Niemand is veilig, ook Ullrich en Henin niet
wereldprimeur vorige zaterdag in de krant: ‘menselijk tandglazuur gemaakt met behulp van de stamcellen uit de wijsheidstandjes van 15-jarigen’. Een wereldprimeur. Wie de aanwezigheid van de wijsheidstanden in het archief van Het Belang van Limburg even nagaat, krijgt de indruk dat ze – elk der vier achterste kiezen – zowat alle sporttakken in de voorbije decennia hebben beïnvloed, zelfs prestaties hebben stilgelegd. In het wielrennen (van Richard Virenque tot Jan Ullrich), in de atletiek, veel tennis ook (van Justine Henin tot Yanina Wickmayer) en veel voetbal (Vincent Kompany springt eruit).
Groot-Brittannië worden op zeker ogenblik in de ‘bio-bijouterie’ door twee modeontwerpers trouwringen ontwikkeld die uit de stamceltherapie komen, ‘beenderen van eigen kweek’ als het ware. Misschien zijn het wel dezelfde ringen die in 2010 op Pukkelpop zoekraakten en ook bij de grote opruiming niet tevoorschijn kwamen. Sven Ornelis (van Q-music toen nog) had ooit last van fluittonen die ontstonden door een zwelling aan de wijsheidstanden. Mooi is ook het Guinness record-boek dat in 2009 een Brit op het spoor kwam die op zijn 61ste nog een nieuwe wijsheidstand kreeg. Om maar te zeggen: niemand is voor die tand veilig. In het Nederlands geldt 1868 als eerste tijdstip van gebruik, zij het dan als ‘verstandskies’. In Van Dale staat bij ‘wijsheidstand’ groot de BE van Belgisch, hoewel het Centrum voor Leesonderzoek in 2013 zegt dat het ook door 47 procent van de Nederlanders herkend wordt. Hoe dan ook is het woord zeer oud: Hippocrates van Kos, (460-377 voor Christus) noemde de tand al zo, kennelijk omdat hij zo laat tevoorschijn komt. Vandaar dat hij in het Frans, Duits of Engels niet anders heet: ‘dent de sagesse’, ‘Weisheitszahn’, ‘wisdom tooth’. En in de Limburgse politiek komt op zeker ogenblik het advies van de ene aan de andere politicus: ‘Af en toe moet ge een wijsheidstand trekken’. Een meer ingeburgerd beeld kan moeilijk.