Aru moet Dumoul
Fabio Aru is de komende drie dagen aan zet. In de laatste drie aankomsten bergop moet hij Tom Dumoulin zo ver achter zich laten dat zelfs de Nederlander het woensdag niet meer goedgemaakt krijgt in de tijdrit. ‘Dumoulin is sterk’, zegt Aru. ‘Maar de bergen liggen mij beter.’ Twee minuten. Dat is wat iedereen denkt, en het is ook wat Fabio Aru de voorbije dagen vertelde in de Italiaanse pers. Alleen met twee minuten voorsprong op Tom Dumoulin heeft hij kans om zijn leiderstrui vast te houden in de tijdrit van woensdag. Het maakt dat Aru zich de komende drie dagen niet kan beperken tot volgen. Op de Alto Campoo, Alto de Sotres en de Ermita de Alba – de laatste drie aankomsten bergop in deze Vuelta – moet hij nog eens anderhalve minuut uitlopen op zijn Nederlandse rivaal. U kan er best vanuit gaan dat de Italiaan zijn slag thuishaalt. Mogelijk al vandaag, al is de slothelling in Fuente del Chivo een echte loper, met een hellingsgraad die voortdurend rond de vijf, zes procent hangt. Het is vooral zondag en maandag dat Aru zijn favoriete terrein vindt: nijdige, grillige hellingen, waar hij de tegenstand met zijn schichtige manier van klimmen pijn kan doen. Steil bergop kan niemand in deze Vuelta de Italiaan volgen. Dat demonstreerde hij in etappe zeven naar Alpujarra en vooral woensdag op Cortals d’Encamp. In die etappe alleen moest Dumoulin al 1’37’’ toegeven. Maar zo briljant Aru klimt, zo belabberd is hij dus in het tijdrijden. In een monstertijdrit van 59,4 kilometer moest hij dit jaar in de Giro meer dan drie minuten toegeven op Vasil Kyrienka, een renner die net onder de wereldtop zit, waartoe Dumoulin wel behoort.
FABIO ARU
Dumoulin is sterk. Je weet niet wat je van hem moet verwachten
Dumoulin en Aru kwamen nog niet vaak tegen elkaar uit in het werk tegen de chrono. In de proloog van Parijs-Nice smeerde de Nederlander Aru op 6,7 kilometer toch al vlotjes twintig seconden aan. De extrapolatie is moeilijk, maar op de tijdrit van woensdag van 38,7 kilometer ziet iedereen – inclusief Aru zelf dus – twee minuten toch als de minimale noodzakelijk buffer. Aru is overigens vrij gerust in de goede afloop. ‘Dumoulin is sterk. Je weet niet wat je van hem moet verwachten. Maar ik ben wel beter in de bergen.’ De Italiaan zegt ook nadrukkelijk dat Dumoulin niet zijn enige concurrent is, al is het onduidelijk wie hij dan precies nog vreest. Joaquim Rodriguez staat nog altijd tweede in de stand, maar klimt zeker niet beter dan Aru en tegen de klok is hij ook niet echt superieur . In de Vuelta van vorig jaar pakte hij op 36,7 kilome- ter maar veertien seconden op Aru. Valverde is van de ‘klimmers’ de beste tegen de chrono, maar die volgt nu al op bijna twee minuten.
Quintana heeft koorts
Een putsch bergop van Nairo Quintana kan sowieso alleen middels een wonderbaarlijke genezing. De Colombiaan is ziek, heeft koorts, en moest gisteren het peloton lossen op een helling van niemendal. Aru versus Dumoulin: dat is tot nader order deze Vuelta.