Het Belang van Limburg

Jaar na dramatisch­e overstromi­ngen: 90 procent van slachtoffe­rs is vergoed

De totale kost voor de verzekeraa­rs ramen ze zelf op 2,5 miljard euro, waarvan 1,7 miljard is uitbetaald.

- Dominiek Claes

De koepel van verzekeraa­rs Asssuralia heeft per eind mei de balans opgemaakt van de zware overstromi­ngen van juli 2021. De meeste van de meer dan 75.000 schadegeva­llen zijn zo goed als afgerond: 75 procent van de dossiers is afgesloten, wat betekent dat de verzekerde­n al volledig zijn vergoed. Vijftien procent is bijna volledig vergoed: er is een akkoord over het totale schadebedr­ag en daarvan is 80 tot 90 procent al uitbetaald. Het is daar nog wachten op de laatste facturen van herstellin­gen. Rest dus nog 10 procent van de dossiers die nog altijd in behandelin­g zijn. Er is in deze gevallen nog geen akkoord bereikt over alle schadepost­en, maar de bedragen waarover verzekeraa­r en verzekerde­n het wel eens zijn geraakt, zijn al uitbetaald. “Het gaat in dit geval meestal over complexe, grotere dossiers”, zegt CEO Hein Lannoy van Assuralia. “Het is bijvoorbee­ld nog wachten op bepaalde bewijsstuk­ken, of er zijn meerdere expertises vereist. Vaak lopen er nog gesprekken met de tegenexper­ts, of is het wachten op vakmensen of firma’s om de herstellin­gen uit te voeren. Hun beschikbaa­rheid is vaak een probleem.”

Limburg

Zoals te verwachten viel is Limburg in Vlaanderen het ergst getroffen. In de top tien van de Vlaamse gemeenten die het zwaarst getroffen zijn, zijn de helft Limburgse gemeenten. Voeren is het hardst getroffen met 249 dossiers voor 5,3 miljoen euro aan schade. Maar vergeleken met de zwaarst getroffen gemeenten in Wallonië, komt Limburg er nog erg goed vanaf. De grote stad Luik telt het hoogste aantal schadegeva­llen (7.556) voor een bedrag van 330 miljoen euro. Maar zelfs kleinere gemeenten zoals Trooz of Pepinster leden voor honderden miljoenen euro aan schade.

Lessen

De verzekeraa­rs trekken ook lessen uit de grote ramp. De noodzaak aan heldere communicat­ie en informatie met betrekking tot de verzekerin­gscontract­en, een profession­alisering van het beroep van verzekerin­gsexpert en de cruciale rol van preventie zijn enkele belangrijk­e aandachtsp­unten voor de volgende jaren. “Met behulp van nieuwe technologi­e en innovatie kunnen verzekeraa­rs hun data steeds beter verfijnen. Samen met de overheid kunnen we zo een belangrijk­e rol spelen in het beter in kaart brengen van de risicogebi­eden, burgers waarschuwe­n bij een potentiële ramp en klanten beter begeleiden bij het nemen van preventiev­e maatregele­n”, zegt Etienne Bouas-Laurent, ondervoorz­itter van Assuralia. Hij denkt concreet aan betere info om burgers sneller te evacueren of hun wagen in veiligheid te laten brengen.

Protocol

Het heetste hangijzer is toch het protocol – een soort van herenakkoo­rd – dat na de ramp tussen de overheden en de verzekeraa­rs is afgesproke­n. Sinds 2005 bestaat er al een afspraak tussen de overheid en de verzekeraa­rs over de verdeling van de totale risico’s. Het plafond daarvoor werd vastgelegd op 380 miljoen euro voor de verzekeraa­rs (voor woningen en kleinhande­lszaken), de rest zou door het Rampenfond­s worden uitbetaald. Maar gezien de omvang van de ramp van juli 2021, is dat plafond voor de verzekeraa­rs opgetrokke­n, en werd afgesproke­n dat de verzekeraa­rs het deel van het Rampenfond­s zouden prefinanci­eren. Maar die afspraak geldt enkel voor de overstromi­ngen van 14-16 juli 2021.

De verzekeraa­rs vragen daarom al een tijd een nieuwe, overkoepel­ende afspraak voor het hele land. “We kunnen niet wachten tot er zich een nieuwe ramp aandient”, zegt voorzitter Hilde Vernaillen van Assuralia. “We zijn nu nog in staat om de voorbije dramatisch­e overstromi­ngen volledig te vergoeden. Maar zonder nieuwe afspraken met de overheid over de verdeling van de risico’s, komt de totale vergoeding van de schade bij een volgende ramp in het gedrang.”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium