Bentley R-Type Continental (1952) vs. Bentley Continental GT
Tussen de nieuwe Continental GT en de historische R-Type Continental zit meer dan 60 jaar verschil. In deze periode is bij Bentley alles veranderd – en toch ook weer niet.
In een laag maar gestaag tempo rollen een Bentayga, een Flying Spur en een Continental Convertible aan ons voorbij. Op deze productielijn zal over enkele dagen ook de eerste nieuwe Continental GT gebouwd worden. Aan het einde van de lopende band, vlak bij de strenge kwaliteitscontrole, krijgen we de kans om een exemplaar uit de voorserie vanbinnen en -buiten te bekijken. De auto is gespoten in de opvallende lakkleur Orange Flame, wat van de nieuwe coupé een spectaculaire verschijning maakt. Maar toch bekruipt ons op deze locatie en op dit moment het gevoel dat er iets niet helemaal klopt ... Enkele Bentley-medewerkers slaan ons grijnzend gade. En dan zien wij hem ook staan: 5,20 meter autogeschiedenis, met een sierlijk gebogen daklijn, opulente spatborden, een machtige verchroomde grille en smalle wielen, die aan de achterzijde schuilgaan achter gestroomlijnde deksels. Dit is de vader aller Continentals, een coupé op basis van de Bentley R-Type waarvan er bij carrosseriebouwer H.J. Mulliner & Co. slechts 208 exemplaren zijn gebouwd. Liefhebbers zijn bereid een fortuin voor de R-Type Continental te betalen; tijdens een veiling van RM Auctions in de zomer van 2016, werd een exemplaar afgehamerd op maar liefst 1.870.000 dollar.
CARTE BLANCHE
Tussen alle moderne modellen die de productielijn van Bentleys fabriek in het Engelse Crewe af rollen, maakt de R-Type Continental opmerkelijk genoeg een heel moderne indruk. Meestal hebben klassieke auto’s de grootste moeite om zich staande te houden tussen hun moderne nakomelingen, maar de uiterlijke verwantschappen tussen de klassieker uit 1952 en de nieuwe Continental GT zijn evident. Desondanks oogt Bentleys jongste coupé fris en modern en hebben de ontwerpers geen met overdreven retro elementen doorspekte karikatuur van de klassieke R-Type Continental gemaakt. Bentleys designchef Stefan Sielaff loopt samen met ons een rondje om de auto: “We hebben opnieuw gekozen voor ronde koplampen. Daarin schuilt het gevaar dat de auto ogen als van een Japans anime-figuurtje krijgt. Dat is wat we beslist niet wilden. Hetzelfde geldt voor de led-dagrijverlichting. Tegenwoordig zie je de meest fantasierijke lichtslingers op auto’s verschijnen, maar dergelijke uitspattingen kan Bentley zich niet veroorloven. Bescheidenheid past de auto veel beter.” Het is goed te zien dat Bentley tegenwoordig carteblanche heeft bij de ontwikkeling van een eigen merkidentiteit. Nadat Bentley in 1931 werd opgekocht door Rolls-Royce, verloor het ooit zo illustere sportwagenmerk – dat vier keer op Le Mans won – snel zijn unieke karakter. Uiteindelijk was een Bentley niets anders dan een Rolls-Royce met een andere grille erop. Pas in de jaren negentig van de vorige eeuw gaven de gezaghebbers het merk weer wat ruimte om zich van Rolls-Royce te onderscheiden, vooral op technisch vlak. Modellen als de Mulsanne en de Turbo R gaven de superdeluxe limousine een sportief karakter. Bentley was terug van weggeweest, en werd uiteindelijk door Volkswagen opgekocht. Sindsdien heeft Bentley weer alle ruimte om zijn eigen modellen te ontwikkelen, en met groot succes. Ook op het circuit, want in 2003 werd de vijfde zege op Le Mans geboekt.
’S WERELDS SNELSTE
De uiterlijke gelijkenissen mogen dan treffend zijn, onderhuids hebben de klassieke R-Type Continental en de nieuwe Continental GT niets met elkaar gemeen. De klassieke coupé is gebaseerd op het zware ladderchassis van de R-Type, waarop H.J. Mulliner een gestroomlijnde Fastback-carrosserie heeft geplaatst. Overigens was Mulliner maar een van de carrosseriebouwers waar kopers van de Continental bij konden aankloppen; zij
kochten in wezen alleen het rollende chassis met de motor en de transmissie, en lieten vervolgens door de specialist van hun keuze een passende carrosserie ontwerpen en bouwen. Park Ward is een andere plaatwerker die meerdere Continentals heeft mogen aankleden. Begin jaren vijftig was de Bentley R-Type Continental een van 's werelds snelste productieauto’s. Voorin lag een zescilinder lijnmotor met een inhoud van 4566 cm3, opgevoerd tot een vermogen van 155 pk. Daarmee wist de auto een topsnelheid van ongeveer 190 km/h te bereiken. Tegenwoordig draait een willekeurige gezinsauto daar zijn hand niet voor om, maar begin jaren vijftig zag de wereld er nog heel anders uit. Snelwegen waren zeldzaam, de technische mogelijkheden waren nog lang niet zo uitgebreid als nu en Bentley kon zich de ontwikkeling van een krachtigere motor simpelweg niet veroorloven. Tegenwoordig kan Bentley werken met een veel groter budget dan destijds. We maken een vreugdesprongetje als de motorkap van de nieuwe Continental GT wordt geopend. Hier ligt opnieuw een zesliter W12-motor, die wordt aangevuurd door twee turbo’s. Opnieuw kan de Continental zich voegen bij de snelste auto’s van deze planeet, want met 635 pk en 900 Nm aan koppel is een topsnelheid van 333 km/h binnen bereik – waarbij de 100 km/h in 3,6 seconden bereikt is. Vierwielaandrijving en een luchtgeveerd onderstel met adaptieve schokdempers behoren tot de technische mogelijkheden van de 21ste eeuw. De klassieke R-Type Continental moest het nog stellen met een zware starre achteras met bladveren.
WIT LICHT
Dat de wereld de laatste 65 jaar is veranderd, laat ook het interieur van de R-Type zien. Naar oud Engels gebruik is niet beknibbeld op de materialen, want het dikke leer, het hoogpolig tapijt en het glanzend gepolitoerde houten dashboard zijn van de best denkbare kwaliteit. Naar de maatstaven van de jaren vijftig is
het instrumentarium zeer compleet en er is zelfs een radio aan boord. Maar in vergelijking met de hedendaagse Continental GT, maakt het geheel toch een eenvoudige indruk. Wanneer we ons achter het kleine sportstuur van de nieuwe coupé vleien, valt ons oog meteen op de drie kleine instrumenten, centraal in het instrumentarium. Stefan Sielaff heeft naast ons plaatsgenomen en drukt op een knop. We zien dat het paneel met de drie ronde metertjes om zijn as begint te draaien, waarbij een 12,3-inch beeldscherm tevoorschijn komt. “Dit laat zien dat we veel waarde hechten aan tradities en onze heritage, maar dat dit niet ten koste gaat van de functionaliteit”, licht Sielaff toe, terwijl hij door de menu’s van het infotainmentsysteem bladert. “Kijk, nog zoiets. De auto heeft sfeerverlichting waarbij de koper vrij kan kiezen uit zeven verschillende kleuren. Op die manier heeft de eigenaar van de Continental GT de mogelijkheid zijn eigen stempel op het interieurontwerp te drukken.” Toch zijn we benieuwd wat Sielaff zelf zou kiezen. “Ik ben een purist. Witte verlichting zou mijn voorkeur hebben.” Precies wat we zelf dachten ... We stappen weer uit en lopen nog een rondje om de auto. We bekijken de achterlichten die dezelfde vorm hebben als de eindpijpen van het uitlaatsysteem, we laten onze hand glijden langs de subtiele vouwen in het plaatwerk boven de achterwielen, bediscussiëren de breedte van de grille en gunnen de koplampen nog een laatste blik. Nu pas valt ons op dat er in de lichtunits een kristalreliëf is verwerkt, alsof het dure juwelen zijn. Sielaff is duidelijk trots op de nieuwe Continental GT: “In de jaren vijftig was de R-Type Continental een zeer moderne en ongelofelijk snelle auto, met een beeldschone carrosserie die perfect in proportie was. Een stijlvol statement voor de allerrijkste automobilisten ter wereld. Het karakter van de R-Type hebben we terug willen laten komen in de nieuwe Continental GT.” Missionaccomplished.