Piet Stockmans wil uitbreiden met atelier en porseleinen paviljoen
C-MINE
Twaalf jaar geleden verhuisde Piet Stockmans naar C-Mine, waar de voormalige magazijnen van de mijn van Winterslag werden omgebouwd tot wat nu bekend is als Stockmanshouse. Het werd de centrale basis voor zijn ateliers, winkel en expositieruimte. Een deel van het gebouw gebruikte de kunstenaar voor zijn eigen huisvesting. Hij focust vooral op porselein, herkenbaar aan het specifieke likje Stockmans-blauw. Door het aanhoudende succes wil de kunstenaar nu uitbreiden. Omdat de stad perspectief ziet in de aantrekkingskracht van Stockmans voor C-Mine en voor Genk, besliste het bestuur in 2020 om een onderzoek te organiseren. “Daaruit is gebleken dat we best de plannen om uit te breiden in twee opsplitsen”, zegt schepen van Cultuur Anniek Nagels (cd&v). “In het eerste deel gaat het om een uitbreiding aan de achterzijde van het bestaande gebouw.
Dat gaat dan vooral om ateliers. Wij verkopen hiervoor de grond aan Filia, de bvba van Stockmans. Voor het gebouw zorgt hij zelf.” In het tweede deel van de uitbreidingsplannen aan de linkerzijde van Stockmanshouse is een porseleinen paviljoen met een museaal karakter voorzien. Ook verblijfsruimtes voor externe kunstenaars horen bij die uitbreiding. Maar bij fase 2 vreest oppositieraadslid Sabine Hoeven (N-VA) dat bij een niet-sluitend businessplan de Genkenaar gaat opdraaien voor de kosten. Ze ziet daarom het stadsbestuur liever niet mee instappen in dat deel van het plan.
Voorkeursrecht
“Dat is ook niet gebeurd”, gaat Nagels verder. “Het gaat hier om een voor C-Mine strategische plek. Stockmans heeft een internationale uitstraling en dat heeft ook positieve gevolgen voor de aantrekkingskracht van Genk. Het spreekt voor zich dat we zicht willen hebben op het ruimtelijke en financiële plan. Het is niet de bedoeling dat we voor de constructie gaan betalen of er borg voor staan. Wel hebben we het terrein naast het gebouw onder voorkeursrecht van Stockmans geplaatst. Dat betekent dat we de komende twee jaar er niemand anders iets laten ontwikkelen.” Widukind Stockmans, die samen met haar vader het kunstencentrum runt, bevestigt de plannen voor de uitbreiding. “Ik ontferm mij over het atelier”, zegt ze. “Volgend jaar kunnen we met de bouw starten. Piet bekommert zich vooral over het porseleinen paviljoen.”