Na zomerscholen wil Weyts nu ook weekendscholen

ONDERWIJS HASSELT

Echt goed zicht op de leerachterstand bij kinderen hebben we nog niet, maar dat die er is, staat buiten kijf. Vlaams onderwijsminister Ben Weyts (N-VA) zegt nu het “grote geschut” boven te halen om die achterstand “om te buigen in een voorsprong. Met extra begeleiding na de lesuren, op maat van de leerlingen.” Concreet krijgen middelbare scholen financiële steun om speciale trajecten te organiseren na de les, in het weekend of in de herfst-, kerst- of krokusvakantie. De Vlaamse regering maakt daar 9 miljoen euro voor vrij. De scholen zelf krijgen per groepje van zeven leerlingen 125 euro per vier uur. Ze hebben tot eind september de tijd om een aanvraag in te dienen, waarna de ‘bijscholen’ kunnen plaatsvinden tussen 19 oktober en 19 februari.

De prioriteit gaat naar leerlingen die nu in het tweede, vierde, zesde of zevende middelbaar zitten omdat zij vorig schooljaar het minst fysiek naar de les zijn geweest. Sommige leerlingen hebben zelfs zes maanden lang geen school van dichtbij gezien. “De klassenraad zal in de meeste scholen in het begin van het schooljaar samenkomen”, zegt de woordvoerder van Weyts. “Zo krijgen ze een ruimer beeld van de leerprestaties van een kind. En kunnen ze nagaan of ze de achterstand kunnen wegwerken via het gewone aanbod of dat een extra traject nodig is.”

Gratis en vrijwillig

Het project ligt in het verlengde van de zomerscholen die in juli en augustus plaatsvonden en waar zo’n 10.000 leerlingen aan deelnamen. Het verschil met de ‘bijscholen’ is dat de focus nu volledig ligt op het wegwerken van de leerachterstand. Scholen kunnen zelf kiezen voor welke vakken dat nodig is. Op de zomerscholen was ook tijd voor sport en spelletjes.

Wel hetzelfde: ook nu is deelname gratis voor de leerlingen. Ze kunnen wel niet verplicht worden, dus het is nog afwachten of veel leerlingen zullen ingaan op het aanbod. “In de zomerscholen hebben we alleszins de juiste leerlingen bereikt”, zegt Bert Smits van Schoolmakers, een organisatie die zomerscholen in drie provincies mee coördineerde. “Wellicht niet iedereen die er nood aan had, maar de kinderen die er waren, zaten er op hun plaats. Op een week tijd zijn veel leerlingen gegroeid en klaargestoomd voor het nieuwe schooljaar.”

Ook de begeleiders – leerkrachten, leerlingenbegeleiders, enzovoort – doen het op vrijwillige basis. Al krijgen ze wel een kleine vergoeding. “Tijdens de zomer zijn er voldoende mensen gevonden, maar toen was er wel meer die sense of urgency”, zegt Smits.