Storck blikt terug op “zéér positieve tijd bij KRC Genk”
EUPEN 1A Na de eerste open training van het seizoen stelde KAS Eupen zijn nieuwe trainer voor: Herr Bernd Storck. De Duitser toonde zich meteen ambitieus bij de start van zijn nieuwe avontuur. “Ik wil meer doen dan alleen maar het behoud verzekeren.”
Onder een stralende zon hield Eupen dinsdagvoormiddag zijn eerste open training van het seizoen. Na de training werd
Storck voorgesteld aan de aanwezige pers. Bij Eupen begint de 59jarige Duitser na Moeskroen, Cercle Brugge en KRC Genk aan zijn vierde opdracht bij een Belgische eersteklasser. Am Kehrweg kruist de Duitser overigens opnieuw het pad van Stef Peeters, die er aan zijn derde seizoen begint.
“Ik ben heel blij om hier in Eupen te zijn”, opende Storck zijn persconferentie. “Voor de club en voor mezelf is dit de start van een nieuw en groot project. Een uitdaging waar ik van hou. Samen met het bestuur en de mensen van Aspire (de Qatarese eigenaars van Eupen, nvdr.) wil ik hier iets speciaals opbouwen. Ik wil deze club naar een hoger niveau brengen.”
In een competitie met drie rechtstreekse dalers lijkt het voor Eupen in de eerste plaats vooral zaak om het behoud te verzekeren. “We willen zo ver mogelijk wegblijven uit die degradatiezone”, aldus Storck. “Mijn ambitie is niet alleen om het behoud te verzekeren, ik wil ook mijn voetbalfilosofie implementeren binnen deze club. Ik zie mezelf niet alleen als een coach, maar ook als een leraar.”
KRC Genk
De Duitser kwam ook kort terug op zijn periode bij Genk, waar hij na minder dan zes maanden werd bedankt voor bewezen diensten. “Ik blik met een positief gevoel terug op mijn tijd in Genk. In mijn zes maanden heb ik betere resultaten geboekt in vergelijking met de periode voor mijn komst. Op het einde van het seizoen hebben zowel de club als ikzelf beslist om elk onze eigen weg te gaan. Zij hadden hun ideeën over de toekomst, ik had de mijne. Maar alles is op een uiterst professionele manier afgehandeld. Mijn tijd bij Genk was dus zéér positief voor beide partijen.”