“Toen hij geselecteerd werd voor het WK, heb ik geweend”
De avond valt in downtown Doha. Hoog boven ons hoofd krabben gigantische torens aan de wolken. De sierverlichting floept aan. Op begane grond gaan zingende WK-fans op zoek naar hun Hayya-kaart, een visum voor Qatar zeg maar. Mohamed El Khannouss is er daar eentje van. “Ik heb mijn kaart intussen al, maar morgen arriveert nog een groep van meer dan tien vrienden en familieleden, dus dat zorgt toch voor wat zenuwen”, glimlacht Mohamed. De fiere papa van Bilal heeft zijn zoon net bezocht in het Marokkaanse spelershotel, 300 meter verderop. De Leeuwen van de Atlas verblijven in het Wyndham West Bay Hotel, een kolossaal spiegelpaleis van maar liefst veertig verdiepingen hoog. Het is hermetisch afgesloten voor nieuwsgierige supporters, die buiten met rood-witte vlaggen samendrommen en af en toe juichen als ze een schim zien passeren. “Ik heb Bilal net nog gesproken, het gaat uitstekend met hem”, verzekert Mohamed, die van beroep dakdekker is, ons.
Wat voor jongen was Bilal toen hij klein was?
“Bilal was altijd al met voetbal bezig, er bestond niks anders voor hem. Op een stoel kon hij niet blijven zitten. Een levendig kereltje, met een eigen wil. Dat karakter heeft hij van zijn mama en papa.
Maar Bilal is ook heel beleefd, dat vinden we erg belangrijk. Mijn vrouw Karima hield in het begin niet van voetbal, intussen is dat veranderd en hebben we drie tv’s om alle wedstrijden te kunnen volgen. (lacht)”
Voetbal en alleen maar voetbal, dat wist Bilal al op jonge leeftijd?
“Zo is dat. Ik heb zelf nog aan gevechtsport gedaan. Omdat het leven in een stad als Brussel niet altijd even makkelijk is, stelde ik voor om ook karate of judo te volgen. Bilal wilde maar één ding: voetballen. Zijn oudere broer Azzeddine (24) is ook een heel goede speler, maar hij wilde geen prof worden. Al die druk, dat hoefde niet voor hem.”
Bilal startte bij Crossing Schaerbeek, maar bleef daar slechts een jaartje, toen dook Anderlecht al op.
“We hebben een heel mooie tijd beleefd bij Anderlecht, maar op een bepaald ogenblik was Bilal aan een nieuwe uitdaging toe. KRC Genk heeft al jaren de beste opleiding in België. Het volgde Bilal ook al een hele poos en toen hij een schitterend toernooi speelde op de KDB Cup (van Kevin De Bruyne, nvdr) heeft Genk doorgeduwd.”
Dat moet een hele aanpassing geweest zijn, van StrombeekBever naar Limburg?
“Mijn vrouw wilde niet dat Bilal zo ver weg trok, op 100 km van thuis. Ze weende al als hij gewoon op vakantie ging. (lacht) Toen Bilal op internaat zat in Genk, huilde ze aanvankelijk hele nachten. Hij is vervolgens naar een gastgezin getrokken en nu heeft hij zijn eigen appartementje, mijn vrouw is er vaak. Ik ga er ook weleens koken. Dan bereid ik een taijine, met lamsvlees en pruimen. Bilal maakt ook zijn eigen potje klaar. Een visschotel of een bord pasta… Stuurt hij me elke keer foto’s door, dan ben ik onder de indruk, hoor.”
Ook sportief heeft Bilal zijn keuze voor Genk nog niet beklaagd?
“We hadden meteen een goed gevoel bij het plan van Genk. Als hij het goed deed, zou hij doorstoten naar het A-team. Bij Anderlecht was de weg naar de eliteploeg niet zo duidelijk. Ik stond dus ook achter zijn keuze, al was het niet de meest voor de hand liggende. Maar ik zei: waar Bilal gaat, ga ik ook.”
Waar gaat hij na KRC Genk naartoe?
“Het is niet aan mij om namen te noemen. (lacht) Ajax? Ja, het klopt dat ze geïnteresseerd zijn. Ze volgen Bilal al sinds zijn dertiende. Maar hij zit uitstekend bij KRC Genk en concentreert zich nu daarop.”
Bilal heeft wel iets met Ajax. Bij KRC Genk draagt hij het rugnummer 34 niet zomaar.
“Neen, dat is een eerbetoon aan Abdelhak Nouri (de Marokkaanse Ajacied die in 2017 bij een hartstilstand onomkeerbare hersenschade opliep, nvdr). Bilal brengt Nouri wel vaker een bezoekje, omdat Nouri hem al volgde voor zijn ongeluk. Twee maanden geleden ging hij er nog langs.”
Bilal is op technisch vlak een wonderknaap. Hoe komt dat?
“Omdat hij als klein kereltje altijd al met de bal bezig was. Hij heeft ook nog een hele tijd futsal gespeeld, bij de jeugd van Besiktas
Gent. Tot zijn dertiende. Deed hij de ene roulette (ook wel Zidanebeweging genoemd, nvdr) na de andere. Het moest wel efficiënt blijven natuurlijk.”
En nu staat Bilal hier in Qatar op zijn achttiende op het WK. Tot zijn 17de speelde hij voor de nationale ploegen van België, toen koos hij dan toch voor
Marokko. Waarom precies?
“Bilal deed dat voor zijn grootvader. Die is vorig jaar in juni overleden. Op anderhalf jaar tijd verloor ik mijn beide schoonouders en mijn moeder. Een heel zware periode. Mijn vader is 17 jaar geleden al gestorven, hij was echt voetbalgek, als hij dit had mogen meemaken…”
Was het voor Bilal een moeilijke keuze tussen Marokko en België?
“Natuurlijk, want hij is in België geboren, het is ook zíjn land. Maar de wil van zijn grootvader en het hart voor Marokko hebben de doorslag gegeven.”
Roberto Martinez nodigde hem ook uit in Tubeke.
“Ja, een mooi gebaar. Bij Marokko was het plan duidelijker en ging het sneller. In één jaar stootte Bilal door van de U21 naar de U23, werd hij geselecteerd voor de A-ploeg én mocht hij zelfs naar het WK. Ken jij één speler die het