Waterstof - Honda Clarity Fuel Cell, Toyota Mirai
Auto’s met een brandstofcel hoeven niet opgeladen te worden, maar produceren hun stroom zelf. Japan en Zuid-Korea lopen voorop met deze techniek. Een testrit met de Toyota Mirai en de Honda Clarity Fuel Cell.
Om maar meteen met een delicate kwestie te beginnen: het lastige van elektrische auto’s met een stekker is dat je moeilijk kunt beoordelen hoe milieuvriendelijk ze zijn. De elektriciteit wordt voor een groot deel opgewekt in milieubelastende kolencentrales of in kerncentrales. Dat is met waterstof niet anders. Het wordt nu nog geproduceerd uit fossiele bronnen. Als we alleen kijken naar de uitstoot op de weg, zijn waterstofauto’s in het voordeel. Dankzij een brandstofcel wekken ze zelf hun stroom op en daarmee stoten ze geen schadelijke stoffen uit. Er komt geen CO2 vrij en ook geen NOx. In de brandstofcel wordt waterstof (H2) gemengd met zuurstof (O2) uit de lucht. Door middel van een chemische reactie ontstaat elektriciteit en daarmee wordt de elektromotor aangedreven. Als enige afvalproduct druppelt gecondenseerde waterdamp (H2O) uit de uitlaat. Deze bevat geen chemische stoffen en kun je in theorie gewoon drinken. Toyota begon in 2014 met de serieproductie van een auto op waterstof. De Mirai kost in Nederland 80.925 euro en in België 79.900 euro. Honda volgde twee jaar later met de Clarity Fuel Cell. Die is alleen in Japan en de VS leverbaar. Onze vierzits Mirai heeft een elektromotor die 154 pk levert. Zijn maximale koppel van 335 Nm staat al direct bij het wegrijden beschikbaar. Voor de sprint van 0 naar 100 km/h heeft hij maar 9,6 seconden nodig, de topsnelheid is 176 km/h. De Honda komt uit de VS, maar heeft een Deens kenteken. Daar wordt hij ingezet voor een projectstudie naar waterstof. Wij mogen hem even lenen. De Clarity is een vijfzitter, die net als de Mirai een automaat heeft met één voorwaartse versnelling. De elektromotor aan de vooras levert 174 pk en 300 newtonmeter. De bijna vijf meter lange Honda heeft negen seconden nodig voor de sprint naar 100 km/h en zijn top is begrensd op 165 km/h.
PESSE EN OUDE TONGE
Als opwarmer voor onze testrit gaan we eerst waterstof tanken. Hier zie je meteen een voordeel ten opzichte van auto’s met een stekker: het vullen van de tank, waar vijf kilo in past, gaat net zo snel en gemakkelijk als het tanken van benzine of diesel. Het enige probleem is dat je nog bijna nergens waterstof kúnt tanken. In Nederland zijn er vier stations (Arnhem, Delfzijl, Helmond, Rhoon) en ook in Duitsland loopt het nog geen storm. Daar zijn het er vijftig. Toch gaat het in beide landen snel. Bij ons komen nieuwe tankstations in Den Haag, Schiphol, Utrecht, Arnhem, Rotterdam, Pesse, Amsterdam, Groningen, Breda en Oude Tonge. Het streven is om eind 2020 twintig stations operationeel te hebben. In Duitsland moet het aantal halverwege 2020 zijn opgelopen tot 400.
Tanken is net zo gemakkelijk als bij benzine en diesel.
Rijden op waterstof heeft nog een groot voordeel. De actieradius is veel groter dan bij veel elektrische auto’s met een accu. Tijdens de test verbruiken wij met de Mirai 1,2 kilo waterstof per 100 kilometer. Met zijn voorraadtank voor vijf kilo komt de Toyota daarmee 417 kilometer ver. De Honda Clarity Fuel Cell heeft een actieradius van 500 kilometer. De standaard kiloprijs voor waterstof is ongeveer 10 euro per kilo, dus een rit van 500 kilometer kost je 50 euro.
POOK OF KNOP
Ondanks de futuristische techniek, rijd je probleemloos weg in beide auto’s. Je hoeft alleen maar op de startknop te drukken en het rijprogramma D te kiezen. In de Toyota doe je dat met een kort pookje, in de Honda met een druk op de knop. Beide auto’s sprinten met de kracht die we kennen van elektrische auto’s. In het begin is alleen het zachte zoemen van de elektromotor te horen. Daarna hoor je ook een compressorgeluid, dat ontstaat als de lucht in de brandstofcel komt. Dat proces maakt in de Toyota meer geluid dan in de Honda. Bij tussensprints hoor je in beide auto’s dingen die je nooit eerder in een auto hoorde. In de Clarity klinkt het mengen van het gas en de lucht als het afblazen van een expansievat.
EEN SOORT AVENSIS
Bij de Honda merk je pas boven de 140 km/h dat hij minder temperament krijgt, bij de Toyota gebeurt dat al vanaf 120 km/h. Het duurt vervolgens lang tot beide auto’s hun topsnelheid behalen – een theoretisch probleem, want je mag in Nederland toch nergens harder dan 130 km/h. Wat betreft veercomfort en rijeigenschappen doen beide auto’s niet onder voor een middenklasser. De Mirai kun je in dat opzicht best vergelijken met de Toyota Avensis. Ook op bochtige wegen blijft hij goed beheersbaar, maar het onderstel maakt minder indruk dan de aandrijfeenheid. De rijeigenschappen van de Clarity zijn sportiever. De onafhankelijke achterwielophanging weet prima raad met oneffenheden, waardoor de Honda iets meer rijplezier biedt dan de Mirai. De Clarity heeft bovendien een directe besturing en goede remmen. Wel is het jammer dat de carrosserie veel in beweging is in snel genomen bochten. Naast de Mirai en de Clarity is er nog een belangrijke auto op waterstof: de Hyundai Nexo. Deze kan in Nederland gewoon gekocht worden en kost 69.995 euro. In België moet hij nog verschijnen. Bovendien is de actieradius met 665 kilometer (WLTP) alweer een stuk hoger dan bij de twee Japanners in deze test.