Als de Afrikaanse opwarming tot bij ons reikt
HITTE HASSELT Met de eerste tropische dagen is de hitte weer het gespreksonderwerp nummer één. Is deze temperatuur normaal, halfweg juni? En in hoeverre is ze toe te schrijven aan de klimaatverandering?
Het kwik klom vrijdag, de eerste tropische dag van het jaar, tot 30graden. Zaterdag zouden we in Ukkel op 34 graden uitkomen en op sommige plaatsen in Limburg zelfs op 35 graden. Daarmee zou het dagrecord voor 18 juni in Ukkel gebroken worden. Het vorige was 31,5 graden in 2002. Zondag zou het wel gevoelig frisser worden, behalve in Belgisch Lotharingen.
Aannemelijk verband
Met twee tropische dagen in juni zitten we boven wat we in een ‘gemiddeld’ jaar mogen verwachten. In andere landen is de hitte nog extremer: 34 graden in Parijs, 40 graden in Spanje. Het is van 1981 geleden dat er in Spanje een hittegolf zo vroeg op het jaar viel. “De hitte is toe te schrijven aan een stroom hete lucht die vanuit Afrika naar Europa komt”, zegt Nicole Van Lipzig, professor geologie aan de KU Leuven. “Nu bereikt ze ook ons land.”
Het is in etappes gebeurd, zegt David Dehenauw van het KMI. “Eerst warmden Spanje en Zuid-Frankrijk op. Daarna werd die opgewarmde lucht met de zuidenwind onze richting uit gestuwd.”
Het is volgens Van Lipzig aannemelijk dat er een verband is tussen de hete luchtstroom en de klimaatverandering. “Het broeikaseffect maakt dat de lucht boven land – in dit geval Afrika – sterker opwarmt dan vóór de klimaatverandering. De lucht die vandaaruit naar Europa stroomt, is dus heter dan ze zou zijn zonder het broeikaseffect.”
Straalstroom
Er is iets anders aan de hand dan in mei, toen het ook al ongewoon warm was. Ook toen werd er een link gelegd met de klimaatverandering. Van Lipzig: “Toen werd de warmte veroorzaakt door een hogedrukgebied dat door de ligging van de straalstroom boven ons land geblokkeerd zat. Ook de kans op dat weerfenomeen neemt toe door de klimaatverandering, vermoeden vorsers.” In de huidige hitte speelt de straalstroom geen grote rol.
0,4 graden per decennium
De hoge temperaturen dezer dagen volgen een algemene trend: de temperatuur in ons land neemt toe, en dat in alle seizoenen. De gemiddelde temperatuur in de lente en zomer stijgt sinds 1981 per decennium met 0,4 graden Celsius, heeft het KMI berekend. De maand juni wordt almaar warmer, de zomer lijkt vroeger te beginnen. De jaren waarin het in juni bovengemiddeld warm is, volgen elkaar sneller op. Tussen 2017 en 2021 lag de gemiddelde temperatuur in juni telkens hoger dan 16,8 graden. Dat is de gemiddelde temperatuur in de maand juni tijdens de periode 1991 tot 2020.
Ook in de weken voor deze hittedagen was het al warmer dan gemiddeld. De maximale dagtemperatuur in Ukkel dit jaar ligt al enige tijd hoger dan het gemiddelde in de periode 1991 tot 2020. Het verschil is soms zelfs groter dan 2 graden Celsius.
Ook de gemiddelde temperatuur in Ukkel ligt hoger dan in de periode 1991 tot 2020, met de voorbije vier weken vaak een verschil dat groter is dan 1 graad Celsius. Hoe valt dat te rijmen met de opwarming van het aardoppervlak van ‘maar’ 1 graad Celsius sinds 1900? “Die 1 graad Celsius is een gemiddelde waarde voor de hele aardbol. Die warmt niet overal in dezelfde mate op”, zegt Van Lipzig. “De lucht boven land warmt sterker op dan de lucht boven zee.”
Droogte
Niet alleen de temperatuur, ook het aantal uren zonneschijn neemt toe. Ieder decennium krijgen we er in de zomer twintig uren bij. In de herfst en de winter is geen sprake van meer zonneschijn.
Dit jaar past in het rijtje. Met 674 uur en 27 minuten zon was de lente (maart, april en mei) bij de drie zonnigste lentes sinds 1991. Ook in de eerste helft van juni klokt het aantal uren zonneschijn boven het gemiddelde af. “We beleven langere periodes van droogte, dan zijn er minder wolken. Een verband tussen die twee is niet onlogisch”, zegt David Dehenauw. Van droogte gesproken: sinds begin maart valt er minder neerslag dan normaal. Maart liet een droogterecord optekenen. Pas in de tweede helft van mei keerde de regen terug. “Tot half mei gingen we de weg op van het legendarische warme en droge jaar 1976. Daar zijn we sinds de nattere meidagen weer van afgeweken”, zegt Dehenauw. “Maar ons neerslagtekort is niet weg. Alleen een kletsnatte juli zou die situatie doen omslaan.”