Belgische pensioenstelsel scoort slechts gemiddeld in internationale vergelijking
Het Belgische pensioenstelsel is niet duurzaam. Dat blijkt uit een analyse van HR-expert Mercer. De vergrijzing, lage werkzaamheidsgraad en lage pensioenleeftijd zetten het systeem onder druk.
Mercer houdt elk jaar het pensioenstelsel van 44 landen onder de loep, goed voor 65 procent van de wereldbevolking. De resultaten van de analyse worden gepubliceerd in de Global Pension Index.
Met een achttiende plaats en een score van 67,9 scoort het Belgische pensioenstelsel nog net in de bovenste helft, vlak onder Duitsland en net boven Hongkong. De beste pensioenstelsels vinden we op IJsland (84,7), in Nederland (84,6) en in Denemarken (82). Dat zijn de enige landen met een score van meer dan 80. Verschillende EUlanden scoren overigens slechter dan België, zoals Frankrijk, Oostenrijk, Portugal, Spanje en Italië.
De indexwaarde die een land krijgt, wordt berekend op de adequaatheid, duurzaamheid en integriteit van het pensioenstelsel. Het Belgische pensioenstelsel scoort goed op het vlak van adequaatheid en integriteit, respectievelijk met een zevende en vijfde plaats. Met adequaatheid wordt bedoeld dat het systeem doet wat het moet doen, met integriteit wordt bedoeld dat het systeem betrouwbaar is en rechtszekerheid biedt.
Het Belgische pensioenstelsel verliest punten op het onderdeel duurzaamheid, met een 36ste plaats op 44. Dat is het gevolg van de kost van de vergrijzing, gekoppeld aan de lage activiteitsgraad en de lage gemiddelde pensioenleeftijd. Mercer vraagt zich daarbij af hoe lang zo’n systeem houdbaar is. De toenemende onzekerheid doet nochtans de nood aan sterke pensioenplannen toenemen, vindt de HR-expert.