“Wij zetten duizend mensen buiten, geef ons nu geld: dat is niet ernstig”, vindt econoom Paul De Grauwe van de London School of Economics. “Ik denk dat we die financiële ondersteuning moeten geven, maar alleen als we ook inspraak krijgen. Anders kan je die mensen niet vertrouwen. Lufthansa moet niet komen dicteren hoe het moet, dat lijkt wel een nieuw-koloniale houding.”
“De overheid moet zich de principiële vraag stellen of de ontvanger van staatssteun een van de essentiele kerntaken van de maatschappij vervult”, zegt econoom Ivan Van de Cloot van denktank Itinera. “De luchthaven is sowieso belangrijk, maar in dit geval is ook de luchtvaartmaatschappij zelf belangrijk: anders heeft die luchthaven een kleinere ampleur.”
Ego’s
“Als je die steun geeft, moet je daar wel voorwaarden aan verbinden”, zegt Van de Cloot. “Door aandeelhouder te worden, heb je controle op de geluidsoverlast en de ecologische impact. Als Lufthansa daar een probleem mee heeft, moeten die garanties op een andere manier worden gegeven.” Luchtvaarteconoom Eddy Van de Voorde (UAntwerpen) hoopt dat beide partijen erin slagen om hun ego’s opzij te zetten en een vergelijk te vinden. “De overheid wordt er achteraf beter van als ze deze steun geeft, maar ze moet dan wel afspraken maken over de terugbetaling. Net zoals we deden toen we KBC hebben gered.”