“Relancegeld lijkt wel confetti”
RELANCEPLAN BRUSSEL Twee maanden na de aankondiging blinkt het Vlaams relanceplan uit in vaagheid. Het mist focus en urgentie en een sluitende financiering is er niet. “Confettigeld”, noemt Groen-fractieleider Björn Rzoska het. Ook het Rekenhof is erg kritisch.
In zijn rapport over de Vlaamse begroting 2021 besteedt het Rekenhof (de instelling die belast is met de externe controle op de begrotingen van alle overheden, nvdr.) ook aandacht aan het Vlaams relanceplan. “Niet alleen blijft de concrete besteding van de voorziene middelen erg vaag, er zijn ook op begrotingstechnisch vlak enige bedenkingen te maken”, luidt het letterlijk. Ook Groen-fractieleider Björn Rzoska zit op die lijn.
Veel te vaag
“Ik wacht nog op de constructie van de maatregelen”, antwoordde Vlaams minister van Financiën en Begroting Matthias Diependaele (N-VA) tot nu steeds op vragen naar een overzicht van het relanceplan. “De Vlaamse regering spreekt over een ongeziene investering van 4,3 miljard euro, maar niemand weet precies waarin en waarvoor”, zegt Rzoska.
Geen focus
Het Vlaams relanceplan heeft volgens Rzoska geen focus. “Alle economen stellen dat een relanceplan een snelle, gerichte doorstart moet realiseren en dus vooral op infrastructuur, klimaat en digitalisering moet inzetten. Nu wordt het geld verdeeld over alle ministers, en elke minister verdeelt dat bedrag dan nog eens over talloze bestemmingen. Dit relanceplan lijkt op geld dat als confetti van op het Martelaarsplein wordt uitgestrooid”, zegt het Vlaams Parlementslid. “Bovendien is niet altijd duidelijk of het om eenmalige uitgaven dan wel recurrente (jaarlijks terugkerende) uitgaven gaat. Kijk naar de 90 miljoen euro van minister Weyts voor de meest kwetsbare leerlingen: stoppen die projecten als het geld op is?”
Geen urgentie
In de commissie dinsdag herhaalde minister Diependaele dat de relancemiddelen in 2021 en 2022 zullen worden vastgelegd. “De betaling voor de uitvoering ervan kan nog eens jaren duren. Een mooi voorbeeld is de 50 miljoen euro extra voor de zwarte punten. Wijlen Steve Stevaert begon al in 2002 met de aanpak ervan. Vandaag zijn nog altijd 18 van die punten niet weggewerkt. Bij een relance die straks tien jaar in beslag neemt, kan je bezwaarlijk over urgentie spreken”, zegt Rzoska.
Onvoldoende financiering
Zoals bekend lonkt Vlaanderen nadrukkelijk naar de 5,15 miljard euro Herstelfondsmiddelen die Europa voor België wil vrijmaken (maar die nu door Hongarije en
Polen worden geblokkeerd, nvdr). “Hoewel de gesprekken over de verdeling ervan in het Overlegcomité nog moeten starten, rekent minister Diependaele zich nu al rijk door ruim de helft van dat bedrag op te eisen”, zegt Rzoska. “Daardoor zouden het federale, het Waalse, het Brusselse en het Franse Gemeenschapsniveau het samen met de resterende 2,15 miljard euro moeten stellen. Dit is niet realistisch, temeer omdat de Europese Commissie voor al die herstelplannen maar één gesprekspartner heeft: de federale regering, met PS-staatssecretaris voor Relance Thomas Dermine in een centrale rol. Het is kort dag, want België moet zijn allesomvattend relanceplan uiterlijk eind april 2021 voorleggen.” Bovendien moet die 5,15 miljard euro worden verdiend met projecten die sporen met Europese doelstellingen zoals innovatie, duurzaamheid en structuurhervormingen. “Dat de Vlaamse regering niet zeker is van haar zaak, blijkt uit het feit dat ze in haar nieuwe meerjarenraming 2021-2025 maar liefst 4 miljard euro schuldfinanciering voor het relanceplan inschrijft”, zegt Rzoska.
Geld voor gehandicapten
Minister Diependaele gaat uit van 10 procent onderbenutting op de som van 4,3 miljard euro. Dat is dus 430 miljoen euro die wel wordt voorzien maar finaal niet zal worden gebruikt. Rzoska: “Het grootste deel van die onderbenutting moet blijkbaar dienen om de meerkosten te betalen die het gevolg zijn van de beslissing om al in 2021 - en niet 2024 zoals eerst gepland - 270 miljoen euro meer uit te geven voor mensen met een handicap. Relancemiddelen voor eenmalige uitgaven zullen op deze manier dienen voor de financiering van vaste meeruitgaven in de zorg. Ook de minister van Begroting weet dat dit een twijfelachtige regeling is.”