Na een tiental koersdagen heeft Jasper Philipsen het goede ‘sprintgevoel’ nog niet te pakken
“Dankzij een aantal technieken moet ik op het toppunt van alertheid mijn sprint aangaan. Je neemt immers tal van beslissingen in een split second”
Jasper Philipsen
De naam van Jasper Philipsen (23) prijkt op de erelijst van de race tussen Brugge en De Panne. Als de nummer drie van 2018 en dus niet op de geliefkoosde positie van de sprinter van Alpecin-Fenix. De winnaar in Philipsen snakt immers naar overwinningen.
“En daartoe krijg ik woensdag een nieuwe kans”, steekt de Vlam van Ham van wal. “Dat vroegtijdig vertrek uit de UAE Tour heeft mijn plannen dit voorjaar wat doorkruist. In plaats van met zeven koersdagen in de benen terug te keren, moesten we in allerijl het land verlaten (nadat een staflid van Alpecin-Fenix positief getest had op het coronavirus, nvdr.). Conditionele opbouw veranderde daardoor in extra rust. Wat niet ideaal is als je erop rekent om net in je eerste rittenkoers van het seizoen een extra stap te zetten. Ik had gehoopt na de UAE Tour te staan waar ik nu sta, met die zeven dagen van Parijs-Nice in de benen. De Koers naar de Zon was duidelijk de prikkel die ik nodig had. Ik durf stellen dat mijn topconditie nu niet meer veraf is. Tijdens Nokere Koerse voelde ik me echt goed. Gedurende die koers kreeg ik het eerste signaal dat ik op een hoger niveau acteerde. Nadien ondervond ik wat last van een verkoudheid, en voelde ik een viertal dagen dat ik wat minder energie had, maar niettemin heb ik de afgelopen week goed gewerkt.”
Mindere positionering
Ondanks een goed gevoel verliet Philipsen Nokere met een anonieme 33ste plaats, nadat hij door de jury werd gedeclasseerd. En haalde hij er zich de banbliksems van enkele collega’s op de hals. “Tja, ik vind nog steeds dat ik recht in mijn schoenen sta”, maakt hij er liever niet te veel woorden vuil. “Ik vind niet dat ik iets ongeoorloofds heb gedaan. Soms zijn de gunstige plaatsen beperkt tijdens een sprint, en gaat het tussen een collega en mij. In Nokere kon ik voluit blijven gaan, maar verknalde ik mijn sprint alsnog. Ik weet nog steeds niet waarom ik plots stilviel. Ik vermoed dat mijn banden iets te hard waren opgepompt om die kasseihelling op te sprinten. Ik stuiterde te hard en slipte door met als gevolg dat ik nooit snelheid kon maken.” Kortom, Philipsen heeft het goede ‘sprintgevoel’ nog niet te pakken na tien koersdagen. “Klopt, omdat ik ook nog niet in de positie ben beland van waaruit ik mijn sprint kan rijden. Met uitzondering van Nokere dan, maar daar was het dan weer geen sprint om de eerste plaats.”
Mental coach
De Hammenaar laat nochtans niets aan het toeval over. Zo doet hij beroep op een mental coach om met de juiste mindset een sprint aan te vatten.
“Stijn Quanten reikte me inderdaad al een aantal technieken aan zodat ik op het toppunt van alertheid mijn sprint kan aangaan”, verklapt Philipsen. “Zo’n massasprint is een aaneenrijging van juiste beslissingen die je in een split second moet nemen. Snel reageren, daar draait het om. Stijns goede raad is daarbij van goudwaarde.”
In 2018, als neoprof bij Hagens Berman Axeon, moest Philipsen enkel Pascal Ackermann en Elia Viviani voor zich dulden in de straten van De Panne. Intussen is het traject van de wedstrijd danig gewijzigd.
“De heuvelzone rondom de Kemmelberg en Rode Berg is eruit gehaald waardoor de nadruk nog meer is komen te liggen op waaierrijden of sprinten. Het is niet zozeer de parcourswijziging die van deze wedstrijd een andere koers maakt, wel de WorldTour-status die deze race sinds
2019 geniet. Daardoor zakken opnieuw de grotere namen naar de Westhoek af om zich te roeren in het nerveuze gedoe rondom
De Moeren.
Want met windkracht drie uit het westen zal het weer opletten geblazen zijn.”
→ Op TV: Sporza op Eén vanaf 14.45 uur