Geert Van Rampelberg moet licht in de duisternis brengen
Een idealer moment om Blackout te programmeren kun je nauwelijks bedenken. Net nu de kernuitstap weer hoog op de politieke agenda staat, blijkt in de reeks de oorzaak van de massale stroompanne in een kerncentrale te zoeken. Geert Van Rampelberg speelt de man die klaarheid moet brengen: “De parallel met de coronacrisis is soms opvallend.”
Zondagavond wordt het opnieuw donker op Eén. Vorige week zag u in de eerste aflevering van Blackout hoe België met een gigantische elektriciteitspanne wordt geconfronteerd. Een defect, wellicht veroorzaakt door de ontvoerders van de dochter van eerste minister Annemie Hillebrand (Sara De Roo). Wil de premier haar terugzien, dan moet ze ervoor zorgen dat de black-out blijft duren. Michael Dendoncker, het hoofd van de dienst antiterrorisme, komt er achter dat een incident in een van onze kerncentrales aan de basis ligt van de stroomuitval. “Geen toeval”, aldus Geert Van Rampelberg (45), die de rol van Dendoncker speelt. “De scenaristen hebben zich duidelijk laten inspireren door de problematiek van de kernuitstap. Die is nog lang niet van de baan, aangezien ecologie en energiebehoeften met elkaar in conflict komen. Ik mag dan een redelijk groene jongen zijn, ik moet toegeven dat onze levensstandaard zo’n energievraag heeft gecreëerd dat ik vrees dat we er voorlopig niet komen met de alternatieven uit wind en zon. Het blijft een heet hangijzer, ook omdat daar nog het aspect veiligheid bij komt. Herinner je de nooit uitgeklaarde sabotage van enkele jaren terug in Doel. Ook dat ligt beslist mee aan de basis van dit verhaal.”
De actuele, politiek geladen achtergrond tilt Black-out uit boven de thriller van dertien in een dozijn. “Niet alleen het gekonkel in de politieke achterkamertjes maakt dit verhaal extra interessant. De huidige coronacrisis is ook vergelijkbaar met wat er België overkomt in deze serie. We zien een land dat wordt getroffen door een onverwachte gebeurtenis en waar de bevolking naar zijn leiders kijkt voor antwoorden. En de antwoorden noch de communicatie waren die eerste maanden bijster overtuigend.”
Dilemma
Tegelijk heeft Van Rampelberg begrip voor de last die politieke verantwoordelijkheid met zich meebrengt. “Bijzonder verscheurend voor de premier is de keuze tussen het algemeen belang en het leven van haar dochter. Geeft ze toe aan de ontvoerders en redt ze haar kind of denkt ze aan elf miljoen mensen die zonder elektriciteit zitten? Ik had er zelf nooit bij stilgestaan, maar zonder elektriciteit valt bijvoorbeeld ook de gasverwarming stil. En komt er geen druppel water meer uit de kraan.” Michael Dendoncker is het soort vasthoudende speurder dat we Van Rampelberg graag zien spelen. “En waar ik zelf ook van hou. De zoekende man, onder almaar grotere druk. Als acteur probeer ik daar telkens dat laagje extra bovenop te leggen door de kijker met mijn personage te laten meedenken. Dat is best inspannend en dat zie je aan die frons op mijn voorhoofd. Twaalf uur op de set met die frons, daar krijg je vermoeide ogen van.” (lacht)
De opnames van Black-out waren behoorlijk uitdagend. “Er werd ruim honderd dagen gedraaid, de helft daarvan stond ik op de set. Vaak in het donker, midden in de winter. Mijn ritme lag helemaal overhoop. Naar huis rijden wanneer iedereen in de file staat op weg naar zijn werk. Tegelijk heeft het iets, met een ploeg samen aan zo’n project werken. Voor je huisgenoten is het natuurlijk minder leuk. Wekenlang leef je in verschillende werelden.”
“En dan heb ik het nog niet over de technische uitdagingen die ’s nachts draaien met zich meebrengt. Probeer maar eens te filmen in een pikdonker bos. Er zit niets anders op dan een kilometer verderop licht te installeren zodat je nog iets van contrasten krijgt tussen al die bomen. Maar dat maakt het boeiend. Neem nu midden in de nacht door een verduisterd stukje Brussel rennen met een helikopter als tegenspeler: dat is een jongensdroom die uitkomt. Oké, na een tijd ga je de vermoeidheid voelen, maar die helpt mij. Mijn personage raakt gaandeweg ook uitgeput. Dat is dan alvast iets dat ik niet meer hoef te spelen.” → Black-out, Eén, zondag, 20.50 uur