ZOMERSE VERKOELING
Toen een kennis van me vertelde dat ze met een auto zonder airco op vakantie gaat naar de Dordogne, was ik verbijsterd. Al die uren in de file op de autoroute, terwijl de temperatuur oploopt tot 35 graden en het asfalt lijkt te smelten. Dat duivelse dilemma of je de ramen open doet en gek wordt van de herrie, of bereid bent om van je auto een sauna te maken. Dat ze überhaupt voorpret had, met die helletocht in het vooruitzicht. Niemand koopt tegenwoordig een nieuwe auto zonder airco, waardoor je bijna vergeet hoe kort het geleden is dat deze optie aan zijn opmars begon. Nog maar 25 jaar geleden had vrijwel geen enkele auto in de Nederlandse prijslijsten het standaard aan boord. Onlangs reden we in een Mercedes 300 CE uit 1991, die toen 120.000 gulden kostte. Denk maar niet dat airco bij de prijs was inbegrepen, je betaalde ruim 5000 gulden bij. Maar luxe went snel. Je kunt je haast niet meer voorstellen hoe het was om geen airco in je auto te hebben. Ik moest er nog aan denken toen ik achter het stuur stapte van een Citroën Visa Club uit 1978 (zie de rubriek Oud & Nieuw elders in dit blad). De Citroën Visa kleurde mijn jeugd, mijn ouders hebben er twee gehad. Zonder airco, uiteraard. En toch gingen we blijmoedig met het gezin naar Beieren, Frankrijk, Oostenrijk en Zwitserland. Niemand die klaagde over gebrek aan koele lucht in de auto. Een bandje van Bassie & Adriaan in de gele Sports Walkman en af en toe een pakje Tjolk of Wicky was voldoende om mij rustig te houden in de hitte. Op de parkeerplaatsen langs de autobahn en de autoroute zag je andere bezwete gezinnen – opgewekt en wel, want het was vakantie – uit bloedhete broeikasjes stappen. Het is maar net wat je gewend bent. Toekomstige generaties automobilisten zullen verbijsterd zijn als ze vernemen dat je ooit zelf je auto moest inparkeren en dat je in de file continu bezig was met sturen, opschakelen, remmen en terugschakelen. Dat kan de auto toch allemaal zélf? Van sommige verdwenen vakantierituelen kan ik overigens nog nostalgisch worden. Zo vond ik het altijd erg leuk om van tevoren naar de ANWB-winkel te gaan – eerst met mijn vader, later als student zelf – om wegenkaarten te kopen, en de avond van tevoren een route te bedenken richting de vakantiebestemming. De voldoening was groot als je keurig binnen de tijd die je in gedachten had in het huisje of op de camping arriveerde, zonder verkeerd te rijden. Het was wat romantischer dan achteloos de bestemming in het navigatiesysteem invoeren en op weg te gaan. Maar op vakantie in een auto zonder airco? Ik moet er niet meer aan denken.