“Zelf verrast dat ik kon winnen”
SEZOENSRALLY
Kris Princen en co Bram Eelbode hadden een heuse WRC mee naar Bocholt gebracht, een Citroën DS3 meer bepaald. Een krachtigere wagen dan de R5’s van de concurrentie, maar wel eentje op leeftijd. In het begin kon Princen maar moeizaam aanklampen bij Gino Bux (Skoda), Vincent Verschueren (VW) en Grégoire Munster (Hyundai). Na de eerste ronde van vijf klassementsproeven stond hij 15 seconden in het krijt. “Vooral de proef van Goolder was niet goed, wellicht de slechtste KP die ik ooit met deze auto gereden heb. Ik zat meermaals in een verkeerde versnelling. De auto stond te hard afgesteld. Maar op de verbinding daarna heb ik gelukkig mijn kop leeg kunnen maken. Dat heet ervaring zeker?”
Kwestie van vertrouwen
In het servicepark werden de juiste ingrepen gedaan en vanaf KP6 was Princen zeven keer op rij het snelst. “We hebben de stabilisatorstang veranderd en dat was de juiste ingreep. Vanaf dan groeide het vertrouwen, dat in Bocholt altijd noodzakelijk is. Dat ik twee weken geleden nog de Rally van Wallonië had gereden, hielp ook.
Zo’n WRC is een fantastische auto. Als je daar eens van geproefd hebt, vind je dat gevoel nooit meer terug bij een R5. Maar het is wel geen auto waar je zomaar inspringt en meteen het onderste uit de kan mee haalt. Pas als je vertrouwen krijgt, komt de rest. Ik was verbaasd door mijn tijden en zag na de tweede ronde dat ik weer onder de grote mensen stond. Dan ga je natuurlijk toch proberen om de laatste seconde te vinden. Ik had me nochtans voorgenomen om dat niet meer te doen, het hoeft allemaal niet meer voor mij. Maar als je dan in zo’n situatie komt, besef je dat je zo’n kans misschien nooit meer krijgt.”
Omdat Princen met zijn WRC geen punten scoort voor het BK, ging de volle pot naar Grégoire Munster (Hyundai), die 7”7 trager was. “Tegen de WRC had ik geen verhaal”, gaf hij toe. Vincent Verschueren (VW) kaapte de laatste podiumplaats weg voor Gino Bux (Skoda), de ietwat verrassende leider na de eerste ronde. Hij verloor tijd doordat de motor twee keer afsloeg bij de start.
Monnens beste GT
De beste GT was de Porsche van Gunther Monnens. De thuisrijder reed merkgenoot Cédric Cherain helemaal verloren en werd zevende algemeen. “Het was de moeilijkste Sezoensrally die ik ooit gereden heb, want door de droogte rollen de kiezelstenen en heb je weinig grip. De laatste ronde heb ik niet meer voor tijden gereden, maar voor het publiek. Ik kon toch geen plaats meer opschuiven. Het publiek heeft dat graag. Dat is te zien aan het aantal filmpjes van mijn passages op internet. Ik heb me rot geamuseerd. Op een gegeven moment heb ik op de proef zelfs een donut gemaakt, en nog won ik die KP met 15 seconden voorsprong.”
Monnens werkt nu aan zijn budget voor de Rally van Ieper. Daar zou hij zowaar zijn WRC-debuut maken, want de wedstrijd in de Westhoek telt mee voor het wereldkampioenschap.