84.000 euro om nog geen drie uur te racen in Indonesië
Terwijl de teams op Europese bodem de Grote Prijzen met gigantische trucks afschuimen, laten ze voor de overzeese wedstrijden het materiaal in grote kratten overvliegen. Boxen, die elf dagen geleden al opgestuurd werden richting Sumbawa-Samota, één van de vele Indonesische eilanden, waar dit weekend de Grote Prijs gereden wordt. Maar wat neemt een team allemaal mee? Hoeveel mensen gaan mee? Hans Corvers, eigenaar van het Genkse Kemea Yamaha, geeft tekst en uitleg.
2.215 kilo materiaal
Kemea Yamaha stuurde drie kratten en twee vaten benzine richting Indonesië. Samen goed voor 2.215 kg materiaal. “Een krat per rijder (Jago Geerts en Thibault Benistant, nvdr) en nog een derde box met allerlei materiaal van onze mecaniciens”, vertelt Corvers. “In zo’n krat van een rijder zitten twee Yamaha’s YZ250FM. Daarnaast nemen we van elk onderdeel van de motor nog een reserve-exemplaar mee: voor- en achterwiel, motorblok, stuur, remmen, zadel, voor- en achtervering,... Plus twee helmen en twee paar botten per rijder. Kortom: alles. De derde krat is van de mecaniciens. Eigenlijk zitten daar drie volledige werkbanken in, die je ginds eruit haalt, openplooit en gemakkelijk in elkaar kan klikken. In die werkbanken zit al het materiaal van de mecaniciens, dat veilig in mousse is ingepakt. Zit ook nog in die box: poets- en smeerproducten, rollen papier, compressoren,... We nemen zelfs hogedrukreinigers mee, omdat die niet overal voorhanden zijn. Eigenlijk is het verschil met Europese GP’s niet zo heel groot, hoor. In Europa reizen we met de truck. Daarin is meer plek en hebben we elk onderdeel minstens drie keer bij.”
9 teamleden
Het Kemea Yamaha Team telt normaal gezien 12 leden, inclusief de twee rijders. In Indonesië zijn ze met negen. Corvers: “De twee trainingsmecaniciens en onze truckchauffeur zijn in België achtergebleven. Een kostenbesparende beslissing. Negen is het absolute minimum. Nee, ik lieg. Er is nog één iemand die thuis zou kunnen blijven: ik (lacht). De andere acht zijn onmisbaar. In Europa overnachten de rijders in hun mobilhome, een vertrouwde omgeving voor hen. De mecaniciens slapen dan weer in de truck, die ook enkele slaapplaatsen heeft. In Indonesië moet iedereen op hotel. Weer een extra kost.”
40 uren in de lucht
Het Genkse team vertrok dinsdag in Zaventem en zet precies één week later weer voet op Belgische bodem. Dan zullen ze acht vluchten (Brussel-Dubai-JakartaLombok-Sumbawa en terug) achter de rug hebben. In totaal zullen Corvers en co 40 uur en 5 minuten in de lucht hangen. “De twee rijders vliegen in businessclass. Een serieuze hap uit het budget, maar wel noodzakelijk. We strijden voor GP-zeges, voor de wereldtitel. Dan moeten we die gasten in de meest optimale omstandigheden ginds zien te krijgen. Ze moeten zo fris mogelijk aankomen, zo weinig mogelijk last van jetlag hebben want het zal - door de hoge temperatuur (30° en meer) en vochtigheidsgraad (75%) - een zwaar karwei worden in Indonesië.”
165 minuten crossen
Een vrije training (25’), een tijd
BASKETBAL
WK ZWEMMEN