Roglic pakt geel, publiek negeert coronaregels
Zoals voorspeld ontrolt deze Tour zich als een duel tussen Primoz Roglic en Egan Bernal. Al zijn de twee tenoren nog niet klaar met Tourdebutant Tadej Pogacar, die de rol van scheidsrechter op zich lijkt te nemen. Na de eerste week zien we nog een vijftal kandidaten op de eindzege.
1 EGAN BERNAL, (maar hij moet nog beter worden)
De uittredende winnaar moest weliswaar de eerste acht dagen de wet van de sterkste ondergaan, maar de negende dag rechtte hij op de Marie-Blanque zijn rug. Al bij al liep Bernal weinig averij op. Oké, hij staat 21 bonificatieseconden in het krijt, maar dat is peanuts. Zowel op Orcières-Merlette, als op de Peyresourde gaf hij de indruk dat hij elk moment kon breken.
Van Bernal is bekend dat hij in een grote ronde beter wordt, of minder verval kent dan de rest. Vraag is wanneer de vormcurves van Roglic en Bernal elkaar kruisen. Het plan van Grenadier is duidelijk: laat Jumbo-Visma maar de koers hard maken. Vorig jaar deed de Zuid-Amerikaan het met één snoeiharde aanval op de Iseran en hij won de Tour. Wie weet doet hij het nu niet op de vreselijke Col de la Loze die de laatste woensdag op het programma staat? Eén grote raid en de boeken toe.
2 PRIMOZ ROGLIC (ondertussen de enige kopman)
Primoz Roglic is voorlopig dé man en Jumbo-Visma dé ploeg, maar zelden zagen we een geletruidrager stoïcijnser reageren op die leiderstrui dan de Sloveen in Laruns. Ook al zei hij wel dat dit een fantastische dag was, want na het roze en het amarillo had hij zijn eerste gele trui bemachtigd. Daarmee is hij de 25ste renner ooit in de geschiedenis.
Zijn ploeg heeft de voorbije negen dagen vooral veel energie verstookt. Dat Tom Dumoulin zaterdag door de mand zou vallen op Port de Balès was al helemaal niet voorzien. Of dit het kantelpunt is, zal later blijken, maar de ‘wespen’ van Richard Plugge maakten de fout om Bernal niet te steken wanneer hij tekenen van zwakte vertoonde. Vooral zaterdag was het tactisch een warboel bij JumboVisma. Het kan Roglic nog zuur opbreken dat hij vooral op de Peyresourde vertikte om een stevige veeg uit te delen aan Bernal. Zijn strategie is nog altijd onduidelijk. Of is hij dan toch zo ongemeen sterk dat hij het zich kan veroorloven met Bernal te ‘spelen’?
3 TADEJ POGACAR (eigenwijs aanvallend)
Roglic is de koning van Slovenië, maar met Tadej Pogacar heeft dit land een kroonprins van formaat. De op 21 september pas 22-jarige prof heeft dezelfde eigenwijze manier van koersen als onze Remco Evenepoel. Doseren staat niet echt in hun woordenboek. Pogacar was zo kwaad op zichzelf omdat hij vrijdag de juiste waaier had gemist dat hij twee dagen aan een stuk de Tour mee op zijn kop zette. Niemand weet hoe ver hij als debutant in deze Grande Boucle kan gaan, maar we zagen met eigen ogen hoe hij vorig jaar in de loodzware koninginnenrit (meer dan 5000 hoogtemeters) de voorlaatste dag van de Vuelta iedereen aan gort reed en als derde eindigde in Madrid.
In deze Tour kan hij dé scheidsrechter worden. Al is het te hopen dat hij niet te veel respect heeft voor Roglic. Minpunt is dat hij Aru zondag kwijtraakte. Al hadden hij en UAE Emirates er in deze Tour alweer niets aan.
4 NAIRO QUINTANA
(zonder kleerscheuren door eerste week)
Nooit stond Nairo Quintana er op de eerste rustdag zo goed voor als vandaag. Altijd al zat de ondertussen 30-jarige Colombiaan in een, soms zelfs uitzichtloze, achtervolging op kandidaat-eindwinnaars die het beter deden in de ploegentijdrit of individuele tijdrit. Er zijn verschillende redenen waarom Quintana de derde hond kan worden die wegloopt met het been. Bij Arkéa-Samsic lijkt hij herboren. Hij is er ook de enige leider, want Warren Barguil rijdt honderd procent in zijn dienst. Dat is een situatie die hij nooit eerder meemaakte. Movistar was vorig jaar zelfs één grote slangenkuil met Valverde en Landa die ieder hun eigen weg gingen. Nairoman liet in de Pyreneeën zijn twee gezichten zien. De manier waarop hij zaterdag op de Peyresourde demarreerde, deed denken aan de jonge Quintana die in de Tour al twee keer tweede en één keer derde werd. Zondag op de Marie-Blanque beperkte hij de schade tot het minimum. Een pluspunt is dat hij altijd al een man van de slotweek is.
5 RIGOBERTO URAN (aanklampend zoals altijd)
Hier kon net zo goed Romain Bardet of Guillaume Martin hebben gestaan, maar zeker niet Tom Dumoulin en Thibaut Pinot. Die zijn al door de mand gezakt, net als Miguel Angel Superman Lopez zondag. We houden het als vijfde bij Rigoberto Uran. De 33-jarige Colombiaan werd drie jaar geleden tweede achter Chris Froome en is een ongemeen taaie kerel die de voorbije dagen wel al plooide, maar niet echt brak. De Godfather van de Colombiaanse wielrenners is een eeuwige aanklamper. Het lijkt er dus op dat deze Tour kan uitdraaien op een interland: twee Slovenen tegen drie Colombianen. Al is de kans dat de ZuidAmerikanen samenspannen vrij nihil, want Quintana heeft zijn eigen trots en zat nooit in de clan van Uran, terwijl Bernal van een jongere generatie is. Hoewel, het vliegtuig waarmee ze naar Europa vlogen tijdens de lockdown heette ‘de vlucht van de trotse Colombiaan’. De minister van Sport had bij hun vertrek in Bogotá maar één wens: de gele trui naar Colombia brengen.