“Uit protest naar buiten tijdens optreden van Israël”
Voor onze Mustii zit het Songfestival erop, maar wat vooral bijblijft van de tweede halve finale is de Israëlische kandidate die zich plaatste ondanks boegeroep. “Als Eurovision volgend jaar in Israël plaatsvindt, blijft ik thuis”, zegt de Lommelse Songfestivalfan Tom Kuppens in Malmö.
Jean-Paul Daniëls (62) uit Genk woonde de halve finale bij vanop de eerste rij in de Malmö Arena. “Er was wel boegeroep tijdens het nummer van Israël maar ik vond dat het nog meeviel. Ik had erger verwacht, er was eigenlijk een heel goede sfeer. Ik vond het Israëlische liedje trouwens ook een heel mooi nummer dat volgens mij hoog gaat eindigen.”
Tom Kuppens (42) uit Lommel had tickets voor de repetitie in de namiddag. “De liveshow was uitverkocht, maar die repetitie is helemaal hetzelfde. Bij het optreden van Israël was er toen heel veel boegeroep maar ook applaus. Zelf zijn we de zaal uitgegaan toen Israël aan de beurt was als een soort van stil protest.”
Voor Tom hoort Israël niet thuis op dit Songfestival. “Er zijn mensen die vinden dat de zangeres niks aan de situatie kan doen, maar de aanvankelijke tekst van haar nummer was wel een duidelijk statement en openlijke steun aan haar regering. En wat me vooral stoort is dat Moroccanoil (een merk van schoonheidsproducten, red.) uit Israël hoofdsponsor is van het festival. Ik vermoed dat de keuze om het land toe te laten daar veel mee te maken heeft.”
Schaduw
Van protesten hebben de Limburgers in Malmö niet veel gemerkt. “Al heb ik nog nooit in mijn leven zoveel politie gezien”, zegt JeanPierre. “Ik voel me niet onveilig, maar je voelt wel dat het speelt”, zegt Tom. “Er zitten sluipschutters op de daken, er zijn demonstranten in het centrum en je ziet opvallend weinig Israëlische vlaggen. Zelf denk ik ook: misschien zien de demonstranten mij als een tegenstander omdat ik wél naar het Songfestival ga. De hele kwestie werpt dus zeker een schaduw over het feest.”
Topfavoriet
Intussen maakt de Israëlische kandidate Eden Golan wel kans om te winnen . Toen de Italiaanse omroep RAI na de halve finale – tegen alle regels in – de resultaten van de stemming toonde, bleek Israël met 39 procent van de stemmen afgetekend eerste, voor Nederland met amper 7 procent. Meteen schoot de Israëlische inzending bij gokkantoren naar de tweede plaats, na Kroatië. “Dat kan ik me moeilijk voorstellen, want ik vind het niet zo’n goed liedje”, zegt Tom, die voor de zesde keer live het Songfestival meemaakt. “Ik denk ook dat de EBU dan een probleem heeft, want veel fans hebben wél moeite met Israël. Ik zou alvast niet gaan als het Songfestival volgend jaar in Israël plaatsvindt. Ik hoop dat Joost Klein wint, dan is het volgend jaar lekker dichtbij.”