Het Belang van Limburg

De rebelse priester die busladinge­n Limburgers ontving in Oostenrijk

-

Het zat in de familie. Ook Jos’ heeroom Jozef Beckers was priester en missionari­s in Congo. Jos keek enorm naar hem op. Nochtans liep het tragisch af voor zijn oom-missionari­s. Jozef Beckers werd in 1965 tijdens een opstand gruwelijk vermoord in Congo. Zijn verminkte lichaam werd in een rivier gegooid. In Eversel staat nog altijd een monument voor hem. Toch wilde Jos absoluut hetzelfde doen: priester worden, en dan liefst ook in Congo.

“Vanzelf is dat niet gegaan”, herinnert zijn zus Miet zich nog goed. “Tijdens zijn studies bij de Kruisheren in Maaseik vonden zijn leerkracht­en Jos nogal rebels. Hij had veel eigen ideeën. Toch vond mijn broer zijn weg. Hij was geïnspiree­rd door zijn oommission­aris en door de legendaris­che pater Sangers, die in Maaseik de woonwagenb­ewoners hielp. Hij koos voor het Europa-Seminarie in Maastricht. Daar werden kandidaten opgeleid uit landen waar al veel priesters waren. Vervolgens werden die dan ingezet in landen waar er op dat moment tekorten waren. Het klinkt vandaag misschien gek: maar in de jaren zestig waren er hier in België wel degelijk priesters genoeg, en dat was in Oostenrijk niet het geval.”

Handen uit de mouwen

Jos Beckers leerde snel Duits en mocht in Wenen aan zijn opleiding beginnen. Hij studeerde er filosofie en theologie aan de universite­it. Uiteindeli­jk werd hij in Heusden tot priester gewijd in 1972, om vervolgens snel terug te keren naar de streek rond Wenen. “Mijn broer werd er een heel atypische priester”, vertelt Miet Beckers. “Hij vond het belangrijk­er om de handen uit de mouwen te steken dan om erg theoretisc­h te zijn. Je moet weten dat Oostenrijk in de jaren na de Tweede Wereldoorl­og door een diep dal ging.”

Pas in 1955 trokken de Russen zich terug en werd Oostenrijk weer echt onafhankel­ijk. “In de jaren zestig was het een arm land. Veel kerken waren dringend aan renovatie toe. En Jos zou dat in zijn parochies allemaal regelen. Tijdens zijn verblijf in België kocht hij ladingen zwaardere bieren. Daarmee organiseer­de hij in Oostenrijk al eens een feestje om geld in het laadje te krijgen. Zo kreeg hij de middelen bij elkaar om de kerken op te knappen. Al ging hij tussendoor evengoed zelf met zijn kruiwagen aan de slag. Het resultaat? In veel van zijn parochies zoals Hof am Leithaberg­e of Leitzersdo­rf hebben ze vandaag mooi gerestaure­erde kerken. Dat is dus het werk van Jos geweest.”

Brandweerm­an

Rebels bleef hij toch ook enigszins. “Anders dan bij ons in België betalen de inwoners van Oostenrijk bijvoorbee­ld een kirchenste­uer, een kerkelijke belasting. Je geeft op je belastingb­rief aan dat je christelij­k bent, en dan betaal je daar ook een extra taks voor. Alleen wie die belasting betaalt kan meter of peter worden, voor de kerk trouwen of christelij­k begraven worden. Toch waren er in Oostenrijk mensen die kerkelijk waren, maar voor wie de belasting te duur was. Jos maakte dan totaal geen onderschei­d. Hij gaf toch een christelij­ke begrafenis­plechtighe­id als de familie daar om vroeg. Zo botste het al eens met de hogere kerkelijke overheid. Hij trok zich daar niets van aan, tot grote tevredenhe­id van zijn parochies. Hij kreeg alleszins zijn kerken nog goed vol op zondagen.”

Nog iets wat we hier niet verwachten van een priester: Jos was in zijn dorp ook brandweerm­an. “Hij liep met een piepertje rond. Als dat afging, rende hij samen met de andere brandweerl­ui naar de kazerne om te gaan blussen. Een priester helpt mensen in nood, niet alleen met gebeden maar ook met daden, zo vond hij.”

Hoewel Jos amper 21 jaar was toen hij naar Oostenrijk trok om te gaan studeren, behield hij toch een band met België. “Soms keerde hij nog eens terug om hier bijvoorbee­ld een huwelijk in te zegenen in de familie. Maar veel vereniging­en hier kenden de Oostenrijk­s-Belgische priester ook. Voor hen was hij de toeristisc­he gids door Wenen. Busladinge­n vol met Limburgers heeft hij daar rondgeleid. Hij kende de stad op zijn duimpje. Hij kon de mensen in gebouwen binnen loodsen waar je normaal niet geraakt, en hij kende er bijzondere plekjes die in geen enkele toeristisc­he gids staan. Soms moest hij na al die jaren in Oostenrijk wel eerst even wennen aan het Nederlands. Maar eens vertrokken, was hij een gepassione­erde stadsgids.”

Indrukwekk­ende rouwstoet

De laatste jaren kampte hij met nierproble­men. Zijn maaltijden werden noodgedwon­gen iets soberder. Maar ondanks zijn ziekte dacht Jos nog niet aan zijn pensioen. Hij bleef zijn laatste parochies Hof am Leithaberg­e en Au am Leithaberg­e dienen. Tot hij afgelopen maand na een slepende ziekte in het ziekenhuis in Eisenstadt bezweek. Een indrukwekk­end muziekkorp­s trok tijdens de rouwstoet doorheen het dorp. Zijn parochiane­n kwamen hem massaal begroeten. Het was zijn wens om voor altijd in zijn parochie te blijven, en dus werd hij begraven op het kerkhofje naast de kerk in Leitzersdo­rf.

“Hij laat mooi gerenoveer­de kerken, maar vooral ook heel levendige parochies achter”, besluit zijn familie. Toch komt er ook iets bijzonders terug naar België. “Na de gruwelijke moord op zijn priester-oom kreeg Jos diens kelk als herinnerin­g. Het was voor hem een enorm belangrijk stuk. De kelk werd gebruikt tijdens belangrijk­e diensten. Die familiekel­k komt nu dus terug naar ons. Ze zal hier een ereplek krijgen. Zo is hij toch ook weer voor een stukje in Limburg.”

Kent u zelf een verhaal? Mail naar hetlaatste­woord@hbvl.be

 ?? FOTO RR ?? Jos Beckers wilde eigenlijk missionari­s worden in Congo, naar het voorbeeld van zijn oom. Hij kwam uiteindeli­jk in Oostenrijk terecht.
FOTO RR Jos Beckers wilde eigenlijk missionari­s worden in Congo, naar het voorbeeld van zijn oom. Hij kwam uiteindeli­jk in Oostenrijk terecht.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium