Meeste vogels in Limburgse tuinen
In Limburgse tuinen zitten de meeste vogels, zo blijkt uit de eerste cijfers van het vogeltelweekend
van Natuurpunt. Per tuin zitten hier gemiddeld 27 vogels van zeven verschillende soorten. De huismus staat helemaal bovenaan, maar het koolmeesje komt in de meeste tuinen (86%) voor.
De huismus, de koolmees en de pimpelmees. Dat is voorlopig de Limburgse top drie van de tuinvogels. De gegevens werden verzameld door 7.061 tellers. Samen telden ze 150.000 vogels. Een verdubbeling ten opzichte van 2020. Daarmee is deze editie, ook in de rest van Vlaanderen, een recordtelling.
“Met ruim 66.000 mensen zijn er bijna 1,2 miljoen vogels geteld. Dat is nooit gezien in Vlaanderen. We wisten dat de mensen honger naar natuur hadden. Maar dit hadden we nooit verwacht”, zegt Gerald Driessens, de vogelkenner van Natuurpunt. De Vlaamse top drie bestaat uit de huismus, de koolmees en de vink.
In een gemiddelde Vlaamse tuin worden ‘maar’ 23 vogels geteld. Dat zijn er dus een paar minder dan het Limburgse gemiddelde van 27. “In een tuin aan De Plank in Voeren werd de grootste groep huismussen geteld. Met 180 zaten ze er samen. Dat is veel. Met de cijfers die we nu hebben, durf ik al te opperen dat de huismus een klein beetje aan een remonte bezig is. Want de soort had het de jongste jaren moeilijker.”
Usutu
Goed nieuws is er ook voor de merel. “Door het usutuvirus was de merel in aantal erg gezakt. Maar nu zit hij in 77 procent van alle Vlaamse tuinen waar werd geteld. Voor Limburg is dat zelfs in 80 procent van de tuinen. Dus in de provincie waar usutu het hardst toesloeg, doet de merel het nu het best. Dat stelt ons ook gerust. De putter is nog zo’n succesverhaal. Die komt ook terug. In de ranking is hij van plek 31 naar 24 geschoten. Dat is een opsteker.”
Toch is het niet allemaal een goednieuwsshow. “In Vlaanderen verliezen we gemiddeld één soort per tuin. Van acht zitten we nu aan zeven soorten per tuin. Om uit de cijfers af te leiden dat het met die ene vogel goed of slecht gaat, is ook moeilijk. Maar we kunnen bijvoorbeeld niet ontkennen dat de Turkse tortel en de groenling het heel moeilijk hebben. De groenling zijn we echt kwijt aan het geraken. En dat is jammer.”
“Met de cijfers die we nu hebben, durf ik al te opperen dat de huismus een klein beetje aan een remonte bezig is” Gerald Driessens Natuurpunt