“Als ik had gewonnen, was ik nu renner af”
Jan Bakelants is soms grappig, soms cynisch, maar niet vaak emotioneel. Toch vocht hij dinsdag in de interviewzone tegen de tranen. Eerst voor de camera van Eurosport, later weer bij VTM. Dat had te maken met dochter Julia, die haar vijfde verjaardag vierde. Het gebaar dat Bakelants aan de finish maakte was voor haar bedoeld. “Bij haar geboorte zat ik ook in de Tour en toen ben ik niet naar huis gegaan. Daar heb ik vandaag vaak aan gedacht.” Toch zat er ook boosheid achter Bakelants’ tranen. Het interview van ploegleider Hilaire Van der Schueren dat in deze krant stond, lag hem danig op de lever. “Ik verslikte me ’s ochtends in mijn koffie. Als er zoveel ongenoegen is over de ploeg, waarom staat dat dan in de krant en heb ik dat nog niet op de ploegbus gehoord?”
Van der Schueren wond zich in het interview op over het feit dat Intermarché-Wanty Gobert te weinig in beeld rijdt. Hij noemde specifiek Jan Bakelants bij naam, die “zondag mee had moeten zijn in de groep van 32.” Het is een kritiek die Bakelants niet goed begrijpt: “De ploeg heeft de sportieve keuze gemaakt - niet mijn keuze, voor alle duidelijkheid - om hier voor een klassement te rijden. Dan is het logisch dat er minder renners mee zijn in een ontsnapping. Je kan je ook afvragen wat het meest waardevol is: meegaan in een kansloze ontsnapping voor tv-minuten zoals Yoann Offredo dat vroeger deed, of wat selectiever kiezen voor ontsnappingen die tot het einde voorop blijven. Sportief is dat laatste zeker een grotere prestatie.”
Kleingeld
Van der Schueren viseerde ook sprinter Danny van Poppel, die nog niet verder kwam dan een vijfde plaats en bij wie “het in zijn hoofd zit”. Al die kritiek samen zorgt voor onbegrip bij Bakelants. “Ik vind dat Hilaire zich maar zwak uitdrukt”, zegt hij. “Het had diplomatischer gekund. Je moet ook rekening houden met het rennersmateriaal dat je ter beschikking hebt.” Bakelants verwijst specifiek naar het budget van Intermarché-Wanty Gobert, het laagste in de World Tour: “We rijden hier rond met acht coureurs. Als je het loon van die mensen optelt, is dat geen miljoen. Verre van. Ik weet wat ik heb en dat is kleingeld. Dan moet je niet afgemeten worden aan de maatstaven van de andere ploegen. Eén renner bij Ineos of Deceuninck - Quick-Step kost meer dan heel onze Tourploeg samen.”
Ook dat zat dinsdag achter de tranen van Bakelants. Na zijn zware crash in de Ronde van Lombardije in 2017 revalideerde hij hard om terug te keren in de sport. Hij wilde een afscheid op zijn voorwaarden. Gisteren had zo’n orgelpunt kunnen zijn. “Als ik had gewonnen”, zegt Bakelants, “dan was ik nu renner af. Dan was ik zelfs niet meer opgestapt. Helaas is het niet gelukt. En ik doe er ook niet flauw over: Patrick Konrad was sterker. Zoals ik ook weet dat er in deze Tour sterkere renners zijn dan ik. Maar op zijn minst heb ik toch getoond dat ik nog een beetje met de fiets kan rijden.”