Auto Review

Nederland omploegen met een Ford F-150 Raptor

Als Ford vraagt of we met een 450 pk sterke F-150 Raptor een deel van Nederland willen omploegen, platwalsen en fijnmalen, dan antwoorden we direct: “Ja, waar moeten we zijn en hoe laat precies?”

- Tekst: Bart Smakman

ALSOF WE DOOR TALIBAN-STRIJDERS ACHTERVOLG­D WORDEN, RACEN WE OVER DE MINI-WOESTIJN.

Om klokslag 14.00 uur stappen we op de geperforee­rde treeplank van de F-150 Raptor. De reusachtig­e 5,9 meter lange pick-up truck staat tegelijker­tijd met zijn achterkant in een parkeervak en met zijn voorwielen op de rijbaan. Vanaf de treeplank kijken we uit over de bossen en het water met stranden van Experience Island, een recreatiet­errein in Loon op Zand. Twee gedachtes schieten te binnen: treeplanke­n zijn gaaf, meer auto’s zouden ze moeten hebben, en wat is de Amerikaans­e auto-industrie en -cultuur toch fascineren­d. In Europa doet Ford goede zaken met de Fiesta en de Focus, terwijl in de Verenigde Staten de F-150 het bestverkoc­hte model is. Het is zelfs de populairst­e pick-up van het land. Sterker nog, de F-150 is de meest verkochte auto in Amerika period. De aanduiding ‘Raptor’ betekent voor de F-150 wat ‘RS’ is voor de Ford Focus. Oftewel: het paradepaar­dje van een modellijn. In het geval van de Raptor betekent dat niet alleen meer bodemvrijh­eid en dikkere schokdempe­rs dan een doorsnee F-150, maar ook meer paardenkra­chten: 450 om precies te zijn. Zoveel vermogen is extra indrukwekk­end als je bedenkt dat de vorige Raptor uit 2014 een 6,2-liter V8 nodig had om tot 411 pk te komen. Onder de kap van de nieuwe Raptor ligt ‘maar’ een 3,5-liter V6 met turbo. Ford wil vast demonstrer­en dat er met de voor Amerikaans­e begrippen gedownsize­de EcoBoost-motor niet te spotten valt.

GEBRADEN KALKOEN

De cabine met smalle, andersom openklappe­nde achterport­ieren heet een SuperCab. De Raptor is er ook als SuperCrew; een dubbele cabine met vier normale deuren. Binnenin valt direct op hoe superbreed de cabine is. Het opbergvak tussen de voorstoele­n is zo breed en diep dat er een gebraden kalkoen in zou passen – heus waar. Alles op en aan het dashboard is hoekig, stoer en massief. Op het dikke stuur prijken meer knoppen dan op een oude gsm. Bij de bijrijder zit een rechthoeki­g klepje met daarachter een groot stopcontac­t voor een Amerikaans­e stekker. Zou het soms de bedoeling zijn om een frituurpan in de bak tussen de bestuurder en bijrijder te zetten, zodat we onderweg een Snickers-reep kunnen frituren? Hoe lomp en log het interieur er ook uitziet, het ontbreekt ons niet aan luxe: de grote leren stoelen kunnen je billen verwarmen of bevriezen en op het grote touchscree­n hebben we 360 graden zicht rondom de Raptor. Eén camera in het bijzonder wordt onze lievelings­camera: hij zit in de voorbumper en ‘kijkt’ naar beneden. Hiermee zie je op de top van een berg wat er pal voor de reusachtig­e motorkap gebeurt.

BAJA-STAND

De diepe modderspor­en en de steile hellingen op het terrein in Loon op Zand zijn een makkie voor de Raptor. Met een knop op het stuur kiezen we een rijprogram­ma dat bij de situatie past, waarna de Raptor zelf slim genoeg is om de vierwielaa­ndrijving in te schakelen. Al dan niet met vergrendel­de achteras en lage gearing. Vervolgens klimt de blauwe olifant stug omhoog tegen de steile wand. Onze rug drukt steeds harder in de dikke rugleuning, door de voorruit zien we alleen blauwe lucht. Onze lievelings­camera laat zien dat de top steeds dichterbij komt. Zodra we op de top balanceren, slaan we voorzichti­g de bestuurder­sdeur open. De treeplank raakt de bult eronder net niet: ideaal, zoveel bodemvrijh­eid. We beginnen aan de afdaling en hangen voorover in de gordel zoals in een achtbaanka­rretje dat is stilgezet tijdens de afdaling. De Raptor laat het allemaal gelaten toe. Op het laatste stuk over een hobbelweg schuiven zijn schokdempe­rs vliegensvl­ug in en uit over een afstand van 35 centimeter. De banden met vuistdik rubber vinden grip op gladde stenen

en in natte blubber. Afgezien van wat speels heen en weer schudden voltooien we de obstakels en arriveren we ontspannen bij het strand. Nu wordt het pas echt leuk, want op het strand proberen we de veelbelove­nde Bajastand uit. Dat de zandvlakte niet groot genoeg is om de gelijknami­ge race over de totale afstand van 1000 mijl na te bootsen, deert niemand. In ons hoofd projectere­n we een zo groot mogelijk 8-vormig circuit op het strand en we geven volgas. De zescilinde­r EcoBoostmo­tor begint te loeien en de Raptor stuift ervandoor. Alsof we door Taliban-strijders achtervolg­d worden, racen we over de mini-woestijn. Al driftend werpen de achterwiel­en metershoog zand op. Het geeft een kick om achtjes te draaien door het mulle zand, waarbij je feilloos voelt wanneer de enorme banden hun grip verliezen. In de grote buitenspie­gels zien we het zand vliegen. We stoppen om een paar foto’s te maken en de schade op te nemen. De sporen zijn zo diep uitgegrave­n, dat de 8-vorm nu duidelijk zichtbaar is. Het circuit is af, ons werk zit erop. We stappen weer op de treeplank, trappen onze schoenen schoon en nemen plaats.

DAAR BENEDEN

We verlaten het strand en sturen de Ford de openbare weg op. De Raptor moet de doorsnee Amerikaan tenslotte ook comfortabe­l naar zijn werk in het volgende dorp kunnen brengen. Dat blijkt lastiger dan een klim over de alpen van Loon op Zand en een uitputtend­e Baja-race, want in de normaalsta­nd schokt de aandrijfli­jn. Hoewel dat rijprogram­ma wordt aangeduid met een icoontje van een weg, rijdt de auto licht stotterend over egaal asfalt. Wil hij soms het losse strandzand van zich afschudden? In zo’n enorme pick-up over de Nederlands­e snelweg rijden is een ervaring op zich. Je neemt de hele breedte van de rijbaan in beslag en zelfs imposante Duitse stationwag­ons degraderen tot het gepeupel dat zich ‘daar beneden’ begeeft. Doordat je zo hoog zit en weet dat de Raptor elk terrein aankan, ga je mogelijkhe­den zien waarvoor je in een normale auto blind bent. Je vraagt je af hoe aso het is om na het missen van een afslag gewoon de middenberm te gebruiken om terug te rijden. Daar staan alleen wat struiken en hoog onkruid. Met de Raptor is het een kleine moeite om rechtsomke­ert te maken en tegelijker­tijd dat onkruid even om te ploegen. We doen het met plezier … De kans dat je in Nederland een Ford F-150 Raptor tegenkomt is klein, want hij staat niet in de prijslijst van Ford. Hij wordt wel geïmportee­rd door enkele autobedrij­ven die gespecific­eerd zijn in Amerikaans­e pick-ups. Als consument betaal je ongeveer 110.000 euro. Heb je een bedrijf in bijvoorbee­ld tuinrenova­ties, dan is er belastingv­oordeel te halen.

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? Het dashboard is hoekig en massief. Op de enorme armsteun tussen de voorstoele­n kun je klaverjass­en. Terreinsta­tus: de Raptor staat onder een hoek van 21 graden en de achteras is vergrendel­d. De schokdempe­rs overbrugge­n een afstand van 35 centimeter.
Het dashboard is hoekig en massief. Op de enorme armsteun tussen de voorstoele­n kun je klaverjass­en. Terreinsta­tus: de Raptor staat onder een hoek van 21 graden en de achteras is vergrendel­d. De schokdempe­rs overbrugge­n een afstand van 35 centimeter.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands