Crisis in de ‘Vriendenrepubliek’
Gezellig is het dezer dagen niet in Nederlands-Limburg. In de nasleep van een corruptiezaak stapten de gouverneur en de volledige provinciale deputatie op. De notie politieke verantwoordelijkheid ligt er merkelijk anders.
Met een gebroken stem kondigde Theo Bovens vorige vrijdag zijn ontslag aan. Tien jaar na zijn aantreden als commissaris van de koningin in Nederlands-Limburg, hield de historicus met de kenmerkende borstelsnor de eer aan zichzelf. Bovens voelde aan dat het vertrouwen weg was en wilde niet wachten op een aangekondigde motie van wantrouwen die de Gedeputeerde Staten wellicht de kop zou hebben gekost. In het kielzog van de gouverneur vertrokken de vijf nog resterende gedeputeerden. Twee weken daarvoor hadden de twee gedeputeerden van het CDA al het voorbeeld gegeven.
De politieke crisis aan de boorden van de Maas is ongezien. “De marmeren vloer van het gouvernement ligt bezaaid met scherven”, schreef onze zusterkrant Dagblad De Limburger afgelopen vrijdag. “Niet alleen wijzelf, maar ook de landelijke kranten kijken met grote ogen naar wat er zich afspeelt”, zegt Jan Hensels, die als journalist voor Dagblad De Limburger de provinciale politiek verslaat. “Het gebeurt weleens dat een gedeputeerde naar huis wordt gestuurd, maar dat zowel de gouverneur als de volledige deputatie opstappen is zelden vertoond.”
Subsidies in eigen zak
De bal ging vorige maand aan het rollen toen NRC Handelsblad de onfrisse praktijken van voormalig CDA-gedeputeerde Herman Vrehen uit de doeken deed. Vrehen zou als directeur bij de stichting Instandhouding Kleine Landschapselementen (IKL) al jaren subsidiegeld in eigen zak hebben gestoken. Volgens het NRC sluisde hij honderdduizenden euro’s door naar zijn eigen besloten vennootschappen, onder andere door medewerkers van zijn eigen bedrijven in te huren of zichzelf voor hoge bedragen aan te stellen als adviseur.
Na die onthullingen namen CDAgedeputeerden Hubert Mackus en Ger Koopmans op 26 maart ontslag. “Het is niet gezegd dat ze zelf iets fout hebben gedaan, maar als bevoegde gedeputeerden verweten ze zich dat ze onvoldoende hadden toegezien op de subsidies”, zegt Hensels.
“Het CDA is al tientallen jaren oppermachtig in Neder. Als je zo lang bestuurt, leidt dat onvermijdelijk tot vriendjespolitiek” Fons Geraets Journalist L1
Ruggengraat gebroken
“Hun vertrek zorgde voor een serieuze politieke crisis. Zij waren de architecten van het extraparlementair college dat na de verkiezingen van 2019 op de been werd gebracht. Het CDA was toen de grootste partij, met daarachter de uiterst-rechtse partijen PVV (van Geert Wilders) en Forum voor Democratie (van Thierry Baudet). Aan linkerzijde wil niemand met die twee partijen samenwerken. Een coalitie was onmogelijk. De oplossing was een extraparlementair college dat zich alleen op de grote lijnen vond. Ook de PVV en het FVD leverden daarvoor gedeputeerden”, zegt Hensels. “Door het vertrek van de twee CDA’ers was niet alleen de ruggengraat van de deputatie gebroken, het riep nog meer vragen op. De gouverneur moet de integriteit bewaken. Wat wisten hij en de andere gedeputeerden van deze zaak? En waarom ondernamen ze niet eerder actie? Het vertrouwen bij een groot deel van de Provinciale Staten (de provincieraad, nvdr.) was weg. En zonder vertrouwen wordt het moeilijk”, aldus Jan Hensels.
De affaire te veel
Bovens droeg wellicht geen rechtstreekse verantwoordelijkheid in de zaak-Vrehen, maar op de achtergrond speelt een ouder probleem. Een probleem dat de 61-jarige Maastrichtenaar maar niet onder controle leek te krijgen: dat van een zieke politieke bestuurscultuur in Nederlands-Limburg. NRC-journalist Joep Dohmen, die ook nu de onthullingen deed, publiceerde 25 jaar geleden het boek De vriendenrepubliek, waarin het beeld werd geschetst van een ons-kent-onscultuur en diepgewortelde vriendjespolitiek. Dat imago van ‘Palermo aan de Maas’ kon de provincie maar niet van zich afschudden.
“De affaire-Vrehen was het vierde schandaal in een jaar tijd”, zegt Fons Geraets, journalist bij de Nederlands-Limburgse omroep L1. “Dat is dodelijk. De gouverneur is veel te voorzichtig geweest. Niemand gaat met knikkende knieën zijn kantoor binnen, zei iemand in een artikel over Bovens. Dat was zijn probleem. Hij was een aimabel man, maar misschien hebben we iemand nodig waar ze wel knikkende knieën van krijgen.”
CDA-syndicaat
Dat Bovens een CDA-achtergrond heeft en de christendemocraten in al die recente schandalen een hoofdrol spelen, hielp evenmin. Het NRC Handelsblad sprak afgelopen weekend van ‘het groene syndicaat’, een term die eerder voor de maffia wordt gebruikt. “Het CDA is al tientallen jaren oppermachtig”, zegt Geraets. “Als je zo lang bestuurt, leidt dat onvermijdelijk tot vriendjespolitiek. Het gaat niet meer om losse incidenten, je ziet een patroon. Er moet schoon schip worden gemaakt. Alleen, hoe doe je dat? Een bestuurscultuur verander je niet op korte tijd. In Limburg voelen we ons nog altijd een wormvormig aanhangsel van Nederland. We hebben een sterke eigen identiteit. Maar dat zorgt er ook voor dat we alles wel onder elkaar proberen te regelen. Dat ligt mee aan de oorzaak van deze ‘netwerkcorruptie’.”
Politiek slagveld
Hoe het nu verder moet, is volkomen onduidelijk. Bovens kan nog zes maanden als ontslagnemend gouverneur aanblijven, tussentijdse verkiezingen bestaan niet op provinciaal niveau. “Een nieuw traditioneel college vormen is onmogelijk, temeer omdat het CDA gezegd heeft dat ze zich buiten het bestuur willen houden. Dat is misschien het begin van de oplossing”, zegt Geraets, “maar zonder de grootste partij én met een links blok dat niet met PVV en FVD wil besturen, wordt het wel heel lastig.”
“Het is een politiek slagveld”, ziet ook Hensels. “Limburg is onbestuurbaar, en dat terwijl er eigenlijk geen tijd is om lang te soebatten. Er is de corona- en de stikstofcrisis, maar ook de vorming van de nieuwe regering in Den Haag. Nu zijn de gedeputeerden nodig om te lobbyen. Dat valt allemaal stil. Zo dreigt deze crisis nog jarenlang te blijven nazinderen.”