Mazzu: “Over Standard wil ik niet meer praten”
VOETBAL 1B Felice Mazzu (54) werd maandag officieel voorgesteld als de nieuwe trainer van Union. “Een stap terug? Dat laat me koud. Ik ben op mijn gevoel afgegaan”, klonk het.
Mazzu moet dus niet opnieuw lessen lichamelijke opvoeding gaan geven, maar gaat met veel ambities zijn nieuwe uitdaging aan in 1B. Hij kon ook naar Standard, maar koos bewust voor Union. “Het was simpel. Union is een club die absoluut hogerop wil en die veel uitgesproken ambitie heeft. Ze hebben me de positieve energie gegeven om te slagen in mijn opdracht. Het enige doel van de club is om te promoveren naar 1A. En met haar supporters, geschiedenis en ambitie en de kwaliteit van de kern zijn alle parameters aanwezig voor mij om hier gelukkig te worden.” Mazzu begon zijn trainersloopbaan onderaan de ladder, maar klom stapsgewijs op. Vorig seizoen kwam hij bij Genk terecht, maar daar liep het minder met een ontslag in november tot gevolg. “Ik heb geen spijt van Genk”, stelt Mazzu. “Ik ben net zo gelukkig nu als in juni 2019. Dat dit een stap terug is? Dat zegt iedereen, maar dat was niet het belangrijkste in mijn beslissingsproces. Het belangrijkste is dat de club met mij wil werken. Ik wilde dat mensen mij wilden. Over Standard wil ik niet meer praten. Ik zit hier bij een club die mij volledig vertrouwt en veel respect voor mij heeft. Ik ging dan ook niet over één nacht ijs. In een periode als deze kan je als werkloze trainer wel eens ongeduldig worden, maar ik heb dit niet ineens beslist. Ik ben op mijn gevoel afgegaan.”
Geen periodetitels meer
Mazzu tekende voor één seizoen bij de Brusselse club, maar blijft automatisch in dienst als hij de promotie naar 1A kan afdwingen. Wordt de druk dan niet enorm komend seizoen? “Ach, ik werd de voorbije periode onder druk gezet door mijn vrouw om te gaan tuinieren. Dat is nog wel wat anders dan hier. (lacht) Natuurlijk zal er druk zijn, maar niet meer of minder dan wanneer je voor een plek in de top zes speelt of tegen de degradatie vecht. Daarmee moet je als trainer kunnen omgaan.”