En nu even niets meer
Voor veel ouders zal het vandaag een heuglijke dag zijn. Na twee maanden gaan sommige klassen schoorvoetend weer open. Maandag volgen de musea en dierentuinen, de kappers en andere contactberoepen. Zo zullen we in nauwelijks twee weken van een economie in lockdown naar een min of meer normale wereld zijn geëvolueerd. Op de horeca na, draait de mallemolen van weleer weer.
Uit onze enquête, die u hiernaast kan lezen, blijkt dat de Vlaming voorlopig voorzichtig omgaat met die herwonnen vrijheid. We gaan gelukkig nog niet massaal shoppen en ook het sociaal contact blijft beperkt. Dat is hoopvol, want het betekent dat de burgerzin waarop wordt gerekend, geen hol begrip is. Maar helaas zal het weinig efficiënt blijken als niet iedereen diezelfde terughoudendheid aan de dag blijft leggen. De uitdaging op dat vlak wordt groter hoe langer deze situatie aansleept.
Bij velen creëren de versoepelingen een vals gevoel van veiligheid, terwijl waakzaam blijven meer dan ooit belangrijk is. Iedere maatregel die wordt afgebouwd, heeft helaas ook een invloed op hoe deze pandemie zich gedraagt. Hoe goed we ons ook proberen te beschermen, er zal onvermijdelijk meer contact zijn en het virus zal daar dankbaar gebruik van maken.
Wat het precieze effect van die versoepelingen is, daarnaar is het voorlopig gissen. Ook voor de experts. Met een incubatietijd tot twee weken, zal eind deze maand pas ten volle blijken hoeveel nieuwe brandstof we het virus hebben gegeven.
De marge waarmee wetenschap en politiek moeten werken, is in ieder geval bijzonder klein, zo blijkt uit het reproductiegetal dat nu al opnieuw stijgt van 0,6 naar 0,8. Gemiddeld besmetten tien personen met corona in ons land nu acht anderen. Zo lang dat cijfer onder de 1 blijft, neemt de epidemie af. Gaan we daarboven, dan riskeren we een tweede golf. De kans dat we straks die grens bereiken of er over gaan, is dus reëel. Zo lang er geen vaccin is, blijft de enige optie dan ook om de exitstrategie in een voortdurend evenwicht te houden met dat reproductiegetal. Dat betekent dat we ook de moed moeten hebben om restricties opnieuw in te voeren, ook al zal dat meer kritiek opleveren dan de eerste keer.
Ook wij, de media, hebben daarin een rol te spelen. Wat voor zin heeft het om valse hoop te geven als de realiteit ons tot nederigheid dwingt? Twijfel en een gebrek aan vooruitzicht verkopen misschien niet, het is wel de werkelijkheid waarover we moeten rapporteren. En die zegt: nu temporiseren, nu even geen versoepelingen meer.