‘Je kan overleven met 12,5 euro per week. Op droge spaghetti’
Dominic (30) is één van de 170.000 Vlamingen die in extreme armoede leeft 170.000 Vlamingen zoals Dominic
‘Mijn vader is twee weken in mijn leven geweest. En dan is hij weggegaan. Ik zag om de haverklap een nieuwe stiefvader passeren en mijn moeder heeft haar hele leven al psychische problemen. Niemand zorgde echt voor mij, dus vloog ik op internaat. Daar leer je wel met mes en vork eten, maar warmte, dat krijg je niet.’ Dominic vertelt het terwijl we naar een café wandelen. ‘Ik heb wel geen geld bij’, zegt hij bedeesd. ‘Ik trakteer’, zeg ik. Hij glimlacht. ‘Ooit trakteer ik wel een kopje koffie terug.’ Hij zat in het bijzonder onderwijs. Niet omdat hij geen gewoon onderwijs aankon, maar omdat hij ‘onhandelbaar’ was. ADHD. Gepest. Een jongetje met goedkope kleren en een brilletje. ‘Ziekenkasbril’, riepen de kinderen op de speelplaats. Of ‘ clochard’. ‘Kinderen en jongeren die in armoede leven, hebben vaak veel stress’, zegt Dominic. ‘Vooral thuis. Dan kom je op school, krijg je ook daar stress en gedraag je je niet zoals een normaal kind. Ontplof je. Dan zeggen ze gedragsgestoord en vlieg je naar het buitengewoon onderwijs. Terwijl je eigenlijk slim genoeg bent om in het gewoon onderwijs te zitten.’ Zelf ging hij sanitair studeren, maar hield dat niet vol. Hij vloog op de koksschool, maakte het niet af en moest op leercontract. Ook dat hield hij niet vol. ‘Mijn thuissituatie slorpte energie op. Mijn ma probeerde vaak zelfmoord te plegen. Zogezegd zelfmoord, om de aandacht te trekken. Ik kon dat niet meer aanzien. Ik had geen geld en geen vrienden, dus kon ik niet vluchten op café. Dan zat ik maar met een fles wodka in mijn eentje in de kelder. Om aan drank te geraken verkocht ik mijn playstation.’
Fitness-shakes
Hij kreeg slechte vrienden. Belandde zes maanden in de gevangenis. ‘Toen ik mijn straf had uitgezeten, was ik te fier om aan te kloppen bij het OCMW. Ik had een vriendin. We overleefden vaak op 25 euro per week. 12,5 euro per persoon. En natuurlijk kan je overleven op 12,5 euro. Dan eet je wel elke dag droge spaghetti. Met melk of water. In mijn ergste dagen haalde ik rotte aardappelschillen uit de vuilnisbak en braadde die in de pan. Je lazarus drinken helpt ook. Of fitness-shakes. Zo’n pot poeder vol vitamines van twintig euro. Duur, maar je mengt dat met water en kan er anderhalve maand van leven. Alleen daarvan. Tv hield me soms recht. Je hebt geen geld om iets te doen, dus is tv vaak de enige ontspanning. Daarom: laat armen gratis tv kijken. Het is soms het enige wat ze hebben.’ Dominic heeft nu toch een leefloon: 820 euro per maand. ‘Er wordt vaak gezegd dat iedereen die écht wil werken, werk vindt. Dat klopt niet. Mijn cv heeft gaten en ziet er niet goed uit. Ik krijg enkel dagcontracten. En dan dumpen ze je weer. Of stap ik zelf op. Ik weet dat veel mensen dat niet begrijpen, maar die jobs zijn uitzichtloos. Als je in de middenklasse bent opgegroeid, dan doe je interimjobs omdat je weet dat het voor even is. Tot ze je aanvaarden of je wat beters hebt gevonden. Als je in armoede leeft, dan denk je zo niet. Dan ben je al blij dat je de dag hebt overleefd. Ik heb vorige week nog een zilveren taartschep en een zilveren doopbeker verkocht, dingen die ik nog had van vroeger. Zo kon ik weer een paar dagen verder.’
Kruipkot
‘Het grote misverstand over armen is dat ze het zelf hebben gezocht. Net als bij drugsgebruikers. Denk je nu echt dat iemand opstaat en zegt Ik ga nu wat heroïne spuiten omdat ik me goed voel? Er zijn allerlei redenen waarom iemand arm is, maar daar wordt niets aan gedaan. Een job kan helpen, maar als je ’s nachts wakker ligt omdat je moeder
DOMINIC DE MEESTER
Leeft in armoede In mijn ergste dagen haalde ik rotte aardappelschillen uit de vuilnisbak en braadde die in de pan
psychiatrisch ziek is en je de muizen hoort trippelen boven je hoofd, dan kan je niet gewoon naar je werk gaan als een ander. Dus eerst moeten al die oorzaken aangepakt worden. Maar daar is al zeker geen geld voor.’ En toch gaat het best goed met Dominic. ‘Ik probeer van de drank te blijven, met succes. Ik moet geen huur betalen, want ik woon in een studio van mijn oma: een kruipkot van twintig vierkante meter met hier en daar een muis. Ik ga een cursus volgen als begeleider bij Betonne Jeugd, een Antwerpse organisatie die kansarme jongeren aandacht en warmte geeft. Vrijetijdsbesteding en begeleiding. Ik ben ervaringsdeskundige. Ik werk daar nu als vrijwilliger maar hoop om er ooit mijn job van te maken.’ Hij haalt zijn schouders op. ‘Als je arm bent, heb je twee mogelijkheden. Of je houdt je sterk, of je laat je kop hangen en wordt zot. Ik heb het eerste gedaan. Mijn kop niet laten hangen. Nooit.’ In Vlaanderen leven 680.000 mensen onder de armoedegrens. Zij moeten rondkomen met hooguit 1.074 euro per maand. Drie op de honderd Vlamingen leven zelfs in een ‘ernstig materieel gedepriveerd gezin’. Enkele jaren geleden riep Europa een armoede-indicator in het leven die niet zozeer focust op het inkomen zelf, maar wel op het feit of dit inkomen een minimale levensstandaard kan garanderen. Daartoe werd een lijst van negen ‘basisitems’ opgesteld: kunt u één week vakantie buitenshuis per jaar nemen; eet u één keer om de twee dagen vis, vlees, kip of een vegetarisch alternatief; hebt u een wasmachine, een kleurentelevisie, een telefoon, een auto; kunt u de rekeningen voor huur, hypotheek, nutsvoorzieningen of andere aankopen betalen; kunt u het huis degelijk verwarmen; en kunt u een onverwachte financiële uitgave (van 900 euro) aan? Wie leeft in een huishouden dat minstens vier van die negen items om financiële redenen moet missen, leeft in ‘ernstige materiële deprivatie’. De meest kwetsbare groep zijn alleenstaanden en eenoudergezinnen, al zeker wanneer ze werkloos en laaggeschoold zijn en een woonst huren. De Vlaamse overheid wil het aantal personen dat in deze situatie leeft tegen 2020 met 30 procent verminderen.