Tering en nering blijven eeuwenlang goede maatjes
de ‘tering’ als de ‘nering’ heeft het moeilijk om in z’n eentje in het Nederlands te overleven maar als koppel houden ze goed stand. ‘De tering naar de nering zetten’ blijft steevast opduiken als het om financiën gaat, als de economie vierkant draait, of als er betoogd wordt.
betekent op zichzelf bedrijf, handel – met name kleinhandel, preciseert Van Dale – als middel van bestaan. Een mooie vindplaats: ‘waar het volk is, is de nering’ (zei de mosselman en kwam met de mosselen in de kerk). Of: waar veel mensen zijn, is het goed handeldrijven. Nering is taalkundig familie van het Duitse ‘Nahrung’, voedsel. Het is in het Nederlands al in de 13de eeuw genoteerd.
gaat breder: je ziet meteen vertering of spijsvertering, maar ook geld verteren, of door vuur verteren: vernielen, verwoesten, een allesverterend vuur.
is eveneens verouderd Nederlands voor ‘het doen van uitgaven voor levensonderhoud’. ‘De tering naar de nering zetten’ betekent echter zoals vanouds ‘de uitgaven aanpassen aan de inkomsten’, de broekriem aanhalen. Het is ongetwijfeld het rijmelement dat de twee sterk maakt.
bijkomende betekenis van ‘tering’ als vorm van tuberculose die de patiënt uitteert en zijn gestel sloopt, zit wel nog in de dialecten. ‘De vliegende tering’, een snel toeslaande vorm van tuberculose die tijdens de wereldoorlogen huishield, zit nog in historische werken.
zijn de twee oudjes samen het voorbije jaar alleen al meer dan 200 keer gesignaleerd. En voor één keer lopen Nederland en Vlaanderen gewoon zij aan zij.