Verkoopcijfers
De bpm-tarieven gaan vanaf het nieuwe jaar omlaag. Toch rekent de overheid voor de meeste auto’s méér bpm dan in 2017. Dat komt doordat de sigaar die bpm-verlaging heet, wel heel geraffineerd is verpakt.
De – typisch Nederlandse – belasting op personenauto’s en motorrijtuigen, oftewel bpm, is de autobranche en autokopers al jarenlang een doorn in het oog. De vreugde was dan ook groot toen de overheid begin 2016 aankondigde het bpm-stelsel stapsgewijs te herzien, om de bpm uiteindelijk volledig af te bouwen. Dat klinkt veelbelovend, maar er zit een geniepig addertje onder het gras. Want in plaats van goedkoper, worden veel auto’s door het gewijzigde stelsel van de bpm – in feite een CO2-taks – ook dit jaar weer duurder. Dat komt doordat de uitstootgrenzen zijn aangescherpt. Zo harkt de overheid per auto algauw enkele tientjes tot honderden euro’s extra binnen, wat op jaarbasis tientallen miljoenen oplevert.
SCHIJVEN
Eerst het goede nieuws: voor volledig elektrische auto’s, wijzigt er niets, die blijven vrijgesteld van bpm. Als EV’s duurder worden, heeft dat dus niets te maken met de bpm. Ook het bpm-basisbedrag voor alle conventionele brandstofauto’s blijft ongewijzigd. Deze zogenaamde vaste voet bedraagt 353 euro. Hier bovenop betaalt de consument een vast bedrag per gram CO2-uitstoot, waarbij de Belastingdienst vijf schijven hanteert (zie onderstaande tabel). Voor de eerste schijf blijft het tarief ook in het nieuwe jaar 2 euro per gram, maar de bovengrens gaat omlaag van 76 naar 73 gram CO2/km. Het tarief in deze schijf valt wel mee, maar zoals uit de tabel blijkt, lopen de bedragen vanaf schijf 2 snel op. Om het effect van de nieuwe tarievenopbouw te illustreren, kijken we naar de prijzen voor een drietal auto’s die hoog in de verkoopstatistieken staan. Als eerste de Volkswagen Golf 1.0 TSI. Met een CO2-uitstoot van 109 g/km komt die in 2018 deels in schijf 3 terecht. In 2017 kostte die auto je 3236 euro aan bpm, bestaande uit het basisbedrag van 353 euro, 152 euro uit schijf 1, 1716 euro uit schijf 2 en 1015 euro uit schijf 3. Vanaf het nieuwe jaar bedraagt de bpm-rekening voor diezelfde Golf: 353+146+1550+1397=3446 euro. Een verschil van 210 euro.
NOG HARDER
Bij dieselauto’s hakt de gewijzigde tarievenopbouw er nog harder in. Dat komt doordat de extra toeslag voor diesels (86,69 euro per gram CO2 boven op het standaardtarief per schijf) niet wordt verlaagd, terwijl de ondergrens voor deze toeslag is verscherpt van 65 naar 63 gram. Zo betaalde je voor een Opel Astra Sports Tourer 1.6 CDTI (136 pk) in 2017 nog 5276 euro aan bpm, vanaf het nieuwe jaar wordt dat 5810 euro. Katsjing, 534 euro extra in de pocket van de Belastingdienst. Kijken we nog even naar de populairste auto van het land: de Renault Clio. De TCe 90 bracht in 2017 nog 1693 euro aan bpm in het laatje, komend jaar wordt dat 1801 euro, oftewel 108 euro meer. Ach, zul je denken, wat is nu 108 euro op een aankoopbedrag van grofweg 15 mille? Dat valt inderdaad mee, maar de minister van Financiën wrijft zich in zijn handen. Met zo’n 12.000 Cliootjes per jaar steekt-ie lekker 1,3 miljoen euro extra in z’n zak. Hoeft-ie niks voor te doen. Voor plug-inhybrides is 2018 nog een gunstig jaar. Aan de grenzen van de schijven wordt niet getornd en de bedragen per gram CO2 dalen licht, om vanaf 2019 te gaan stijgen. Al met al is de bedoeling van de overheid duidelijk: vooral volledig elektrische auto’s worden gestimuleerd en het kopen van een diesel wordt ernstig ontmoedigd.